Participatie anno 2011 is een wassen neus

De burger betrekken bij de maatschappij, hoe moet dat? In zijn lezing 'De Burger als Bondgenoot' gaat hoogleraar geschiedenis van Maatschappij, Media en Cultuur aan de Erasmus Universiteit Rotterdam Henri Beunders in op deze vraag. Dit artikel is een ingekorte en bewerkte versie van de lezing.  Het huidige bestel biedt burgers weinig mogelijkheden om betrokkenheid te tonen. Ze moeten meer betrokken worden bij de problemen van wijk, buurt, stad en land. Want dan zullen ze zich graag aanmelden als bondgenoot van de overheid. En kan de Nederlandse maatschappij weer een samenleving worden. Nederland anno 2011 is een klassenmaatschappij. Er zijn steeds duidelijker wordende patronen van uitsortering van de Nederlandse bevolking naar opleiding, inkomen, partnerkeus en etniciteit. Elke groep trouwt onder elkaar en woont bij elkaar, in gescheiden buurten. We zijn niet meer verenigd. Zichtbaarder en funester dan de sociaal-culturele en geografische verdeeldheid is de politieke verdeeldheid in twee klassen. De bestuurskundigen Mark Bovens en Anchrit Wille hebben dit onlangs aangetoond in hun boek Diplomademocratie, over de spanning tussen meritocratie en democratie. De kern ervan luidt: de hoger opgeleiden hebben de lager en middelbaar opgeleide burgers verdreven uit bijna alle bestuurlijke posities; uit het parlement, maar ook – en dat is het meest funest – uit vrijwel het gehele maatschappelijke middenveld dat toch als het wonderlijm van een gezonde democratie wordt beschouwd. De lager opgeleiden nemen steeds minder deel aan de politiek en aan het verenigingsleven. Door hun geleidelijke uitsluiting in de afgelopen decennia hebben de lager opgeleiden een belangrijke bron van respect verloren. Ze vormen een onderklasse die er nauwelijks meer toe doet. Bovens en Wille vragen zich af  ‘of het toeval is dat de opkomst van de diplomademocratie is gevolgd door een opmars van populistische partijen?’ Nee dus.

Door: Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Lezen: De BVD in de politiek, door Jos van Dijk

Tot het eind van de Koude Oorlog heeft de BVD de CPN in de gaten gehouden. Maar de dienst deed veel meer dan spioneren. Op basis van nieuw archiefmateriaal van de AIVD laat dit boek zien hoe de geheime dienst in de jaren vijftig en zestig het communisme in Nederland probeerde te ondermijnen. De BVD zette tot tweemaal toe personeel en financiële middelen in voor een concurrerende communistische partij. BVD-agenten hielpen actief mee met geld inzamelen voor de verkiezingscampagne. De regering liet deze operaties oogluikend toe. Het parlement wist van niets.

Steun ons!

De redactie van Sargasso bestaat uit een club vrijwilligers. Naast zelf artikelen schrijven struinen we het internet af om interessante artikelen en nieuwswaardige inhoud met lezers te delen. We onderhouden zelf de site en houden als moderator een oogje op de discussies. Je kunt op Sargasso terecht voor artikelen over privacy, klimaat, biodiversiteit, duurzaamheid, politiek, buitenland, religie, economie, wetenschap en het leven van alle dag.

Om Sargasso in stand te houden hebben we wel wat geld nodig. Zodat we de site in de lucht kunnen houden, we af en toe kunnen vergaderen (en borrelen) en om nieuwe dingen te kunnen proberen.