Frontale botsing kabinet en gemeenten
Het begon zo mooi. Het kabinet en de VNG (Vereniging Nederlandse Gemeenten) werden het op 21 april eindelijk eens over het Bestuursakkoord 2011. Het masterplan voor de decentralisatie van een groot pakket taken: de jeugdzorg, de extramurale begeleiding uit de AWBZ en de nieuwe regeling Werken naar vermogen. VNG-voorzitter Jorritsma vond dat ze het beste eruit had onderhandeld. Meer zat er gewoon niet in, liet ze weten.
Daarna mocht de VNG het land in. Tijdens drie informatiebijeenkomsten bleek al snel dat een aantal gemeenten grote moeite had met het bereikte resultaat. Vooral de sociale paragraaf stuitte op kritiek. Ook al beloofde het kabinet 400 miljoen euro om de hervorming van WWB/WIJ, WSW en Wajong naar de nieuwe wet Werken naar vermogen mogelijk te maken, veel gemeenten vreesden daar niet genoeg aan te hebben. De hervorming zou bovendien veel te snel tot stand moeten komen.
Bovendien vonden een aantal gemeenten dat hier maar van een halve decentralisatie sprake was. Niet alleen had het Rijk had zich een prominente rol toebedeeld in het Bestuursakkoord (pdf!). ook werd bepaald dat een deel van Werken naar Vermogen en Jeugdzorg ‘ bovenlokaal’ moet worden geregeld. Uiteraard in goed onderling overleg, zoals dat in een democratie hoort, maar “indien gemeenten binnen het jaar geen passende invulling aan de uitvoering hebben gegeven, bepaalt het Rijk hoe dat toch georganiseerd zal worden” (bldz. 8 en 9 uit het Bestuursakkoord).