VERSLAG - Op mijn wensenlijst voor Kunst op Zondag staat al enige tijd een bezoek aan Museum No Hero. Ons land kent een aantal particuliere musea zoals De Pont (Tilburg), Museum MORE (Achterhoek), Museum Voorlinden (Wassenaar) en het MOCO Museum (Amsterdam). De jongste loot aan deze cultuurboom is Museum No Hero in het Overijsselse Delden. Ik ontdekte hier een stukje Vietnamese cultuur. ‘Vietnam: het gedroomde Paradijs’ is een verrassende tentoonstelling die je tot 24 april 2022 in ons eigen land kunt ontdekken.
Geert Steinmeijer: “Ik wil een ‘no hero’ zijn.
In kunstprogramma’s op tv gaat het vaak meer over de verzamelaar,
dan over de kunst. Dat wil ik niet”
(Trouw, Henny de Lange, 12 april 2018)
Museum No Hero
Zakenman en kunstverzamelaar Geert Steinmeijer (Hengelo, 1954) is de man achter het particuliere museum No Hero. Steinmeijer werkte als eigenaar van Hartman Tuinmeubelen en Van Heek Textiles samen met Jan des Bouvrie en Frans Molenaar. Beide mannen hebben hem in de jaren negentig in de kunstwereld geïntroduceerd. Steinmeijer beschouwt Des Bouvrie als zijn ‘creatieve peetvader’. Voor Steinmeijer staat de liefde voor de kunst centraal in zijn verzameling. Hij kijkt niet speciaal naar artistieke disciplines en stromingen. Het resultaat is een hele gevarieerde collectie die hij overal op kantoor een plekje gaf. Om zijn kunst met een groter publiek te delen heeft hij de oude rentmeesterwoning in Delden gekocht. Na een intensieve verbouwing tussen 2015 en 2018 is het museum sinds april 2018 geopend voor liefhebbers.
Vietnam, het gedroomde paradijs
Op de beneden verdieping van Museum No Hero zijn drie zalen ingericht met Vietnamese kunst. In iedere zaal hangen bakjes met daarin geplastificeerde informatiebladen. Steinmeijer kwam zakelijk regelmatig in Vietnam en steeds vaker nam hij werken mee van hedendaagse Vietnamese kunstenaars uit de periode 1970-2019. In ‘Vietnam: een gedroomd paradijs’ is deze collectie nu voor het eerst in ons land te zien.
De bewogen geschiedenis van het land staat beschreven in de kleine chronologie
van het moderne Vietnam een het begin van de tentoonstelling.
De kleuren spatten van de muur
Nguyen Trung (Soc Tran, 1940) schilderde het campagnebeeld van deze tentoonstelling. De ranke vrouw met een grote mand met vruchten op haar hoofd zie je op allerlei artikelen terug. Naast het origineel werk hangt Tea Time (2008) van Do Xuan Doan (Hanoi, 1937-2017). Trung was in de jaren zeventig oprichter van de groep Jonge Kunstenaars uit Saigon. In die dagen werd abstract werk in Vietnam als decadent gezien. De werkwijze van Trung verandert door de jaren van abstract naar figuratief. De laatste jaren neigt hij in zijn werk toch weer richting het streng rationele abstractie.
Vrouwen van arbeidsactivist tot prinses
Op het verhoogde deel van deze zaal ligt een donkere ruimte met een serene sfeer. Hier hangen drie werken van Bui Huu Hung (Hanoi, 1957). Royal Lady (2007) is een gracieuze vrouw met een kopje in haar hand. Ze staat tegen een gelaagde achtergrond van turquois blauwe lakwerk. Tegenover haar hangt Royal Princess Green (2007). Tussen hen in hangt het, Royal Family (2007). Bui Huu Hung studeerde aan de Universiteit voor Schone Kunsten in Hanoi. Vrouwen aan het toenmalige Keizerlijk Hof van Vietnam zijn een geliefd en veel voorkomend thema in zijn werk.
Liefde voor het landschap
In de tweede zaal, hangen verschillende landschappen. Je ziet hier ’de droom van een Vietnamese identiteit in een Vietnamees landschap’. De Fransen hebben tijdens hun eerste overheersingsperiode in 1924 in Hanoi de ‘Ecole des Beaux-arts de L’indochine’ opgezet. Hiermee droegen zij hun koloniale missie, de zogenaamde ‘mission civilatrice (beschavingsopdracht) uit. De Fransen introduceren het werken met olieverf op doek. Daarnaast werden werkruimtes opgezet waarin traditionele Aziatische technieken zoals lakwerk op paneel en schilderen op zijde, werden geperfectioneerd. In deze periode schilderden de Vietnamese kunstenaars voor het eerst buiten in de openlucht. We kennen dat als schilderen ‘en plein air’. Mede hierdoor werden zij zich meer bewust van de schoonheid van hun land en de activiteiten op het platteland.
In het werk Growing Rice (1994) van Tran Dinh Tho (Phu Ung, 1919 – Hanoi, 2011) zie je dat politiek nooit ver weg is in de keuze van het onderwerp. De jonge rijstplanten staan in ronde-vormen die het gevolg zijn van bominslagen in het landschap.
Socialistische heilstaat
In de laatste expositieruimte is het thema ‘de droom van een socialistisch heilstaat’. Hier hangt een schilderij van Uncle Ho (1990) van Nguyen Thu (Saigon, 1930). Decennia lang hebben veel Vietnamese kunstenaars hun leider Ho Chi Minh (1890-1969) afgebeeld. Thu schilderde Ho schrijvend aan tafel. Verderop hangen een aantal affiches uit de jaren zeventig. Dit was de tijd van dé strijd tussen Noord- en Zuid Vietnam. De Amerikanen hebben in die tijd het communistische Noorden intensief gebombardeerd. Mede hierdoor leefde de bevolking vooral ondergronds. Kunstenaars gebruikten hun talenten in de strijd tegen de imperialistische (westerse) grootmacht. Met de affiches wilden zij de bevolking blijven motiveren voor het verzet en een verenigd en onafhankelijk Vietnam. Op een scherm in deze zaal zie ik enkele videobeelden van toeristische regio’s in Vietnam. Op deze manier ben je toch heel even visueel op vakantie in een andere wereld.
‘Vietnam: het gedroomde Paradijs’ is nog tot en met 24 april 2022 te zien in Museum No Hero in Delden.
In dit museum is de museumkaart niet geldig, maar Museumkaarthouders krijgen wel € 7,50 korting op de toegangsprijs van € 12,50.
Ook te zien in No Hero
‘Je hebt donkere wolken nodig om regenbogen te maken.’
Uitspraak Jasper Abels
Jasper Abels met Pretty Sorrow
Via een gordijn op de bovenste verdieping van het landhuis betreden we de solotentoonstelling van fotograaf Jasper Abels. Jaspers combineert fotografie met zijn fascinatie voor natuur, kleur en mysterieuze verhalen. We zien een wand vol foto’s, allemaal in paars-rode laklijsten. Op het eerste gezicht lijken het gewone foto’s, maar niets is gewoon bij Abels. Jaspers heeft op elke foto een verrassend bewerking toegepast. Op een zwart-wit familieportret, houdt oma, die centraal op de foto zit, een baby foto op haar schoot. Is zij dat zelf in haar jonge jaren? Monden worden afgesloten met vlinders en in ‘Apple, the forbidden fruit (2021) zie je meisjes in klederdracht met een iPhone in de hand.
In de tweede zaal ontdekken we twee verwijzingen naar zijn overleden broer en zus. Diepingrijpende persoonlijke ervaringen zet hij om in droevige schoonheid zoals hij dat laat zien in ‘Glass Coffin’ (2018) en de wand vol vlinders met in het midden twee kleine portretten van zijn broer en zus. Met een hoofd gevuld met indrukken en gedachten, lopen we stilletjes de brede trap af, direct door naar de tuin om even lucht te happen.
@ tekst en foto’s Wilma Lankhorst © gebruik van de afbeeldingen met dank aan Museum No Hero en de genoemde kunstenaars.