Dit is de achtste aflevering van een reeks over de Atheense filosoof Plato, die veel mensen vooral kennen om zijn zogenoemde ideeënleer, om de Platonische liefde en om zijn ideale filosofenstaat. Dat is echter wat misleidend. Plato’s filosofie is breder en gaat dieper.
In de ideale staat van Plato worden alle talenten zo gerangschikt, dat ze het best tot hun recht komen. Ieder mens krijgt de rol waarvoor hij of zij het meest geschikt is. In deze staat wordt het bestuur niet democratisch gekozen. Ook afkomst, geslacht, geld of macht zijn voor de selectie van de bestuurders irrelevant. Of iemand tot het bestuur toetreedt, hangt louter en alleen af van het succes waarmee hij een lange lichamelijke en vooral geestelijke training heeft doorstaan. Deze geestelijke training duurt ongeveer tot het vijftigste levensjaar. Het is de meest pure vorm van aristocratie: het bestuur ligt bij een elite die is geselecteerd uit de beste mensen.
Plato’s machthebbers
Door hun Platoonse opvoeding weten de machthebbers dat het niet in hun eigen belang is het volk te onderdrukken. Maar om het gevaar te minimaliseren dat ze hun macht toch zullen misbruiken, pleit Plato voor een strikte scheiding tussen macht en bezit.
Wie macht bezit mag volgens Plato geen eigen huis bezitten en geen sieraden dragen. Hij of zij leeft in een gemeenschappelijke kazerne met slechts ruimtes die voor ieder toegankelijk zijn. De machthebbers leven overigens vrijwillig zo sober, want dankzij hun wijsheid hechten ze totaal niet aan materiële rijkdom. Daarbij hebben ze niets te verbergen.
Alsof dat al niet behoorlijk radicaal is, gaat Plato nog wat verder. De machthebbers delen niet alleen hun bezit, maar ook hun partners. Hun kinderen weten niet van welke ouders ze afstammen. De machthebbende elite mag zich daarbij slechts onderling voortplanten. Zo vormt zich een superieur ras van bestuurders.
Censuur, soberheid en landbouw
Verder pleit Plato voor een strenge censuur op de kunsten. Kunst is bedoeld om mensen te verheffen, en niet om hun zwaktes te onderstrepen. Want wat men uitbeeldt en waar men naar kijkt, dat wordt men volgens Plato uiteindelijk zelf. Alle kunst die menselijke zwakheden en tekortkomingen uitbeeldt, dient daarom te worden verboden. Ook Homerus ontsnapt dus niet aan Plato’s censuur.
De staat wordt bestuurd op een vreedzame en sobere wijze. De bevolking leeft van landbouw en nijverheid en produceert niet meer dan zij nodig heeft. Hierdoor blijven mensen eenvoudig en gezond leven en komt de staat niet in conflict met andere staten.
Al met al lijkt Plato’s ideale staat wel een pacifistische versie van de staatsvorm van Athenes aartsvijand Sparta. Ook daar stonden, althans in de Griekse perceptie, soberheid en discipline centraal. Op het Spartaanse anti-intellectualisme zal Plato niet jaloers zijn geweest, maar de timocratie staat in zijn visie het dichtst bij de ideale staatsvorm: timocratie is te beschouwen als een eens ideale staat, die door corruptie is gedegenereerd.
Deze reeks, oorspronkelijk gepubliceerd op de beëindigde website Grondslagen.net, is gebaseerd op het boek De wereld vóór God van Kees Alders. Het boek biedt een introductie tot de filosofische stromingen van de oude wereld en is hier te bestellen.
Reacties (1)
Ik vermoed dat er niet veel mensen te porren zijn om op deze voorwaarden een land te besturen.
En ze delen hun partners dus na hun 50ste, betekent dat dat ze vóór die tijd geen kinderen krijgen ?
En hoe worden hun partners geselecteerd? Vrouwen van 50 of ouder zijn niet erg vruchtbaar meer, dus het wordt moeilijk om een superieur ras van bestuurders te kweken (los van de vraag hoeveel generaties daarvoor nodig zijn…).
Overigens denk ik wel dat wijze bestuurders er niet op uit zijn alleen hun eigen macht te vergroten.
Poetin is een actueel voorbeeld van een bestuurder die macht verzamelt, maar volgens mij wordt hij er niet gelukkiger van.
Maar welke opleiding kan mensen dat bijbrengen?
En nog moeilijker: welk examen kan mensen op deze eigenschappen selecteren?
En als bestuurders op deze manier geselecteerd worden, wat zorgt dan dat andere machthebbers (leger, politie, boze boeren) hun autoriteit accepteren?