Het is alweer lang geleden dat we hier een e-mail interview hadden (lees deze nog eens en deze).
Vandaag een interview met de Bredase kunstenares Pauline Koehorst, die een finaleplaats heeft gehaald bij de Italiaanse Premio Combat Prize 2016. We hebben een paar dagen heen en weer gemaild en dit is het resultaat (KoZ =Kunst op Zondag, P.K. = Pauline Koehorst).
KoZ: Gefeliciteerd met je finaleplaats. Brutale vraag: gaat het je om het prijzengeld, pr of de eer?
P.K.: Dank je wel! Als het om het geld zou gaan zou ik een ander beroep hebben gekozen :)
Het gaat meer om naamsbekendheid, PR dus. Als beeldend kunstenaar is je streven toch, dat je werk wordt gezien en het liefst door zoveel mogelijk mensen.
KoZ: Zijn dit soort prijzen belangrijk voor kunstenaars?
PK: Een prijs is belangrijk in die zin, dat je het kunt investeren in de verdere ontwikkeling van je werk. Of het nog ergens belangrijk voor is weet ik eigenlijk niet. Je valt wel ineens meer op. Het zou voor mij de eerste keer zijn als ik de prijs win.
KoZ: Over je genomineerde portretten: je hebt heel wat portretten geschilderd.
Allemaal hebben de geportretteerden iets “gemankeerds”. Ze lijken droevig te kijken, of melancholiek, of afwezig. Hebben de geportretteerden daadwerkelijk zo model voor je gestaan of zijn het fantasieportretten?
PK: De geportretteerden hebben niet op die manier model gestaan nee. Wanneer ik een kind zie waar ik door geïnspireerd raak, fotografeer ik hem of haar.
Ik vind het wel belangrijk dat het kind ‘neutraal’ kijkt. Wat ik erbij voel benadruk ik in mijn werk. En dat is misschien subjectief. Dat blijft een schimmig gebied, want ik krijg vaak te horen dat ouders de emotie die ik in het portret van hun kind heb gelegd, klopt met hoe ze zijn.
Het zijn altijd wel de emoties die ouders liever niet uitvergroot zien. Het komt voor dat ouders hier verdrietig van worden of soms ook boos. Dat is niet mijn bedoeling, maar ik snap wel dat het soms confronterend kan zijn.
KoZ: Niet je bedoeling? Ik snap die ouders wel. Denken ze hun kind als mooi kunstwerk terug te zien, krijgen ze een getormenteerd, wezenloos zieltje terug. Heb je een hekel aan ouders?
P.K.: Oh nee, absoluut niet! Ouders willen hun kind beschermen. Dat is een oerinstinct. En als er dan zo’n werk van je kind wordt gemaakt door iemand die ze niet kennen dan is dat moeilijk en confronterend. Het is ook heel moeilijk om je drijfveer als kunstenaar duidelijk te maken aan een ouder die je voor het eerst ontmoet. Mensen die mij persoonlijk kennen hebben er nooit problemen mee wanneer ik hun kind schilder.
KoZ: Op je website schrijf je dat je “de kwetsbaarheid van mens of dier voelbaar wil maken”. Bij veel van je werk meen ik eerder “ongelukkigheid” te zien dan kwetsbaarheid. Is de wereld een groot ongeluk voor jou?
P.K.: Ik denk dat ongelukkig zijn / voelen een gevolg is van kwetsbaarheid. Ik ervaar de wereld zelf niet als een groot ongeluk. Maar ik zie wel dingen om me heen gebeuren die me enorm raken.
Mensen zijn de enige soort die een geweten heeft en dus ook de mogelijkheid zichzelf een spiegel voor te houden. En ondanks dat blijkt hij toch in staat oorlogen te voeren, te moorden, te verkrachten, te mishandelen enz.
Kinderen en dieren in het bijzonder zijn afhankelijk van mensen. Zij zijn overgeleverd aan de soms niet bepaald beste bedoelingen van mensen.
KoZ: Dus toch de pest aan mensen?
P.K.: Het ligt natuurlijk genuanceerder. Mensen zijn niet perfect. Het is hard werken om je geweten te onderhouden. Ik denk wel dat het voor veel mensen moeilijk is om de eigen behoeften uit te schakelen en te kijken naar wat een ander écht nodig heeft. Daar gaat het vaak fout denk ik.
In tijden van bijvoorbeeld oorlog worden mensen toch vaak primitiever, en is het eten of gegeten worden. Het is een natuurlijk proces. Maar omdat mensen begiftigd zijn met een geweten komt dit gruwelijker over dan wanneer men een leeuw een hert ziet verslinden.
Maar het zal wel een doel dienen dat het instinct het vaak wint van het geweten. Wanneer het geweten de boventoon zou vieren, zouden we allemaal heel gezond oud worden en niemand zou meer economische belangen hebben. We zouden de aarde minder uitmelken, minder vlees eten en dus in staat zijn om te kijken naar niet schadelijke alternatieven.
KoZ: In je andere werken, de video’s, de installaties en sculpturen, zie ik veel dezelfde sfeer terug en ga je een stapje verder door een bizarre draai aan het afgebeelde te geven. Een hondje lijkt wel een dode foetus, een baby met borsten, een mond met een oog er in, een fotografe die haar eigen geamputeerde voet fotografeert…
Het lijkt wel of je wil zeggen dat de wereld niet zozeer kwetsbaarheden kent, maar op een absurde manier verre van perfect is?
P.K.: De werken die je nu noemt hebben nog steeds te maken met hetzelfde thema, maar doen ook iets met het onderbewustzijn. Bijvoorbeeld: een puber die beginnende borsten heeft is heel kwetsbaar. Hormonen vliegen alle kanten op en tegelijkertijd is het naarstig op zoek naar zijn eigen identiteit.
Ondertussen reageert de omgeving al wel op deze puber als een vrouw in wording. Een baby met borsten klopt niet. Ze kunnen nog geen functie mbt zogen of seksualiteit hebben. Als toeschouwer geeft dat je een universeel gevoel van onbehagen omdat baby’s nog zo afhankelijk zijn en je ze volledig moet beschermen omdat ze geen benul hebben van hun functie maar hun omgeving wel.
KoZ: Je gebruikt uiteenlopende media (schilderen, fotografie, video, beelden van klei, brons). Bij andere kunstenaars zie je vaak dat ze zich op één techniek storten. Bewuste keuze van je om meerdere middelen te gebruiken of kan je niet kiezen?
P.K.: Wanneer ik kies voor een andere beeldtaal dan de realistische dan kies ik er nooit voor om het te schilderen. Ik probeer een vervreemdend beeld zo realistisch mogelijk te benaderen en maak daarom de keuze voor een andere techniek zoals de bewerkte foto, video of een beeld.
Neem als voorbeeld de fotografe die haar afgehouwen voet fotografeert (red.: zie afbeelding boven dit artikel): wanneer ik haar zou hebben geschilderd verliest het zijn vervreemdende realiteit en beperkt het zich tot fantasie, hoe realistisch je het ook zou hebben geschilderd: de directheid van de boodschap is daarmee weg.
KoZ: Vrij veel van je werk is in klein formaat. Waarom is dat?
P.K. : Grote formaten hebben altijd een overweldigende werking. Daar kies ik niet altijd voor omdat de kleine formaten (bijv 7 x 7 cm) een gevoel van bescherming of koestering oproepen. En dat vind ik mooi.
KoZ: Nog een brutale vraag: kun je van je werk leven?
P.K.: Nee, ik kan niet van mijn werk leven. Ik werk 20 uur in de week in een atelier met mensen met een beperking. Erg dankbaar werk. Ik zou het niet willen missen.
KoZ: Bedankt voor het interview en succes in de finale van de Premio Combat Prize.
Reacties (2)
Als eerste toch weer een compliment voor het interview.
Dank aan beiden.
Net als de vorige keren – alweer drie jaar geleden!? – vind ik het weer een bijzondere uitgave. En ook een bijzondere portrettiste, want zo zie ik Pauline, al is dat misschien wat te nauw.
Ik ervaar de wereld zelf niet als een groot ongeluk. Maar ik zie wel dingen om me heen gebeuren die me enorm raken.
Mensen zijn de enige soort die een geweten heeft en dus ook de mogelijkheid zichzelf een spiegel voor te houden. En ondanks dat blijkt hij toch in staat oorlogen te voeren, te moorden…
Het blijft mooi als de (of een) essentie, die de schilderijen overbrengen, op zo’n manier worden verwoord. Een soort wanhoop over het onvermogen van het geweten. (Overigens betwijfel ik of de mens de enige soort is met een geweten, maar dat terzijde)
Verdiende finaleplaats en nu maar kijken wat het wordt :)
Mooie bijdrage.
Heb het op m’n grote monitor bekeken i.p.v. “schootapparaat”
Ik vraag me alleen een beetje af van welke ziel(en) ik meer zie:
Die van de de kinderen of van Pauline K.
:-)