Ja, wat nu? We hebben enorm veel informatie opgehaald in een aantal bijstandsexperimenten. Her en der heeft dat al geleid tot grotere of kleinere aanpassingen in het beleid van deelnemende gemeenten. Ook bij het Rijk is een omslag te zien, in het wetsvoorstel Participatiewet in Balans van minister Schouten. Daarin wordt erkend dat de Participatiewet op punten niet goed werkt, dat het mensbeeld dat er achter zit niet ok is, dat er minder moet worden uitgegaan van wantrouwen, en dat de menselijke maat terug moet. De concrete wijzigingen lijken, op basis van de beschikbare kennis goede, edoch vrij kleine aanpassingen in het bestaande systeem. Maar wat zou een goede weg zijn als je, op basis van de bekende wetenschappelijke inzichten, ons bijstandsbeleid (of wat breder, de hele sociale zekerheid) zou willen verbeteren?
We weten wat niet werkt
Want zoals ik al eerder schreef, we weten namelijk al ontzettend veel uit wetenschappelijk onderzoek over ons sociale stelsel. En heel veel van die kennis is dat wat we doen vrij beroerd werkt. Het stukje achter de link gaat over Nederland, maar ook uit onderzoek naar het Verenigd Koninkrijk weten we dat soortgelijke systemen als het onze voor veel problemen kunnen zorgen (van 'material hardship and health problems' tot 'increased child maltreatment and poorer child well-being'). De nadruk op strenge sancties (aan kwetsbare mensen) zorgt voor schier oneindige maatschappelijke ellende. Op basis van de beschikbare wetenschappelijke kennis zou je dus best kunnen zeggen: het huidige systeem moet helemaal anders. Niet alleen in Nederland maar in de hele westerse wereld, van Australië via het UK tot de VS. Overal waar dogma’s rondom ‘zelfredzaamheid’ en ‘workfare’ decennialang het beleid hebben bepaald. En de mensen die het had moeten helpen in de ellende heeft gestort.
Het huidige systeem aanpassen?
Maar hoe anders? Je kan kijken naar het huidige systeem, alleen dan wat menselijker, wat meer gebaseerd op vertrouwen en minder op straffen,, met wat meer persoonlijk contact… een beetje het pad dat Schouten is ingeslagen, maar dan wat verder doorlopend, en met wat grotere stappen. En met een flinke zak geld er bij. We hadden recent een onderzoek van de commissie Sociaal Minimum, die stelde dat er een miljard of zes nodig is om bestaanszekerheid te garanderen voor iedereen in Nederland. Dat is wat er nu dus, jaarlijks, tekort komt. Het verhaal dat er aan bijstandsgerechtigden meer maatwerk geboden moet worden is ook niet vol te houden zonder extra geld. Als je als overheid de mensen waar het over gaat wil spreken, dan kost dat geld. De afgelopen tien jaar is zo’n tweederde van het re-integratiebudget wegbezuinigd, terwijl de bijstandsgerechtigden als groep alleen maar kwetsbaarder zijn geworden. Met dank aan de Participatiewet, waarin allerlei mensen in de bijstand belanden die daarvoor werden gekwalificeerd als arbeidsgehandicapt.
Van de andere kant: op onderdelen kan het huidige systeem ook véél simpeler. De overheid kan veel meer zaken generiek uitkeren die nu individueel moeten worden aangevraagd, dat scheelt al een hoop administratie. En investeringen in bestaanszekerheid betalen zich op langere termijn terug met lagere kosten op andere leefgebieden (denk aan gezondheid en jeugdzorg).
Wat radicalere opties
Andere opties die de afgelopen jaren voorbij zijn gekomen zijn de basisbaan en het basisinkomen. Over die laatste kan ik kort zijn. Er bestaat allerlei onderzoek naar ‘gewoon geld geven’, maar dat is vrijwel allemaal beperkt in tijd, beperkt in schaal, of in een heel specifieke context. De resultaten zijn veelbelovend (vaak werkt het heel prima, met weinig negatieve bij-effecten), maar hard bewijs dat het gaat werken als vervanging van het sociale vangnet in een heel land is er niet. Of dat een probleem is, is overigens een politieke vraag: het is niet alsof van de Participatiewet getoetst is of hij wel ‘evidence based’ was, voordat hij werd ingevoerd. Dus het kan gewoon een keer gedaan worden, als er politiek draagvlak is. Persoonlijk (maar wie ben ik) zou ik zeggen: voer het basisinkomen in op Schiermonnikoog (of soortgelijke plek), zet er een hek omheen, en kijk 5 tot 10 jaar lang wat er gebeurt. Ja, dat is lang, maar over het basisinkomen wordt inmiddels al minstens vijf decennia lang gesproken, dus dan kan een keer grondig testen er ook wel een keer van af.
Een andere optie is de basisbaan. Enkele jaren geleden waren er verschillende commissies van wijzen die daarvoor pleiten. Belangrijke reden was dat er in ons stelsel van sociale zekerheid eigenlijk niets is voor mensen in de bijstand met heel weinig kans op werk. De relatief kansrijken worden wel geholpen bij het re-integratiebureau, als ze geluk hebben. En de financiële prikkels van het Rijk zijn ook zo dat gemeenten zich richten op die groep. Maar de mensen die héél veel hulp nodig hebben? Die worden vaak aan hun lot overgelaten. Een soort basisbaan voor hen zou helemaal niet raar zijn. Het concept is herontdekt, verschillende gemeenten experimenteren er mee op kleine schaal, maar het momentum lijkt een beetje verdwenen. Als we dit willen als land, dan moet dit echt vanuit de landelijke overheid komen (of ten minste gestimuleerd worden).
Je kan natuurlijk ook een aantal van bovenstaande elementen combineren. Één laatste ding dat je eigenlijk zou willen veranderen ongeacht welk systeem gekozen wordt: kap in vredesnaam met het toeslagenstelsel. Het maakt alles ongelooflijk ingewikkeld, er worden fouten mee gemaakt, mensen weten niet waar ze aan toe zijn, krijgen er stress van. Ook in mijn eigen onderzoek werd het regelmatig genoemd als reden om bijvoorbeeld niet te werken naast de uitkering, uit angst een jaar later een ‘verrassing’ te krijgen van de belastingdienst.
Er is genoeg te kiezen, en zoals gezegd werd onder minister Schouten heel voorzichtig een kansrijke kant opgekeken. De vraag is natuurlijk wat daarvan wordt meegenomen door de volgende regering.