Komt er iets terecht van tegenmacht en dualisme?
ANALYSE - Tjeenk Willink schetste het al. Je moet niet verwachten dat een cultuur die in decennia is gegroeid in een paar maanden verdwenen is. En een regeerakkoord op hoofdlijnen verandert iets, maar, in zijn woorden: als de controleur (de Kamer) niet verandert, zal ook de gecontroleerde (het kabinet) dezelfde blijven. Tegenmacht en dualisme veronderstellen dat de Tweede Kamer zich als onafhankelijke macht opstelt. Nu zijn de controleur en de gecontroleerde daarvoor te zeer met elkaar vervlochten. Het vlechtwerk is in handen van de politieke partij.
Over die vervlechting gaat dit artikel en over dualisme dat een vorm van ontvlechting is. Het eindigt met verschillende voorstellen om dat dualisme te vergroten. Een aantal daarvan kwam reeds in het publieke debat langs, zoals een regeerakkoord op hoofdlijnen. Maar ze zijn niet allemaal van voldoende kaliber om langdurige verandering te bewerkstelligen.
Ollongren en het kroonjuweel van D66
Terugkijkend moet gezegd worden dat Kasja Ollongren op een wel heel uitzonderlijke manier de belangrijkste kroonjuweel van D66 opnieuw glans heeft gegeven. Zelfs zonder het zo bedoeld te hebben leidde ze een discussie in over democratische vernieuwing, die ook in ’66 werd gevoerd. Het gebrek aan dualisme klonk toen zo:
“Het parlement kan niet functioneren. De meerderheid van de parlementsleden behoort tot de coalitiepartijen. Dat maakt hun positie zwak en onvrij. Ze zijn meer betrokken bij het bestendigen van de coalitie dan bij de belangen van de kiezers. En de ministers weten dat. Ze kunnen er misbruik van maken. U weet dat ze dat soms doen.”