serie

Kunst op zondag

Foto: Joan (cc)

De langst lopende serie op Sargasso. De kunstredactie zorgt voor wat kunsteducatie op de vroege zondagochtend. Lezersbijdragen worden zeer gewaardeerd.


Foto: Joan (cc)

Kunst op Zondag: Blackface

Nog één nachtje slapen en dan komt de goede Sint met een lading cadeautjes laten zien wie hij ’t allermeest bemint. Met in zijn kielzog zijn knecht, die we geen knecht meer mogen noemen. Want Sint en Piet zijn tegenwoordig gelijkwaardig aan elkaar. Volgend jaar gaan ze wederzijds tutoyeren.

Afijn, het leek mij een mooi moment om deze aflevering van Kunst op Zondag in het teken van blackface te zetten. Want door al dat gedoe over dat je de knecht van Sinterklaas geen knecht meer mag noemen en dat ze elkaar je en jij gaan noemen, zou je bijna vergeten dat er nóg een heikel puntje is dat een smet werpt op dit eens zo populaire kinderfeest: de kleur van Zwarte Piet.

Bij de NPO lopen ze momenteel door elkaar, Zwarte en Gekleurde Pieten, waaronder Pieten die geschminkt zijn in de kleuren van Mondriaan (die ook Piet heette). Toen ik na de eerste afleverging met een Mondriaan Piet vroeg of er nog wat gebeurd was, kreeg ik van alles te horen, maar geen woord over Pieten met rare kleurtjes. They couldn’t care less. Het kan natuurlijk ook dat ze de afgelopen jaren levend de moeder zijn gegaslight

Foto: Joan (cc)

Kunst op Zondag | Nighthawks

Hoe slaagt Edward Hopper er toch in met zijn schilderijen een gevoel van eenzaamheid op te roepen?

Evan Puschak onderwerpt zijn bekende schilderij ‘Nighthawks’ (1942) aan een nadere beschouwing.

Voor wie geïnteresseerd is in de historische en sociale achtergrond – de setting van Hoppers schilderijen tegen de achtergrond van het stadsleven tijdens de Tweede Wereldoorlog, is hier een vergelijkbare bespreking door Beth Harris en Steven Zucker.

Foto: Joan (cc)

Kunst op Zondag | De Franken

Ik toonde vorige keer vier kunstvoorwerpen die illustreerden dat de Lage Landen een economische en politieke krachtcentrale kunnen zijn. Nooit was dat duidelijker dan in de tijd na de desintegratie van het Romeinse Rijk, toen de Franken vanuit de huidige Benelux het land onderwierpen dat naar ze is vernoemd. In de Nederlandse geschiedeniscanon komen de Franken er (anders dan in België, Duitsland en Frankrijk) wat bekaaid vanaf. Toch zijn de Franken – en meer in het algemeen de cultuur van de zesde tot en met achtste eeuw – de moeite waard, zoals ik vandaag wil tonen.

Het heeft geen zin te ontkennen dat de Franken een krijgslustig volkje waren, dus ik begin met wat wapens. Wapens die er precies hetzelfde uitgezien zouden hebben als ze waren gedragen door hun buurvolken. Zo is deze helm, die te zien is in Burg Linn in Krefeld, een betrekkelijk standaardmodel. Wel is ze erg mooi, zodat men wel aanneemt dat het gaat om een vorstengraf.

Frankische spangenhelm (© Burg Linn, Krefeld)

Frankische spangenhelm (© Burg Linn, Krefeld)

De Frankische krijgers waren gevreesd om de dodelijke efficiëntie waarmee ze de bijl wierpen, een wapen dat naar ze is vernoemd en bekendstaat als francisca. Deze twee zijn te zien in het British Museum in Londen en komen vermoedelijk uit westelijk Frankrijk.

Foto: Joan (cc)

Kunst op Zondag | Supermacht Benelux

Als er één gebied ter wereld is waar het goed wonen is, is het Noordwest-Europa. De delta’s van de Rijn, Maas en Schelde ontsluiten een achterland dat zich uitstrekt tot diep in Frankrijk en tot voorbij Duitsland. Langs de corridor van Rijn en Rhône kan bovendien handel worden gedreven met het Middellandse Zee-gebied. De zeehavens, die West-Europa verbinden met de oceanen, zijn al eeuwenlang economische krachtcentrales: Rotterdam en Antwerpen, Brugge en Dordrecht, Tiel en Dorestad.

Voeg toe: de agrarische weelde van de lössgronden langs de Maas, de mineralen van de Ardennen en de winsten uit de stedelijke nijverheid. Dan weet je dat er voor welvaart altijd een basis zal zijn in de Lage landen. Als er dan ook nog goede soldaten zijn, zoals in de zeventiende eeuw, staat zelfs weinig een machtsontplooiing in de weg. De Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden was echter niet de eerste die deze mogelijkheden uitbuitte.

De eerste die vanuit de Lage Landen de macht greep, was de Romein Vitellius, die in het jaar 69 in Keulen werd uitgeroepen tot keizer en met een strijdmacht van Romeinse legionairs en Bataafse bondgenoten oprukte naar Rome. De combinatie van militaire en economische macht stond garant voor succes. Hij had echter de domme pech dat zijn rivaal Vespasianus net wat meer troepen op de been kon brengen en dat de Bataven daarmee gemene zaak maakten.

Foto: Joan (cc)

Kunst op Zondag | De esoterische oorsprong van abstracte kunst

Matthew Collins is een abstract beeldend kunstenaar. Hij begrijpt heel goed dat veel mensen maar weinig snappen van abstracte kunst.

Een veelgehoorde kreet is: ‘Dit kan mijn zusje van vier ook!’ Wel, da’s dus niet helemaal waar, want er zitten wel degelijk complexe ideeën achter abstracte kunst.

Wist u bijvoorbeeld dat de abstracte kunstbeweging hevig beïnvloed is door Mme Blavatsky’s theosofische beweging? Piet Mondriaan was een levenslang aanhanger van de theosofische school.

Frieda Harris

Ik moest bij het bekijken van bovenstaande documentaire in enen aan het werk van Frieda Harris denken, die in de jaren veertig Aleister Crowley’s tarot voor hem schilderde.

Hieronder treft u enkele voorbeelden van haar werk, die naast een abstracte ook een surrealistische inslag hebben.

friedaharrisabstract

Frieda Harris abstract 2

friedaharrishermit

Dat abstracte kunst nogal esoterisch kan lijken, berust kennelijk niet op toeval, maar ís – in tweeërlei zin – ook gewoon zo.

Foto: Joan (cc)

Kunst op Zondag | Sigaret

Wij kennen Edvard Munch natuurlijk vooral van ‘De Schreeuw’. Hier onderwerpt Evan Puschak zijn ‘Zelfportret met Sigaret’ (1895) aan een nadere blik en wat die sigaret destijds te beduiden had.

Voor Scharffenberg en Nordau was de sigaret symptomatisch voor de degeneratie van de hele maatschappij.

Een obsessie met ‘degeneratie’, dat is ook het thema dat in het boek van Eugen Weber Frankrijk, fin de siècle (1986) loopt. Weber beschrijft hoe de gegoede burgerij zich voortdurend zorgen maakt over decadentie en verval van de massa’s, over gebruik van drugs, prostitutie en om zich heen grijpende syfilis van een klasse die zelf de hele dag niks te doen heeft en ’s avonds aan de boemel gaat en met drank, drugs en seks experimenteert.

Het zal de tijdgeest wel zijn geweest: een verwrongen manifestatie van de angst voor de emancipatie van arbeidersklasse. Uiteraard waren het juist de kunstenaars die zich met deze emancipatie vereenzelvigden.

Foto: Joan (cc)

Kunst op Zondag | Dutch simplicity

ACHTERGROND - In Holland, nothing ever happens. Today – I’m writing this on Friday, October 21th – our main headlines are: repairs for a bridge across a wide river; slow traffic because of an accident; the extradition of three people suspected of manslaughter; something about steel prices and something about manure surpluses. The stock exchange has been stable for some three months and our best weather forecast is “tomorrow the same as today”.

This is not a country of warfare, terror, murder or bloodshed. At least not for some time now. Four centuries of comparative peace have produced some pretty good chococolate, a particular kind of cheese, a lot of windmills, and radical enlightenment.

Over the centuries we’ve had our share of artists as well, of course. I won’t go so far as claiming there is something like a “Dutch school”, yet I wouldn’t be surprised if art historians will one day recognize a certain ‘Dutchness’ in the work of Dick Bruna, Joost Swarte, Piet Mondriaan and Pieter Saenredam.

Nijntje

Below is Miffy, a rabbit designed by an illustrator named Dick Bruna. In Dutch, she’s called “Nijntje”, which means as much as “little rabbit”. Every Dutch child knows her: there’s a plethora of Miffy books, Miffy pillows, Miffy furniture and Miffy games. We even have a Miffy Museum. As Donald Trump would say: “She’s huge.”

Foto: Joan (cc)

Kunst op Zondag | Keukentaferelen

De VS kennen een hele subcultuur waarin hobbyisten de eigen geschiedenis – geromantiseerd – naspelen. James Townsend heeft er z’n werk van gemaakt: het leveren van goederen en spullen als antiek kookgerei, kleding en aardewerk waarmee mensen aan de slag kunnen.

Op zijn youtubekanaal presenteert hij educatieve video’s waarin hij aan de hand van 18e eeuwse kookboeken laat zien wat er in die tijd zoal gegeten werd. Dat levert soms verrassende vondsten op.

Wist u bijvoorbeeld dat de gegoede burgerij in die tijd als dessert ook wel roomijs met de smaak van Parmezaanse kaas at? Of waaruit een 18e eeuwse ‘pudding‘ zoal bestond? Of dat men overal nootmuskaat in gebruikte? Ik ook niet.

Een belangrijke bron van informatie over het leven in de 18e eeuw zijn schilderijen, zoals dit keukentafereel van de Nederlandse (!) schilder Adriaan de Lelie (1755-1820).

Yoeri Albrecht maakte er laatst attent op dat het schilderen van wereldlijke schilderijen met landschappen en/of werkvolk een nieuwe fase is in de schilderkunst, opkomend in de vroegmoderne tijd. Daarvoor schilderde men uitsluitend werken in commissie, en dat waren doorgaans schilderijen van religieuze of mythische taferelen, portretten van nobelen en notabelen of voorstellingen van de vorst op jacht.

Foto: Joan (cc)

Kunst op Zondag | Papyri

ACHTERGROND - Is het kunst, de verzameling Egyptische, Griekse en Romeinse papyri die ik u vandaag ga tonen? Daarover valt een boom op te zetten. De teksten zijn natuurlijk niet bedoeld als kunst: ze dienen om informatie over te dragen. Toch hebben de schrijvers geprobeerd er iets moois van te maken. Dat kun je zien, zelfs als je die oude talen niet kunt lezen: regelmatige handschriften van geoefende klerken. Mensen die, in een samenleving waarin de meeste mensen ongeletterd waren, een zeldzame vaardigheid bezaten en dat wilden tonen door het mooi te doen.

Papyri liggen – bij tienduizenden – in musea, maar worden lang niet allemaal getoond. Het materiaal is namelijk extreem kwetsbaar: door te veel licht kan de inkt al verbleken. (Deze kwetsbaarheid draagt voor mij, om redenen die ik ook niet helemaal kan peilen, bij aan de ervaring dat dit mooi is.) In sommige musea worden de papyri daarom getoond in halfverlichte zalen; in het Neues Museum in Berlijn liggen ze in laden die je moet openen voor je ze kunt bekijken en, wie weet, lezen. Het merendeel der papyri is overigens nog niet gepubliceerd: er is nog voor eeuwen werk voor papyrologen.

Het eerste fragment is een deel uit de mythe van Horus en Seth, een van de grote Egyptische verhalen. De tekst is te zien in een van de laden van het Neues Museum. Deze papyrussnipper is gevonden in Hermoupolis en betrekkelijk laat geschreven, in de eerste eeuw v.Chr. Het hiërogliefenschrift was toen al drastisch vereenvoudigd geraakt en is in feite al iets totaal anders geworden: een schrift dat kan worden gebruikt om met inkt op papier te schrijven. Vermoedelijk zijn de leuke plaatjes van Egyptes oudste schrift esthetisch aantrekkelijker, maar je begrijpt de praktische afwegingen die de latere schriftsoorten populair maakten, het hiëratisch en demotisch (hieronder). Ondertussen kan iedereen zien dat deze klerk een mooie hand heeft.

Foto: Joan (cc)

Kunst op Zondag | How to Understand a Picasso

Vandaag gaan we het eens even heel anders doen, want vandaag gaat u zich oefenen in het kijken naar en het interpreteren van moderne kunst. Tenminste, als u daar zin an heeft natuurlijk. U kunt op ieder moment nog besluiten weg te zappen!

Niet dat ik nu enig benul heb van kunst, daarom heb ik Evan Puschak, alias de Nerdwriter, hierheen gehaald om dat klusje te klaren, met een mini-college over Picasso’s Nachtvissen in Antibes (1939).

Hij lijkt er namelijk kijk op te hebben en hij kan zaken goed uitleggen. Bovendien zitten z’n video’s retegoed in elkaar, en heeft ‘ie wat wel de ‘gouden youtube-stem’ genoemd wordt. De woorden glijden lekker via het gehoor het brein in, in ieder geval.

Met z’n dictie is sowieso niets mis. Luister zelf maar!

Foto: Joan (cc)

Kunst op Zondag | Gerard de Lairesse

ACHTERGROND - Op 10 september jl. opende Rijksmuseum Twenthe (RMT) te Enschede de deuren van zijn nieuwe tentoonstelling over de zeventiende-eeuwse schilder Gerard de Lairesse. Een primeur, want nog nooit eerder werd in Nederland een overzichtstentoonstelling aan deze oude meester gewijd. In de verschillende zalen hangen schilderijen, tekeningen en prenten uit circa dertig binnen- en buitenlandse collecties met als hoogtepunt de orgelluiken van de Westerkerk te Amsterdam. Naast het esthetische genot draagt de tentoonstelling ook bij aan het eerherstel van De Lairesse, die wat in vergetelheid was geraakt.

Van Luik naar Amsterdam

Gerard de Lairesse werd geboren in 1640 te Luik. Hij volgde zijn eerste lessen in de schilderkunst bij zijn vader en later bij de Luikse schilder Bertholet Flémalle. Hier ontdekte hij het klassieke schoonheidsideaal en waren Nicolas Poussin en Rafaël zijn grote voorbeelden. Inspiratie voor zijn modellen putte De Lairesse uit schetsen van Griekse beelden, waarvan de anatomie als ideaal gold.

In 1664 kreeg hij het aan de stok met twee ‘moordzuchtige’ zussen omdat hij zijn trouwbelofte aan een van de dames had verbroken. Hij vluchtte naar Maastricht en vervolgens naar Utrecht. Het jaar daarop werd zijn talent ontdekt door de belangrijkste kunsthandelaar van Amsterdam destijds, Gerrit van Uylenburgh, die hem in dienst nam. De Lairesse verhuisde naar Amsterdam en binnen zeer korte tijd was hij zo populair dat hij op eigen kracht de kost kon verdienen.

Foto: Joan (cc)

Kunst op Zondag | Hermes in Amsterdam

ACHTERGROND - Amsterdam is de stad van dominees en kooplieden. Die laatsten hebben gezorgd voor een van de officieuze symbolen van de stad: de alom aanwezige Hermes, de Griekse god van de handel, kooplieden, dieven, boodschappers en reizigers.

De god – door de Romeinen aangeduid als Mercurius – wordt meestal afgebeeld als een naakte jonge man met twee attributen: de herautenstaf en een gevleugelde helm. Dit standbeeld maakt deel uit van de decoratie van het Tropenmuseum.

mercurius_tropenmuseum

De beeldhouwers die de sculptuur verzorgden van de Beurs van Berlage hadden wat meer moeite met naaktheid en gaven Hermes een mantel over de schouders en een nogal onpraktisch ogende rok die, zo te zien, permanent met de arm moest worden opgehouden.

amsterdam_beurs_mercurius1

Een derde attribuut van Hermes is de goed-gevulde beurs. Deze mies kijkende Hermes siert het herbouwde V.O.C.-schip ‘Amsterdam’, dat voor anker ligt bij het Scheepvaartmuseum.

voc_amsterdam_mercurius

Niet zelden heeft Hermes ook laarzen met vleugels. In de Griekse oudheid kon hij ook worden afgebeeld als een oude man, maar die is in onze eigen traditie bij mijn weten nooit aangeslagen. Ook de ‘herme’, een zuil met alleen een portret en een fallus, is niet erg populair geworden (zelfs niet op de Wallen). De ‘Hermes-als-kleuter’ is het dan weer wel, zoals dit guitige kereltje op het dak van het huis aan de Keizersgracht 64.

Vorige Volgende