serie

Workshop Nieuw Kapitalisme

In deze serie Workshop Nieuw Kapitalisme nemen we om te beginnen de dominante politieke ideologie onder de loep. Je vind hier bijvoorbeeld analyses en ideeën over de taal waarmee we over markten denken en praten. Op zoek naar wat er van waarde overblijft als je de retoriek doorprikt.


Het is een manier om klein te beginnen – een workshop met schetsen en  knip- en plakwerk – aan een grote opgave waarvan velen zien dat die er is. Het is een zoektocht naar iets nieuws. Een manier om de verbeelding te prikkelen, omdat ideeën alleen worden opgegeven als er nieuwe ideeën voor in de plaats komen. En nieuwe ideeën hebben we nodig om ons voor te kunnen stellen hoe – dat is de grote opgave – een nieuwe politieke inbedding van ons economisch leven eruit kan zien.


Deze serie Workshop Nieuw Kapitalisme verschijnt op Sargasso en tevens op Substack. Geïnteresseerden kunnen zich daar inschrijven voor een nieuwsbrief, die bij elk nieuw artikel wordt verstuurd.


Leestip: ‘Gekaapt door het kapitaal’ van Mirjam de Rijk

RECENSIE - Mirjam de Rijk, economisch journalist, schrijver en voormalig wethouder, schreef met Gekaapt door het kapitaal een vlot lezend, goed gedocumenteerd boek [1]. De uitkomst van deze recensie is geen andere dan dat het boek gelezen moet worden. Daarom hierbij vast de aanmoediging om het aan te schaffen. Maar waarom is het lezen uw tijd en geld waard?

Iedereen leest weleens een kop in de krant, of ziet een item op een journaal, dat ongenoegen oproept over hoe onze economie tegenwoordig functioneert. Een fragment in het nieuws, waaruit blijkt dat er iets niet goed zit, maar dat vervolgens wordt begraven onder ander nieuws, of dat door dagelijkse beslommeringen naar de achtergrond verdwijnt. In de inleiding tekent De Rijk er een aantal op. Vervoersbedrijf Arriva in handen van Amerikaanse investeerder, Medisch specialisten stappen op vanwege overname van hun lab en Private equity koopt de ene na de andere zorgaanbieder.

Voor de Rijk vormde deze krantenkoppen juist de aanleiding voor een uitgebreid onderzoek. Ze sprak talloze mensen en kreeg veel informatie boven water, op basis waarvan ze eerst enkele artikelen voor De Groene Amsterdammer schreef en vervolgens dit boek. Daarin zijn die nieuwsfragmenten onderdeel van een verhaal over de werking van het kapitaal in de hedendaagse economie. Met name, maar niet alleen, in de economie van de publieke sector. Dat deel van de economie, waar winst van private partijen direct of indirect door de belastingbetaler wordt betaald.

Hoe de staat – niet de markt – opkomt voor economische vrijheid

ACHTERGROND - Cindy Holbrook is haarstylist in Toledo in de Amerikaanse staat Ohio. Ze kan de eindjes nauwelijks aan elkaar knopen en zoekt naar een betere baan bij een andere kapperszaak. Dat lukt. Ze vindt een nieuwe baan, maar deze blijkt op 14 mijl van haar huidige werkgever te liggen. Dat is een probleem, want bij haar oude werkgever heeft ze een noncompete moeten tekenen. Een contractuele verbintenis die verbiedt, na beëindiging van haar contract, binnen 15 mijl van haar werkgever hetzelfde beroep uit te oefenen, als werknemer of als ondernemer. Haar oude baas komt er achter en dreigt haar aan te klagen.

Noncompetes begonnen als een manier om te voorkomen dat goedbetaalde werknemers bedrijven verlieten met bedrijfsgeheimen, maar zijn verworden tot een middel voor bedrijven om laag betaald werk goedkoop te houden en te voorkomen dat hun werknemers switchen naar beter betaalde banen, aldus de New York Times, in het filmpje waarin Cindy Holbrook de situatie beschrijft waarin ze is terecht gekomen. De angst dat bedrijfsgeheimen worden meegenomen door CEO’s, of gespecialiseerde technici is begrijpelijk. Maar in de werkzame levens van de meeste werknemers spelen bedrijfsgeheimen op geen enkele manier een rol.

— — —
Dit artikel is onderdeel van de substack Workshop Nieuw Kapitalisme. Geïnteresseerden kunnen zich daar inschrijven voor een nieuwsbrief. Nieuwe artikelen ontvang je dan per mail.
— — —

Wat is er markt aan de woningmarkt?

LONGREAD - In augustus 2022 was er een kentering op de woningmarkt, voor het eerst sinds lange tijd lagen de prijzen lager dan het jaar ervoor. Een maand later in september weer. In oktober weer. ‘De afkoeling op de woningmarkt zet door’verkondigde RTL Nieuws. Sinds 2013 waren de prijzen gestegen, maar daaraan was nu een einde gekomen. Hoe kon dat zomaar gebeuren?

Anderhalf jaar eerder kopte de NVM site nog: ‘Grote vraag naar huizen houdt aan, prijzen stijgen naar recordhoogte’. Nu weten we allemaal dat de NVM haar woorden zo kiest dat zelfs als de prijzen dalen, de ongeïnformeerde lezer kan denken dat ze stijgen. Dat was begin 2021 echter niet nodig. De titel reflecteerde wat iedereen op de woningmarkt zag gebeuren, de prijzen stegen inderdaad naar recordhoogte. Die titel illustreert echter ook de veronderstelling van een causaal verband tussen de grote vraag naar huizen en de stijgende prijzen. Er is een grote vraag en daarom stijgen de prijzen.

Voor iedereen die denkt dat de woningmarkt zo werkt en zich zorgen maakte over de woningnood, zal het bericht van RTL over dalende prijzen een opluchting zijn geweest. Want als een grote vraag tot hogere prijzen leidt, dan wijzen dalende prijzen op een dalende vraag, of een groter aanbod. En in beide gevallen wordt het woningtekort kleiner. Goed nieuws dus. Toch is er in de berichtgeving van de NVM en van journalistieke media niets te vinden over een kleiner wordend tekort. Sterker nog, terugkijkend lijkt die hele woningnood geen moment verdwenen te zijn geweest. Hoe kan dat?

Leestip: ‘De onzichtbare hand’ van Bas van Bavel

Veelzeggender dan de titel van het boek De onzichtbare hand [1], geschreven door economisch historicus Bas van Bavel, is de ondertitel. Hoe markteconomieën opkomen en neergaan. In het boek reconstrueert hij de historische ontwikkeling van verschillende markteconomieën. Irak (500-1100), Noord Italië (1000-1500), De Nederlanden (1100-1800) en die van Engeland, de V.S. en (uiteindelijk) west Europa (1500-2000), die uiteindelijk één markteconomie zullen vormen.

In het boek beschrijft hij het patroon dat hij in al die reconstructies ziet terugkeren, een cyclus van opkomen en neergaan. Dat begint bij de maatschappelijke omstandigheden die nodig zijn om een markteconomie tot stand te laten komen en te laten functioneren. Vervolgens leidt het functioneren van die markten tot een toenemende rijkdom waarvan (aanvankelijk) velen profiteren. Maar het leidt ook tot een dynamiek, die uiteindelijk het functioneren van die markteconomieën zelf ondermijnt.

De Nederlandstalige versie van het boek verscheen in 2018, twee jaar na de Engelstalige versie. Het is naar zijn zeggen toegankelijker geschreven en bevat een toegevoegd hoofdstuk waarin hij reageert op de commentaren op de Engelstalige versie. De meeste van die commentaren gingen over de relevantie van het boek voor onze tijd. De parallellen zijn evident en dat is niet hoopgevend, want we zitten niet meer in dat deel van de cyclus dat met opkomen wordt aangeduid.

Schetsjes voor een geografie van de markt

Na 40 jaar toenemend marktdenken is de taal waarmee we over markten spreken gemeengoed geworden. Iedereen heeft wel een idee van wat er bedoeld wordt met de marktmarktkrachtenmarktwerkingmarktdenken en ander verwant taalgebruik. Dat mensen een idee hebben wil echter niet zeggen dat daar eenduidige definities onder liggen.

Aan de hand van een paar schetsjes wil ik verkennen wat we binnen ons maatschappelijk bestel tot markt moeten bestempelen en wat niet. Dat levert een kleine geografie van de markt op, waar vanzelfsprekend kanttekeningen bij te plaatsen zijn.

figuur 1

Markt – alles wat niet staat is

Het eerste schetsje (figuur 1) laat zien hoe vaak wordt gesproken over de markt. ‘Waar bemoeit de politiek zich mee, laat dat toch aan de markt over’De markt in die zin is alles wat niet de staat is.

Dat is een hele ruime definitie van markt, waarbij bijvoorbeeld ook een Vereniging van Eigenaren (VvE) tot de markt wordt gerekend, of Giro 555 van de Stichting Samenwerkende Hulporganisaties, of een vakbond als de FNV, of Stichting Urgenda, of uw huisarts en uw sportclub, of een woningbouwcorporatie, of een brievenbusfirma’s zoals Geneurope Holding. Ze behoren allemaal niet tot de overheid en dus, volgens deze definitie, tot de markt.

Het economisch rollenspel van Deliveroo

ANALYSE - De digitalisering van onze wereld heeft economisch veel mogelijk gemaakt en overhoop gehaald. Het heeft, volgens mensen als Nick Srnicek [1], een nieuw soort economische entiteit in het leven geroepen dat ze platform hebben gedoopt. Dat begrip platform vertroebelt echter meer dan ze verheldert. Net als eruit voortvloeiende begrippen als platformeconomie en platformkapitalisme.

In het eerste artikel van deze serie is duidelijk geworden dat we dat woord platform ook niet nodig hebben om onconventionele economische spelers als Airbnb beter te begrijpen. Airbnb is namelijk geen bedrijf maar een markt, waarvan ze zelf marktmeester is. Wat een markt is weten we, al is dit wel een wat ongebruikelijke markt, omdat ze geprivatiseerd is. Het is wel een vrij zuiver voorbeeld van zo’n geprivatiseerde markt. Buiten het juridische omhulsel en haar winstoogmerk, is er niets bedrijfsachtig aan Airbnb.

Dat is anders bij het onderwerp van dit artikel: Deliveroo. Dat is een meer hybride economische speler. Haar activiteiten zijn een samenstelsel van marktachtigheid en bedrijfsachtigheid.

Deliveroo – de markt

Ga naar de website van Deliveroo – hier vind je de Belgische variant, in Nederland is ze niet meer actief – en je komt op een markt voor eten. Als je iemand bent met een eetvraag dan kun je hier op zoek naar eetaanbod. Deliveroo levert de infrastructuur waarop vraag en aanbod elkaar kunnen vinden. Vergelijkbaar met Airbnb die de marktinfrastructuur voor bed and breakfasts verzorgt. In die zin is Deliveroo, net als Airbnb, ook een geprivatiseerde markt.

Wat is Airbnb?

ANALYSE - Wie heeft zich dat weleens afgevraagd? Je bezoekt misschien weleens de site en huurt, of verhuurt een huis. Net als vele anderen ken je het en gebruik je het. Maar wat is het? Airbnb is niet waar het zich voor uitgeeft.

Eenvoudig gesteld bestaat een economie uit twee onderdelen. Je hebt economische spelers en je hebt een prijsmechanisme. Die economische spelers zijn bedrijven, of individuele personen. Met het produceren en afnemen van producten en diensten genereren zij vraag en aanbod. Het prijsmechanisme zorgt er voor dat vraag en aanbod bij een bepaalde prijs, de marktprijs, in evenwicht zijn. De ruimte waarbinnen dat prijsmechanisme functioneert noemen we de markt.

Airbnb doet zich voor als zo’n economische speler. Hier kun je zien dat ze zichzelf identificeert als bedrijf, of eigenlijk als meerdere bedrijven. De provider van de website heet Airbnb Ireland UC en is een private unlimited company en voor de betalingen heeft ze twee bedrijven. Airbnb Payments UK Ltd., gevestigd in Londen en Airbnb Payments Luxembourg S.A., gevestigd in Luxemburg. Allemaal geregistreerd in de betreffende handels- en bedrijfsregisters. Die verschillende onderdelen hebben natuurlijk een directie, een kantoor en werknemers. Je zou daardoor zomaar de indruk kunnen krijgen dat Airbnb ook daadwerkelijk een bedrijf is.

Wat is Airbnb

Workshop Nieuw Kapitalisme

Er was in 2008 een wereldwijde economische crisis voor nodig om het neoliberalisme uiteindelijk toch niet van z’n plaats te krijgen als dominante ideologie. Als een crisis, zo groot, die verandering niet teweeg brengt, hoe moet zo’n verandering waarvan de noodzaak voor velen duidelijk is dan beginnen? Klein?

Laten we eerst een paar dingen op een rij zetten over ideologieën, zoals de vraag wat we überhaupt onder een ideologie moeten verstaan?

Je kunt zeggen, een ideologie is een min of meer samenhangend stelsel van begrippen en ideeën. Een stelsel dat, in tijden van brede ideologische consensus, meestal op de achtergrond aanwezig is en zelf niet wordt betwist. Ze vormt dan de grondslag van het dagelijkse politieke en maatschappelijke debat. Vergelijkbaar met het speelveld in de sport: de lijnen op het voetbalveld, de zwart-witvlakken op het schaakbord, ze worden als uitgangspunt geaccepteerd.

Oude ideologieën

Neoliberalisme wordt de ideologie genoemd die in de jaren 80 dominant werd en waar zeker tot de kredietcrisis in 2008 brede consensus over bestond. Ze werd voorgegaan door het keynesianisme dat sinds de Tweede wereldoorlog leidend was geweest, maar geen antwoord had op de economische turbulentie in de jaren 70. Stagflatie bijvoorbeeld – een combinatie van inflatie en een stagnerende economie – kon binnen het keynesiaanse begrip van de economie eigenlijk niet bestaan. De ideologische consensus verbrokkelde, mede door de neoliberalen die wel antwoorden leken te hebben. Naar haar vertolkers werd steeds meer geluisterd en dat plaveide de weg voor een ideologische en een politieke omwenteling.