serie

Kunst op zondag

Foto: Joan (cc)

De langst lopende serie op Sargasso. De kunstredactie zorgt voor wat kunsteducatie op de vroege zondagochtend. Lezersbijdragen worden zeer gewaardeerd.


Foto: Joan (cc)

Kunst op Zondag | Porseleinkast

Het is in deze tijden erg prettig geen gezeik te krijgen als je breekbaar porselein, even breekbaar keramiek en scherven Chinees porselein tentoon stelt. Gewoon de vrijheid nemen een beetje elitair bezig te zijn, nietwaar? En passant (tenslotte zijn we allemaal onderweg) wijzen we op het broodje aap verhaal dat een porseleinkast geen geschikte habitat voor olifanten is.

Onder het motto ‘Liberté, elitairé et fragilité’ vandaag meer gein met porselein (*.*)

In één rechte lijn van Duchamp naar Jeff Koons porselein.

Michael Jackson and Bubbles (1988).
cc Flickr Håkon H photostream Jeff Koons - Michael Jackson and Bubbles (1988)

Wezensvreemd en toch eigenaardig:

Jason Briggs – detail van Nut, porselein, haar, rubber (2004).
cc Flickr jason briggs photostream Nut (detail)

Soldaten als gebakken sprookjesfiguren:

Kim SimonssonSoldier I en Soldier II (2009).
cc Flickr Jussi Mononen photostream #15 From the Kim Simonsson exhibition Golden Deer at the Retretti art museum.

En voor u reageert: zonder doorklikken komt u nergens. Gaat u ook eens langs bij Maria Rubinke, Rose Coogan en Shary Boyle. Verlaat ons niet voordat u ook hebt gekeken naar het werk van Laurent Craste, Gillian Flenming en Juliette Clovis.

Waarmee we de laatste weken voldoende hebben bewezen dat porselein veel verder reikt dan pisbak, kop en schotels.

(*.*) Gelieve hier niet op te reageren. Let er maar niet op. Ik ben de weg kwijt. Moet hier ergens liggen, maar kan ‘m nu zo gauw even niet vinden.

Foto: Joan (cc)

Kunst op Zondag | Chinees porselein

We blijven nog even bij breekbaar porselein en even breekbaar keramiek. Omdat het van oorsprong een Chinese uitvinding is vandaag Chinees porselein.

Scherven brengen geluk. Wat een platitude. Maar goed, met scherven porselein uit de Ming, Qing en Song dynastieën maakt Li Xiaofeng kledingstukken. Waaronder deze porseleinen jurk.
cc Flickr SWANclothing photostream Porcelain dress by Li Xiaofeng.

Er is meer……

In zijn `Painted Sculpture Series´ geeft Liu Jianhua porseleinen commentaar op de maatschappelijke positie van de vrouw (excuses voor deze platidude).
cc Flickr See-ming Lee photostream Liu Jianhua 刘建华 (劉建華): Painted Sculpture Series 彩塑系列 - Play No. 16, 2003-2006

En niet te vergeten het spraakmakende Sunflower Seeds van Ai Weiwei.
cc Flickr Loz Pycock photostream Sunflower Seeds by Ai Weiwei, Tate Modern Turbine Hall

Hier het bijbehorende informatieve filmpje. Dat u zeker moet zien voor u loos gaat over het feit dat zo’n 1600 mensen gedurende twee jaar de miljoenen porseleinen zaadjes met de hand hebben gemaakt.

Meer Chinees porselein bij Ah Xian (zie ook de foto boven dit artikel), Johnson Tang (die in deze aflevering van KoZ te zien was) en Huang Yulong, die onder andere porceleinen hoodies maakt.

Foto: Joan (cc)

Kunst op Zondag | Tranen in de kunst

In de beeldende kunst zien we zelden een volle, uitbundige lach. Daar is een goede reden voor: het is lastig poseren. Datzelfde geldt voor het tegendeel van de volle lach: hartstochtelijk huilen. Er is overigens wel heel wat leed te aanschouwen in de schilderkunst. Denk maar eens aan alle Maria’s die handenwringend en knielend, de armen ten hemel heffend bij de gekruisigde of van het kruis getilde Christus.

Maar écht intens huilen is er zelden bij.

Een paar voorbeelden:

Rogier van der Weyden (1388 – 1464): Kruisafneming  (tussen 1435 en 1438), olieverf op paneel (Prado, Madrid).

Rogier van der Weyden (1388 – 1464): Kruisafneming  (tussen 1435 en 1438), olieverf op paneel (Prado, Madrid).

Om te beginnen twee Maria’s uit de Kruisafneming van Rogier van der Weyden. Links zien we Maria in blauw die omvalt als het lichaam van haar zoon van het kruis genomen wordt. Rechts Maria Magdalena, handenwringend met de blik naar beneden gericht op de voeten van Christus. Dit werk gold eeuwenlang als maatstaf voor de uitbeelding van emoties in de religieuze kunst.

Enguerrand Quarton (1410 – 1466): Pietà van Villeneuve-lès-Avignon (omstreeks 1455), olieverf op paneel (Louvre, Parijs)

Enguerrand Quarton (1410 – 1466): Pietà van Villeneuve-lès-Avignon (omstreeks 1455), olieverf op paneel (Louvre, Parijs)

Van iets later datum is het grote paneel van Enguerrand Quarton uit het Louvre; een opmerkelijk schilderij. Het gebruik van bladgoud in de achtergrond en de aanwezigheid van halo’s rond de hoofden van de afgebeelde heiligen plaatst het schilderij in de middeleeuwen. Anderzijds is hij in de schildering van de figuren en de uitdrukking van hun gevoelens verrassend ‘modern’.

Foto: Joan (cc)

Kunst op zondag | Caesar van Everdingen

ACHTERGROND - September 2016 stond in het teken van eerherstel van twee grootmeesters uit de Gouden Eeuw die in de negentiende eeuw in diskrediet waren geraakt. Zij zijn opnieuw in het zonnetje gezet middels eigen monografische tentoonstellingen. De eerste die de eer te beurt viel was Gerard de Lairesse wiens werk momenteel in het Rijksmuseum van Twenthe wordt getoond. De tweede grootmeester is Caesar van Everdingen, wiens werk in het Stedelijk Museum van zijn geboortestad Alkmaar wordt getoond in de boeiende tentoonstelling ‘Vleiend Penseel’.

Leven

Van Everdingen werd omstreeks 1616 of 1617 te Alkmaar geboren. Hier ging hij ook in de leer en trad hij vermoedelijk in 1632 toe tot de Sint-Lucasgilde. Een van de leden van deze gilde was Jacob van Campen; een welgesteld kunstenaar en architect uit Haarlem die Van Everdingen in 1640 zou ontmoeten en aan menig belangrijke opdracht zou helpen. Voordat het echter zover was, ging Van Everdingen van 1637 tot 1639 in de leer in Utrecht met als mogelijke leermeester de Nederlandse etser en kunst- en glasschilder Jan van Bronckhorst.

Zelfportret van Caesar van Everdingen

Zelfportret van Caesar van Everdingen

In 1639 keerde Van Everdingen terug naar Alkmaar en kreeg hij twee belangrijke opdrachten: het schilderen van een groepsportret van de Oude Schutterij en het beschilderen van de twee orgelluiken in de Grote Kerk van Alkmaar. Op laatstgenoemde is te zien hoe koning Saul Jeruzalem triomferend binnenrijdt, nadat David de reus Goliath heeft verslagen resulterend in de nederlaag van de Filistijnen.

Foto: Joan (cc)

Kunst op Zondag | Lachen in de schilderkunst

ANALYSE - Valt er iets te lachen in de beeldende kunst? Een echte, volle lach? Hoe zit het daar mee? Toegegeven, om de beeldende kunst zelf viel (en valt) soms best wel wat te lachen. Die riep in het verleden nog wel eens besmuikt gegniffel of honend en denigrerend geproest op. Denk maar aan de schimpscheuten aan het adres van de eerste impressionisten of de naoorlogse abstract-expressionistische experimenten van COBRA.

Maar hoe zit het met de lach in de kunst zelf? Kan er eigenlijk wel een lachje af op het canvas? Loop in gedachten de kunstgeschiedenis eens na. Vanaf de prehistorie via de Babyloniërs naar de Egyptenaren, de Grieken en de Romeinen. De kunst maakt zich steeds meer los uit statische schema’s en formules. Bewegingen en gebaren worden steeds levendiger en levensechter. De figuur bevrijdt zich gaandeweg uit het keurslijf van voorgeschreven poses.

Maar lachen?

Dat heeft allereerst praktische oorzaken. Het is moeilijk om bijvoorbeeld een glimlach te imiteren. Zelfs voor een portretfoto kost het de grootste moeite om een fractie van een seconde een overtuigende glimlach op het gezicht te krijgen. ‘Say “Cheese”’ is een trucje van de fotograaf. Maar voor een portretschilder gaat die vlieger niet op. Het zal voor een model niet meevallen een glimlach lange tijd vol te houden. Een onechte glimlach zal er nog onechter gaan uitzien en op den duur veranderen in een krampachtige grijns. Een neutraal gezicht is aanzienlijk makkelijker vol te houden.

Foto: Joan (cc)

Kunst op Zondag | Science Fiction

Toen me gevraagd werd of ik de Kunst op Zondag een keer voor mijn rekening wilde nemen, voelde ik toch een zekere nostalgie.
Kunst op Zondag ontstond alweer ruim tien jaar geleden. Als een probeersel om het nieuwsluwe weekend nu eens niet te vullen met het zoveelste opiniestuk over alweer een probleem in de wereld.

Eigenlijk heb ik zo goed als geen verstand van kunst met een grote k. En ik was dan ook blij dat na mij anderen een veel diepere invulling hebben gegeven aan deze reeks. Ze doen dat zo goed, dat ik het eigenlijk niet meer durf.

Dus kijk ik bij deze terugblik vooral vooruit.

Opgegroeid met Science Fiction boeken heb ik menig uur doorgebracht met het staren naar de covers. Ze waren soms kitch, soms goedkoop, soms zwaar techno of steampunk, niet zelden voorzien van een verwrongen vrouwbeeld en vaak met een overvloed aan extra manen of planeten aan de hemel.
De pogingen om buitenaardse soorten weer te geven varieerden van amusant tot intrigerend.
Maar meestal had het voldoende aantrekkingskracht om bij weg te kunnen dromen.

Er zijn er die dit ook echt kunst noemen. Ik geniet er vooral van.
Tot over een paar jaar hier weer, ik geef het stokje door aan de echte deskundigen.

Foto: Joan (cc)

Kunst op Zondag: Blackface

Nog één nachtje slapen en dan komt de goede Sint met een lading cadeautjes laten zien wie hij ’t allermeest bemint. Met in zijn kielzog zijn knecht, die we geen knecht meer mogen noemen. Want Sint en Piet zijn tegenwoordig gelijkwaardig aan elkaar. Volgend jaar gaan ze wederzijds tutoyeren.

Afijn, het leek mij een mooi moment om deze aflevering van Kunst op Zondag in het teken van blackface te zetten. Want door al dat gedoe over dat je de knecht van Sinterklaas geen knecht meer mag noemen en dat ze elkaar je en jij gaan noemen, zou je bijna vergeten dat er nóg een heikel puntje is dat een smet werpt op dit eens zo populaire kinderfeest: de kleur van Zwarte Piet.

Bij de NPO lopen ze momenteel door elkaar, Zwarte en Gekleurde Pieten, waaronder Pieten die geschminkt zijn in de kleuren van Mondriaan (die ook Piet heette). Toen ik na de eerste afleverging met een Mondriaan Piet vroeg of er nog wat gebeurd was, kreeg ik van alles te horen, maar geen woord over Pieten met rare kleurtjes. They couldn’t care less. Het kan natuurlijk ook dat ze de afgelopen jaren levend de moeder zijn gegaslight

Foto: Joan (cc)

Kunst op Zondag | Nighthawks

Hoe slaagt Edward Hopper er toch in met zijn schilderijen een gevoel van eenzaamheid op te roepen?

Evan Puschak onderwerpt zijn bekende schilderij ‘Nighthawks’ (1942) aan een nadere beschouwing.

Voor wie geïnteresseerd is in de historische en sociale achtergrond – de setting van Hoppers schilderijen tegen de achtergrond van het stadsleven tijdens de Tweede Wereldoorlog, is hier een vergelijkbare bespreking door Beth Harris en Steven Zucker.

Foto: Joan (cc)

Kunst op Zondag | De Franken

Ik toonde vorige keer vier kunstvoorwerpen die illustreerden dat de Lage Landen een economische en politieke krachtcentrale kunnen zijn. Nooit was dat duidelijker dan in de tijd na de desintegratie van het Romeinse Rijk, toen de Franken vanuit de huidige Benelux het land onderwierpen dat naar ze is vernoemd. In de Nederlandse geschiedeniscanon komen de Franken er (anders dan in België, Duitsland en Frankrijk) wat bekaaid vanaf. Toch zijn de Franken – en meer in het algemeen de cultuur van de zesde tot en met achtste eeuw – de moeite waard, zoals ik vandaag wil tonen.

Het heeft geen zin te ontkennen dat de Franken een krijgslustig volkje waren, dus ik begin met wat wapens. Wapens die er precies hetzelfde uitgezien zouden hebben als ze waren gedragen door hun buurvolken. Zo is deze helm, die te zien is in Burg Linn in Krefeld, een betrekkelijk standaardmodel. Wel is ze erg mooi, zodat men wel aanneemt dat het gaat om een vorstengraf.

Frankische spangenhelm (© Burg Linn, Krefeld)

Frankische spangenhelm (© Burg Linn, Krefeld)

De Frankische krijgers waren gevreesd om de dodelijke efficiëntie waarmee ze de bijl wierpen, een wapen dat naar ze is vernoemd en bekendstaat als francisca. Deze twee zijn te zien in het British Museum in Londen en komen vermoedelijk uit westelijk Frankrijk.

Foto: Joan (cc)

Kunst op Zondag | Supermacht Benelux

Als er één gebied ter wereld is waar het goed wonen is, is het Noordwest-Europa. De delta’s van de Rijn, Maas en Schelde ontsluiten een achterland dat zich uitstrekt tot diep in Frankrijk en tot voorbij Duitsland. Langs de corridor van Rijn en Rhône kan bovendien handel worden gedreven met het Middellandse Zee-gebied. De zeehavens, die West-Europa verbinden met de oceanen, zijn al eeuwenlang economische krachtcentrales: Rotterdam en Antwerpen, Brugge en Dordrecht, Tiel en Dorestad.

Voeg toe: de agrarische weelde van de lössgronden langs de Maas, de mineralen van de Ardennen en de winsten uit de stedelijke nijverheid. Dan weet je dat er voor welvaart altijd een basis zal zijn in de Lage landen. Als er dan ook nog goede soldaten zijn, zoals in de zeventiende eeuw, staat zelfs weinig een machtsontplooiing in de weg. De Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden was echter niet de eerste die deze mogelijkheden uitbuitte.

De eerste die vanuit de Lage Landen de macht greep, was de Romein Vitellius, die in het jaar 69 in Keulen werd uitgeroepen tot keizer en met een strijdmacht van Romeinse legionairs en Bataafse bondgenoten oprukte naar Rome. De combinatie van militaire en economische macht stond garant voor succes. Hij had echter de domme pech dat zijn rivaal Vespasianus net wat meer troepen op de been kon brengen en dat de Bataven daarmee gemene zaak maakten.

Vorige Volgende