Buitenlandse Zaken en de andere portefeuilles van Bernard Wientjes
OPINIE - VNO-NCW brengt 7,5 miljoen euro bij elkaar om vijf consulaten te redden. Dat is immers in het belang van het bedrijfsleven. ‘Als reddende engel in de dop kwam Bernard Wientjes gisteren naar de Tweede Kamer,’opende het artikel in Trouw afgelopen dinsdag (8 oktober 2013). Juist in crisistijd hebben diplomatieke netwerken groot nut voor het aanwakkeren van buitenlandse handel, zeker voor grote bedrijven. Dat begrijp ik. Maar mijn nekhaar komt er toch van overeind.
Waarom dat bedrag niet gewoon via belastingheffing kan worden geïnd, is me een raadsel. Als de Nederlandse samenleving, casu quo het Nederlandse grootbedrijf, een klinkklaar belang heeft in het overeind houden van de internationale representatie, dan is het toch legitiem om daar een bijdrage voor te vragen? De overheid is er om dit soort dingen te regelen, en brengt burger en bedrijf de kosten van deze dienstverlening in rekening. Ze houdt daarbij in beginsel de blinddoek om: de belastingcenten gaan in de grote pot en vinden zonder schenkersinformatie hun bestemming. Dat is wel zo fijn, die neutraliteit.
De wereld anno 2013 blijkt anders. Wientjes heeft zichzelf op het schild gehesen om de missieposten te redden. Hij wordt daarbij toegejuicht door PvdA en VVD. Volgens VVD-Kamerlid Han ten Broeke is het een goed idee als bedrijven een consulaat sponsoren, zoals nu al bij feestdagen gebeurt. Of de diplomatenpost betaalde marktscans te laten uitvoeren om zakenkansen te zoeken en contacten te leggen. Ten Broeke ziet op die manier ‘legio mogelijkheden om geld uit de markt te halen.’