serie

Vaste Gasten

Net als je even inkakt, prikken onze Vaste Gasten je weer wakker met hun scherpe pen.


Foto: daisy.images (cc)

Geen bal op tv | The fear of 13

Er zijn van die dingen die ik niet kan uitstaan. Dat je bijvoorbeeld iemand ziet die heel erg op iemand anders lijkt, maar dat je maar niet kan bedenken op wie. Je weet dat het ergens voor het oprapen ligt, maar het juiste antwoord blijft hangen in de krochten van je onwelwillende brein. Ik keek naar het gezicht van Nick Yarris in de documentaire The Fear of 13. Vooral als hij lachte en zijn tanden ontblootte, leek hij op iemand. Een minister misschien. Of iemand uit onze straat. Een collega dan? Ja, een collega. Verdomme, het was Maurits! Nee, toch niet. Mijn oude wiskundeleraar dan? Nee, ook niet. 

Ik moest me op zijn lach concentreren. Nick Yarris is een witte man met een kale kop. Die kale kop moest weg. Onlangs zappte ik langs RTL4 en zag ik twee aangeklede bostrolletjes tegenover Linda de Mol zitten. Zwaar gerimpelde gezicht, ineengekrompen houding alsof de hemel op hun schouders rustte, droefgeestige oogopslagen. Maar achter die diepe rimpels ingemetseld zag ik het gezicht van iemand die ik herkende. Het duurde even, maar toen begreep ik dat ik naar het programma The Story of My Life keek, waarin bekende Nederlanders zich tot hun bejaarde zelf laten grimeren om terug te kijken op een leven dat deels nog geleefd moet worden. Wesley en Yolanthe waren er een tijdje geleden ook in te gast. Ik zag Yolanthe toen met tranen in haar ogen tegen Wesley zeggen dankbaar te zijn voor het mooie en rijke leven dat ze hadden geleefd en dat ze na al die tijd nog samen waren. Mijn inlevingsvermogen duizelde van deze hallucinante liefdesverklaring waarin duizenden clichés harmonieus werden samengesmeed tot iets unieks. Maar terug naar de trolletjes: toen ik wist dat ik die rimpels weg moest denken, zag ik vrij snel dat een van de trolletjes Carlo Boszhard was.

Foto: daisy.images (cc)

Hulspas weet het | Playboy, de kramp en de preutsheid

COLUMN - ‘Een imaginaire ontsnapping naar de wereld van wijn, vrouwen en gezang.’ Zo omschreef Hugh Hefner zijn blad Playboy. Hij wist wat hij verkocht. Onschuldig wegdromen. En daarin verschilde Playboy wat hem betreft niets van alle andere blaadjes, wanneer dan ook. En nog steeds liggen er overal stapels blaadjes vol dure auto’s en geurtjes, met fotoreportages van onbereikbare vakantiebestemmingen, kleding van het onbetaalbare soort en ga zo maar door. Niks mis mee.

Even ontsnappen aan ons Ikea-interieur en de verwassen outfitjes van H&M en C&A. Dat aanjagen van materiële verlangens, daar hoor je niemand meer over. In deze samenleving is consumeren een goede daad! Maar als het om erotische verlangens gaat, schiet 99 procent in een vreselijke kramp.

Hefner stierf, en iedereen stortte zich op de Playboy. Journalisten, columnisten, feministen, experts uit donkere hoekjes: ze moest allemaal even zeggen dat de Playboy ‘fout’ was. Allemaal herhaalden ze braaf het cliché dat de vrouw daarin als seksobject wordt neergezet. En dat mag niet. Dat is vernederend voor vrouwen. Wegdromen bij mooie vrouwen – het zou verboden moeten worden. Want het is schadelijk.

De kritiek is zo oud als Playboy zelve. En Hefner kon er nooit wat mee. Wat was er mis met dagdromen? En vrouwen vinden het toch niet erg om aantrekkelijk gevonden te worden, om een beetje seksobject te zijn? Ze zijn niet voor niets geïnteresseerd in mooie kleding en lekkere geurtjes, in die andere blaadjes.

Foto: daisy.images (cc)

Interview met Rolf Strootman – Het Perzische Rijk als sociaal netwerk

INTERVIEW - Het Perzische Rijk (550-330 v. Chr.) was de eerste grootmacht die erin slaagde van het Midden-Oosten een politieke eenheid te maken. De Perzen verenigden tientallen volken onder hun gezag en zorgden zo voor een langdurige vrede. Onder het Perzische gezag bloeide de langeafstandshandel en kwamen verschillende culturen met elkaar in contact. De vraag hoe dit Perzische Rijk tot stand kwam en hoe het zich als politieke eenheid heeft weten te handhaven blijft tot op heden onbeantwoord. Deze week een interview Rolf Strootman, die onderzoek doet naar de rol van sociale netwerken en handelsroutes in het functioneren van het Perzische Rijk.

Rolf Strootman

Rolf Strootman

Dr. Rolf Strootman is docent-onderzoeker bij het Departement Geschiedenis & Kunstgeschiedenis van de Universiteit Utrecht. Hij is gespecialiseerd in de geschiedenis van het Midden-Oosten en Centraal-Azië. Zijn huidige onderzoek richt zich op de vraag hoe het Perzische en het latere Seleucidische Rijk zich wisten te handhaven. Volgens Strootman waren deze wereldrijken in de kern sociale netwerken die ernaar streefden de handelsroutes tussen de Middellandse Zee en Centraal-Azië te beheren. Met de opkomst van het Perzische Rijk werd dit gebied voor het eerst een politieke eenheid en werd de basis gelegd voor de Zijderoute.

Foto: daisy.images (cc)

Hulspas weet het | beterschap uit Noord Korea

COLUMN - Het nieuws rond de medicijnprijzen neemt volstrekt schunnige vormen aan. Afgelopen week werd bekend dat het Amerikaanse bedrijf Allergan de patenten voor een bepaald type oogdruppels (commerciële naam: Restasis) doorverkoopt aan de Mohawk-indianen. Die runnen een reservaat (met casino’s en dergelijke) op de grens van de VS en Canada. Dankzij hun bijzondere geografische positie zijn ze ongrijpbaar voor de Amerikaanse wetgeving. En daarmee ook voor de concurrenten van Allergen, die die oogdruppels graag veel goedkoper willen namaken en daarom de patenten willen aanvechten.

Maar met de patenten opgeborgen in een reservaat, wordt de aanklacht onmogelijk en kan Allergan nog zeven jaar lang Restasis voor een woekerprijs verkopen. Er zijn honderdduizenden gebruikers van de druppels, die het bedrijf per zieke vierduizend dollar per jaar opleveren. Die zieken moeten dus nog zeven jaar bloeden. Huilen kan niet meer.

Waarom zo duur? Farmabedrijven roepen in koor dat ze de kosten voor de ontwikkeling van het medicijn moeten terugverdienen. In het geval van Allergan is dat helaas onzin; de werkzame stof cyclosporine kost niks en je hoeft het alleen maar te verdunnen. Maar een paar flauwe patenten beschermen het bedrijf tegen concurrentie. Ze kunnen vragen wat ze willen.

Foto: daisy.images (cc)

Leve de pretenties van Lieke Marsman

RECENSIE - Het tegenovergestelde van een mens, de eerste roman van Lieke Marsman, was voor mij het boek van deze zomer. Ik had het op papier gelezen vlak voor ik op reis ging, en was zo dom om het daarna niet mee te nemen. Zodat ik de hele tijd bleef verlangen naar het boek, terwijl ik ergens in Rusland zat waar niemand gek genoeg nog van Lieke Marsman had gehoord. Zodat ik het boek toen maar in de boekwinkel van Apple had gekocht, voor op mijn iPad.

Het boek mengt van alles: persoonlijke herinneringen van een hoofdpersoon met beschouwingen, proza met poëzie, wanhoop met hoop, kritische beschouwing met lyrische passages. Je zou ook kunnen zeggen dat het boek gaat over mengen, over de onmogelijkheid om je bezig te houden met de gigantische problemen waar we voor staan als je ondertussen ook nog je eigen relatie in leven probeert te houden, of een baantje te vinden.

Mengeling

Het tegenovergestelde is het 21e-eeuwse antwoord op Het gemillimeterde hoofd van Gerrit Krol dat precies 50 jaar geleden verscheen. Dat wil wat zeggen, dat ik dat hier beweer, want Het gemillimeterde was tot deze zomer mijn favoriete Nederlandse boek van na de Tweede Wereldoorlog, en is dus nu ineens teruggedrongen tot mijn favoriete Nederlandse boek van de tweede helft van de twintigste eeuw. De twee boeken zijn in sommige opzichten ook nog eens elkaars spiegelbeeld. Het gemillimeterde is wellicht het meest heteroseksuele boek ooit, alleen voorbijgestreefd door andere boeken van Krol. Het tegenovergestelde gaat juist over een homoseksuele vrouw. Het gemillimeterde gaat over iemand die carrière maakt als wiskundige en zich weinig aantrekt van de milieugevolgen – Krol werkte zoals we weten vrijwel zijn hele leven bij oliemaatschappij Shell. Het tegenovergestelde gaat voor een belangrijk deel over de verlamming die ons beheerst waar het gaat over de klimaatverandering.

Foto: daisy.images (cc)

Interview met Kristin Kleber – Belastingen in het Perzische Rijk

INTERVIEW - Het Perzische Rijk (550-330 v. Chr.) was de eerste grootmacht die erin slaagde van het Midden-Oosten een politieke eenheid te maken. De Perzen verenigden tientallen volken onder hun gezag en zorgden zo voor een langdurige vrede. Onder het Perzische gezag bloeide de langeafstandshandel en kwamen verschillende culturen met elkaar in contact. De vraag hoe dit Perzische Rijk tot stand kwam en hoe het zich als politieke eenheid heeft weten te handhaven blijft tot op heden onbeantwoord. Op dit moment lopen verschillende onderzoeksprojecten die deze vraag – elk op hun eigen manier – proberen te beantwoorden. Zo ook in Nederland. Helaas bereiken de inzichten van deze onderzoeksprojecten nauwelijks het brede publiek. Daar wil ik verandering in brengen door de nieuwste onderzoeksprojecten op dit gebied uit te lichten. Deze week een interview met Kristin Kleber, die onderzoek doet naar belastingen in het Perzische Rijk.

Kristin Kleber

Kristin Kleber

Dr. Kristin Kleber is hoofddocent Talen & Culturen van het Oude Nabije Oosten aan de VU. Ze is gespecialiseerd in de sociale, legale, politieke en economische geschiedenis van Babylonië in het eerste millennium v. Chr. Sinds 2014 doet ze onderzoek naar belastingen in het Perzische Rijk, met name in de belangrijke provincie Babylonië en in het kernland Persis. Samen met twee promovendi en een postdoc neemt ze de archieven van Babylonische tempels, priesters en zakenlieden door, op zoek naar informatie over het Perzische belastingstelsel. Deze archieven tezamen omvatten tienduizenden kleitabletten, die desalniettemin maar een fragmentarisch beeld geven van een veel complexer geheel.

Foto: daisy.images (cc)

Hulspas weet het | Een geniale commissie

COLUMN - Ja, dat leest u goed. Een commissie kan wel degelijk geniaal zijn. We zijn er aan gewend geraakt om alles wat door ‘een commissie’ gebeurt, bij voorbaat af te branden. Vraag een commissie om een paard te ontwerpen, en je krijgt een kameel. Genialiteit, zo wordt ons sinds de Romantiek ingestampt, is een individuele eigenschap. Wonderen kun je uitsluitend verwachten van ‘een genie’. En zodra een genie moet samenwerken met anderen, kan het alleen maar minder worden.

Dat romantische misverstand houdt de mythe van het genie Shakespeare overeind. Zulke indrukwekkende werken moeten wel geschreven zijn door ‘een genie’. Enkelvoud. Tegelijkertijd kan iedereen die even oplet, direct merken dat in ieder geval de grootste toneelstukken het werk zijn van een commissie, waarbij verschillende leden, met verschillende historische en literaire expertises (en praktische vakkennis), aan de tekst hebben meegewerkt.

Voornaamste aanwijzingen: verscheidene stukken zijn véél te lang voor een normale uitvoering en de woordenschat van ‘Shakespeare’ overtreft vele malen de omvang van een menselijke woordenschat – zelfs die van een (één) geniaal auteur. Daar gaan we onmogelijke grenzen over. Shakespeare moet het werk van meerderen zijn.

Nu wordt er natuurlijk al heel lang gezegd dat die arme acteur wiens naam aan deze stukken verbonden is, met een erfenis van één bed, onmogelijk de geestelijk vader van dergelijke stukken kan zijn. Het probleem is dat men vervolgens op zoek gaat naar een (één) geniale vervanger, zoals Francis Bacon of Walter Raleigh. Juist doordat men één vervanger zoekt, zijn deze pogingen gedoemd te mislukken. Zoiets laat zich biografisch immers niet inpassen.

Foto: daisy.images (cc)

Verloren Oudheid | Het geloof van de Mandeeërs

In de moerassen van zuidelijk Mesopotamië woont een mysterieuze religieuze groep die bekend staat onder de naam Mandeeërs. Ze vereren Johannes de Doper en worden wel beschouwd als het laatste bastion van de gnostiek. De gnostiek is een belangrijke religieuze stroming uit de oudheid die ook het christendom heeft beïnvloed. Kennis van de Mandeeërs en hun geloof is daarom van groot belang om het religieuze milieu te begrijpen waarin het jodendom en het christendom tot wasdom kwamen.

De oorsprong van de gnostiek

De oorsprong van de gnostiek is nog altijd in nevelen gehuld. Gnostici zelf menen dat hun leerstellingen al bij de Schepping zijn geopenbaard, maar de eerste gnostische ideeën worden pas geattesteerd rond het begin van onze jaartelling. Het belangrijkste argument tegen een oeroude oorsprong van de gnostiek is dat de gnostische leerstellingen ontleend lijken te zijn aan het jodendom, het zoroastrisme, het neoplatonisme en de hermetiek. De stroming moet dus ontstaan zijn in een milieu waar al deze stromingen met elkaar in aanraking kwamen. Een dergelijke milieu bestond in het Nabije Oosten rond het begin van onze jaartelling, waar verschillende etnische en religieuze groepen onder Romeins of Parthisch gezag samenleefden.

Leerstellingen van de gnostiek

Foto: daisy.images (cc)

Hulspas weet het | Red de aarde! Neuk meer!

COLUMN - Waar begint een ‘Theory of Everything’? Waar haal je de bouwstenen vandaan voor een dergelijk project? De meest voor de hand liggende gedachte is natuurlijk dat je daarvoor verwante wetenschappen moet gebruiken, die aan elkaar grenzen. Je combineer natuurkunde en scheikunde, of biologie en biochemie, en zo verder.

Erg visionair is dat niet. Nee, een ware fascinerende theory of everything moet veel verder grijpen. Zoals de unificatie van de evolutieleer en de moraal, in de vorm van de sociobiologie. Dát is een dappere sprong richting everything. Of de combi hersenonderzoek en de menselijke geest. ‘Wij zijn ons brein’, zo luidt het credo dat velen uitdragen, er rotsvast van overtuigd dat we ooit het ‘ik’ kunnen beschrijven in termen van neurotransmitters. Voorwaar, een dappere sprong.

U begrijpt, het gaat hier niet om wetenschap, maar om een vorm van intellectuele acrobatiek. En de grootste acrobaat in dat circus was ongetwijfeld de Franse filosoof Charles Fourier, die alles met alles kon verbinden, en daar ook nog een wijze les uit trok we moeten zoveel mogelijk neuken.

We kennen Fourier tegenwoordig als een ‘utopistische’ voorloper van het socialisme. Dat ‘utopisch’ is een scheldwoord later bedacht door socialisten. Maar in het geval van Fourier zit daar toch wel een kern van waarheid in. Centraal in zijn denken stond De Liefde. Dat was de enige echte kracht in de mens én in de kosmos.

Foto: daisy.images (cc)

De Kroonboekenclub | Abdelkader Benali, Wax Hollandais

RECENSIE - Wat is een gedicht? Stel, je hebt een auteur die vooral bekend is als prozaschrijver, en die publiceert een bundel waarin gedichten staan die bijvoorbeeld Dordrecht heten en als volgt gaan:

Een stad die ik leerde kennen van de Wibra-
reclamefolder die maandelijks op de mat
viel. Alles was goedkoop, behalve de foto’s
achterop. Die hadden glans want zgn. kunstzinnig.

Ze brachten me naar pittoresk Drachten, vaarbaar
Amsterdam, zacht Zwolle en dan Dordrecht.
Een gracht met daarin een stuk drop groot
als een schip, spoorloos is de schipper.

De mooiste foto kreeg een prijs.
Met kloppend hart wacht ik op de nieuwe
folder. Zal Dordrecht nog meer van haar
geheime schoonheden prijsgeven, fotogeniek

is ze genoeg. Wanneer ik er voor het eerst kom
zie ik alleen geen gracht, wel een Wibra.

Hier wordt op het eerste gezicht een verhaaltje verteld dat weinig om het lijf heeft. Ik ga het bovendien nog niet eens navertellen, want het staat er in het gedicht zo duidelijk – en dus zo onpoëtisch – als wat: het gedicht is al zijn eigen samenvatting, in een zinsbouw die vooral opvalt door zijn alledaagsheid (“want zgn. opvallend” als hele zin). Kortom: lees dit voor zonder te letten op de eigenaardige afbrekingen en niemand gelooft dat je een gedicht voorleest. Als er al iemand luistert.

Foto: daisy.images (cc)

Geen bal op tv | Lady Di

Vlak na het Achtuurjournaal van 31 augustus 1997 zag ik Wim T. Schippers en Hugo Brandt Corstius zich in Zomergasten (hashtag #zg97) verbazen over alle aandacht die het overlijden van Lady Di zojuist had gekregen. Ik begreep er ook niks van. Ik wist wel dat Lady Di een populair persoon was (zelfs een stel semi-intellectuele vrienden van mijn ouders had ik eens vol bewondering horen praten over de manier waarop ze een interview over haar scheiding had gegeven), maar het was me een raadsel waarom. Ze werd geroemd om haar authenticiteit en warmte, maar ik had altijd alleen maar effectbejag gezien. Het nieuws over haar dood nam ik met enig schouderophalen tot mij.

Na een paar minuutjes vol ongeloof over zoveel oppervlakkigheid, besloot Wim T. Schippers dat het tijd was om naar het eerste fragment van Hugo Brandt Corstius’ ideale tv-avond te gaan. En zo kwam het dat ik, samen met Hugo Brandt Corstius en Wim T. Schippers, naar stilstaande beelden van een schilderij van Piet Mondriaan zat te kijken. Als ik het mij goed herinner, want helemaal zeker ben ik er niet meer van. Ik weet wel zeker waar de rest van Nederland naar zat te kijken.

De rest van Nederland zat naar RTL te kijken, waar ze al de hele dag onophoudelijk over de gebeurtenissen en Londen en Parijs uitzonden. Althans, dat leerde ik later: de dood van Lady Di was het moment dat RTL groot werd. Waar de NOS enkel in de journaals berichtte over de gebeurtenissen (en zich beperkte tot de feiten), daar bracht RTL de hele dag nieuwe berichtgeving. En de mensen smulden ervan. In de documentaireserie ‘Lady Di & Dionne’ zegt Pia Dijkstra tegen Dionne Stax dat het Achtuurjournaal een adequaat beeld had geschetst van de gebeurtenissen. En dat had het ongetwijfeld gedaan, maar de slag om de kijker hadden ze die dag verloren. Bij RTL hadden ze wél begrepen wat er gebeurd was.

Foto: daisy.images (cc)

Hulspas weet het | Zoek de onzichtbare moskee!

COLUMN - En weer heeft het terrorisme de wetenschap verslagen. De daders van de aanslagen in Catalonië waren géén orthodoxe salafisten of hoe je dat ook wilt aanduiden; ze hadden allemaal een prima opleiding en prima banen. Ze waren volgens iedereen uitstekend geïntegreerd in de Catalaanse samenleving. Ze kwamen eigenlijk nooit in een moskee. Kortom, volgens alle wetenschappelijke inzichten hadden ze geen enkele reden om een diepe haat te gaan koesteren jegens ongelovigen of de discriminerende westerse samenleving, en het jihadistische pad op te gaan.

En toch transformeerden ze in een paar weken tijd tot terroristen. Gelukkig is er dit keer een ‘verklaring’, een zondebok: imam Abdelbaki es-Satty. Die wordt nu alom beschouwd als het ‘brein’ achter de operatie. Makkelijk, want die is dood. De vraag wat een geradicaliseerde imam kan beginnen als de verdere psychologische springstof ontbreekt, zal voorlopig wel buiten beeld blijven. In plaats daarvan klinkt: is het dan toch het geloof? Kan een imam van een vriendengroepje een verzameling monster maken?

De Belgische autoriteiten hebben al laten weten dat ze de gangen van imams voortaan nauwgezet gaat volgen. Naarmate er straks meer bekend zal worden over de toedracht (en de naam van Es-Satty vaker valt) is een toename van de moskee-fobie onvermijdelijk.

Vorige Volgende