Geef de burger-wetenschapper een taak!

Foto: Kevin (cc)

OPINIE - Net als justitie en politie, zo zal ook de wetenschap moeten leren omgaan met het fenomeen van de burger die in zijn vrije tijd ‘onderzoek’ verricht. Hen de rug toekeren, draagt alleen maar bij aan het slechte imago van de wetenschap.

De wetenschap is door en door corrupt. Dat is de conclusie van Michiel C. de Jong, tegen het einde van zijn boek ‘De kermis, de slavenjacht en het einde van de wetenschap.’ Volgens De Jong is er sprake van (p. 250):

‘…grootschalig vooringenomen onderzoek. De vervalsing is diep doorgedrongen tot in de haarvaten van de universitaire organisaties. Op alle niveaus (…) blijken wetenschappers hun onderzoek uit te voeren vanuit ideologische postkoloniale standpunten. (…) De KNAW laat het afweten als ultieme hoeder van de kwaliteit en integriteit van de Nederlandse wetenschap. Zij is met onderzoeksinstituten als het Meertens Instituut, het IISG en het KITLV direct betrokken bij de wetenschappelijke misleiding.’

Dat zijn grote woorden. Maar ze klinken niet onbekend in de oren.

‘Viruswaarheid’ roept hetzelfde. Net als Willem Engel en consorten klopt ook De Jong al jaren tevergeefs op de poort van de ivoren toren der wetenschap. En die wetenschap weigert zijn werk serieus te nemen. De Jong ontdekte dat na publicatie van zijn eerdere boek ‘De komediant, de piraat en de geschiedvervalser’. Een boek over de oorsprong van Sinterklaas en Zwarte Piet. De Jong deed zijn uiterste best om daarvoor de aandacht te trekken maar kreeg overal de knip op de neus. Daar kun je boos om worden. Dan kun je zelfs vermoeden dat daar een complot achter schuilt. Een gevalletje ‘boze witte man’? Niks van aantrekken? Dat is te makkelijk. Zoals gezegd staat De Jong daar niet alleen te kloppen. Ever since het internet leven we in de tijd van de ‘burger-wetenschappers’ die schreeuwen om erkenning en die (wat veel belangrijker is) in toenemende mate het maatschappelijk imago van de wetenschap bepalen.

Boemannen

De Jong beschrijft zijn strijd tegen de perfide wereld van de wetenschap is zijn nieuwste boek, ‘De kermis, de slavenjacht en het einde van de wetenschap’. Of eigenlijk gaat het hier om een drieluik. In het eerste deel ontvouwt De Jong zijn eigen inzichten over de oorsprong van Zwarte Piet. Hij komt uit bij de Middeleeuwse gildeknechten, en de festiviteiten tijdens de Sinterklaaskermis. In deel twee bespreekt hij de slavenhandel van de islamitische wereld, en dan vooral de handel in slaven vanuit Europa. De Jong beschuldigt de wetenschap ervan dat ze de omvang van die slavenhandel bagatelliseert. Deel drie van dit boek is een uitgebreide serie recensies van publicaties, organisaties en personen, groot en klein, die aandacht besteden aan zwarte piet. Het is een omvangrijk overzicht van deze unieke vaderlandse cottage industry die volgens De Jong gedomineerd door ‘ideologische postkoloniale standpunten’. En daarna spreekt hij zijn keiharde oordeel uit over onze vaderlandse wetenschappelijke organisaties.

Eerlijk gezegd zijn de eerste twee delen niet echt sterk. Niemand zit nog te wachten op de zoveelste theorie over de oorsprong van Zwarte Piet. Er zijn inmiddels te veel kandidaten, en de meeste historici die zich op dit gladde ijs wagen kijken liever niet verder dan de negentiende eeuw. Het denken hierover kan wel een scheutje Lévi-Strauss gebruiken. Zodra een gemeenschap een meester visualiseert, ontstaat vanzelf ook diens tegenpool, de slaaf. Schep een heilige, het toonbeeld van macht, gezag en rechtschapenheid, en je visualiseert daarmee zijn tegendeel: de amorele, onbetrouwbare, afstotelijke knecht. Daarom wemelt het in de geschiedenis van de zwarte-piet-achtige types, de boemannetjes, demonen, engerds. Allemaal voorlopers van Zwarte Piet, alleen niet in de zin waarin velen dat graag zien.

De Jong (en hij is beslist niet de enige) kijkt wat mij betreft te ver, en trekt te dikke lijnen. Maar hij beschouwt die vermeende, diepe historische oorsprong nu juist als dé reden om Zwarte Piet in ere te houden. De traditie herinnert niet alleen aan ons collectieve verleden, ze máákt ons in het heden. De Jong stelt dat de sinterklaastraditie ‘al eeuwenlang diep verankerd [is] in de Nederlandse cultuur’ (p. 54) en dat het feest ‘een tijdmachine is’ (!) ‘die een verbinding legt met de culturele historie van Nederland.’ Het is een ‘levende en authentieke canon’ (!) Daar aan morrelen is niet alleen culturele sloop, het is ook gevaarlijk. De Jong stelt dat de Nederlandse ‘identiteit’ in tradities ‘gevat zit’. Aanpassen van tradities verandert onze identiteit niet maar leidt ondertussen (volgens hem) wél tot het ontstaan van ‘een schizofreen zelfbeeld’ (p. 203), waarbij de traditie ‘steeds verder afstaat van de authentieke, middels tradities en gewoonten doorgegeven identiteit’.

Romantiek

De Jong houdt kortom vast aan het traditionele romantische beeld van de traditie als de bron van nationale identiteit. Ontdaan van onze tradities zouden we al snel geen Nederlanders meer zijn. Herder en Schelling zijn heel duidelijk nog niet dood. Maar het denken over tradities en ‘volksaard’ heeft na deze twee niet stilgestaan. Tradities werden een serieus onderwerp voor wetenschappelijk onderzoek en zo weten we nu dat ze vaak helemaal niet ‘oeroud’ zijn en bovendien flexibel. Tradities veranderen omdat ze een functie hebben in het hier en nu. Met tradities vieren we de continuïteit tussen verleden en heden, én vieren we de onderlinge band nú. En de traditie wordt voortdurend gevormd door het heden. Als opvattingen veranderen, als een bevolking verandert, verandert de traditie mee. Ooit was Guy Fawkes Day in Engeland dé dag om katholieken op straat uit te jouwen, omdat zij de aartsvijanden zouden zijn van Koning en Parlement. Dat traditionele onderdeel van de traditie werd de afgelopen eeuw steeds problematischer en is inmiddels verleden tijd. Maar Guy Fawkes Day leeft voort. Dus wanneer zwarte piet, als onderdeel van de Sinterklaastraditie, voor onvrede, heisa en opstootjes zorgt, wordt het tijd piet aan te passen. Zodat we allemaal samen weer feest kunnen vieren. Iemand met verstand van zaken zou De Jong moeten wijzen op deze dynamiek van tradities – inclusief trouwens de Sinterklaastraditie.

Speurneus

Deel twee van ‘De kermis…’ gaat over de islamitische slavenhandel. De Jong constateert terecht dat het onderzoek hiernaar niet veel voorstelt – of beter gezegd: dat het nog in de kinderschoenen staat. De meeste archieven hierover moeten nog ontsloten worden. Maar je moet de snelheid van de wetenschap ook niet overschatten. Het onderzoek naar de slavenhandel is van heel recente datum, en van Amerikaanse oorsprong. Het legt dan ook grote nadruk op de trans-Atlantische slavenhandel. En dan de Britse, wel te verstaan. Om een voorbeeld te geven, in diezelfde eeuwen sleepten de Spanjaarden en Portugezen véél meer slaven vanuit Afrika de oceaan over, maar daar is de blik nog maar nauwelijks op gericht. Andere slavenstromen in de geschiedenis (zoals vanuit Oost-Europa richting de islamitische kalifaten) zijn ook nog maar nauwelijks onderzocht. En dat kan ook nog wel even duren. Het is nieuw dus lastig, heikel, er is nauwelijks belangstelling voor, nauwelijks geld voor, het is ook maar de vraag of en waar relevante archieven bestaan en of ze ooit voor westerse ogen open zullen gaan. Hier geldt dat een enthousiaste speurneus als De Jong met een paar goede tips en opdrachten, nuttig werk zou kunnen verrichten op terreinen waar de wetenschap niet aan toekomt.

De ‘burger-onderzoeker’

De Jong staat voor een betrekkelijk nieuw fenomeen dat ik voor het gemak dus maar de ‘burger-onderzoeker’ noem. De niet-wetenschapper die gegrepen wordt door een actuele kwestie, die op internet op zoek gaat naar antwoorden. En die dan ontdekt dat hij niet de enige ‘speurder’ is. Duizenden zijn daar op zoek naar de herkomst van Zwarte Piet, naar de ernst van covid, of naar de duistere kanten van vaccins en Big Pharma. In een dergelijk gezelschap van elkaar stimulerende en elkaar complimenterende ‘onderzoekers’ ontstaat al snel de overtuiging dat ze gezamenlijk een wezenlijke, zeg maar gerust revolutionaire bijdrage kunnen leveren aan de vooruitgang der wetenschap. Een nobele gedachte – die echter vrijwel altijd uitloopt op een diepe teleurstelling. Want de wetenschap wil niet naar hen luisteren. En dan duurt het niet lang of de wetenschap wordt ervan beschuldigd samen te zweren tegen… ja, het volk. En brei dat dan maar weer eens recht.

De redenen waarom dat contact misloopt, liggen nogal voor de hand. Burger-wetenschappers negeren de wetenschappelijke regels. Ze verdiepen zich onvoldoende in methodologie, in theorie en zijn onbekend met de actuele stand van het onderzoek. Hun werk is daarom niet relevant. Daar komt bij dat deze buitenstaanders zich niet aan de wetenschappelijke mores houden. Ze eisen voortdurend de aandacht op, roepen van alles en zijn ook nog eens hoogst verontwaardigd wanneer ze geen antwoord krijgen. Je kunt ze dus maar beter negeren; je wordt er niet wijzer van, het is frustrerend en het kost alleen maar tijd.

Zichtbaar

Dit alles is ongetwijfeld waar – gezien vanuit de toren van de wetenschap. Maar toch is het niet verstandig om hen te negeren want ondertussen zijn deze burger-onderzoekers inmiddels uiterst relevant. Ze zijn dankzij de social media veel zichtbaarder dan wetenschappers en daardoor in grote mate verantwoordelijk voor het beeld dat buitenstaanders hebben van ‘de wetenschap’. En dat beeld is, zoals we allemaal weten, niet fraai. En wanneer de stemming er goed in zit, en ook de influencers vraagtekens gaan zetten bij de wetenschap, dan is daar nauwelijks nog iets tegen te beginnen. Maar bedenk, die onvrede ontstaat mede door de manier waarop de wetenschap met burger-onderzoekers omgaat.

Politie en justitie raken er inmiddels aan gewend, aan burgers die zich met het recherchewerk ‘bemoeien’ en daarbij rechercheurs lastig vallen, voor de voeten lopen en via de media onder druk zetten. Die bemoeienis kan ook uit de hand lopen (denk aan de ‘pedojagers’)  maar ondertussen wordt er ook gezocht naar manieren om tot een vorm van samenwerking te komen. De stille hoop van politie en justitie is uiteraard dat deze burger-rechercheurs de échte rechercheurs niet meer voor de voeten lopen maar mogelijk zelfs een bijdrage leveren aan het onderzoek. Zo snijdt het mes aan twee kanten. En volgens mij moet de wetenschap eenzelfde mes uitvinden. Want of ze het nu wilt of niet, de burger-onderzoeker is here to stay. Men zal ermee moeten leren leven. Het is de kunst hem niet tegenover, maar náást de wetenschap te krijgen. En dat vraagt een serieuze investering in contacten met deze groep.

Verschillende wetenschappen hebben natuurlijk al ervaring met het onderhouden van contacten met burger-onderzoekers. Denk aan de band tussen échte en amateurastronomen. Ook in de archeologie en geschiedenis spelen amateurs (of vrijwilligers) hier en daar een grote rol. Of denk aan de Grote Griepmeting. De kunst is de groep geïnteresseerden aan je te binden, en ondertussen te trainen, door middel van zinvolle taken die ze kunnen uitvoeren onder goede (wetenschappelijke) begeleiding. En dat met name op onderzoeksterreinen waar emoties een grote rol spelen, waar dus velen op afkomen, in de hoop een steentje bij te dragen, maar waar een vijandige verstandhouding kan resulteren in een stroom aan verdachtmakingen en beschuldigingen richting onderzoekers en autoriteiten. Dus wanneer de emoties oplopen en ons land (om maar een voorbeeld te noemen) zeventien miljoen virologen lijkt te tellen, dan doet de wetenschap er verstandig aan die emotie te kanaliseren en in te zetten.

Diederik en Famke

Is er rumoer rond, zeg, Zwarte Piet, slavernij, of covid? Zorg dat je er bovenop zit. Reageer op posts en blogs, geef informatie, De samenwerking tussen Diederik Gommers en ‘influencer’ Famke Louise is een goed voorbeeld en hopelijk een begin. En zorg ervoor dat iedereen die écht meer wil weten en daar tijd in wil steken, aan de slag kan binnen een burger-onderzoeksproject. Bedenk voor deze enthousiastelingen nuttig spit-, meet- en telwerk waarmee ze een bijdrage kunnen leveren aan het onderzoek. Er zijn altijd wel bronnen te ontsluiten, enquêtes te verrichten, et cetera. Laat burger-onderzoekers niet zinloos ronddwalen in de zee van wetenschappelijke publicaties; laat ze niet wegzinken in sites vol samenzweringsnieuws. Biedt ze een kans. Ik durf te wedden dat daar grote belangstelling voor bestaat.

Zoiets opzetten en onderhouden kost creativiteit, tijd en geld. En niet elke bevlogen burger-onderzoeker, in de greep van zijn missie, zal voldoening halen uit het saaie werk dat wetenschap nu eenmaal is. Maar met een beetje geluk is een deel van hen aan de wetenschap te binden, en wordt zo in elk geval voorkomen dat het beeld ontstaat dat de wetenschap één grote doofpot is. Dat geschreeuw irriteert, ik weet het. Maar het is verstandig als de wetenschap de dialoog aangaat. Om te voorkomen dat er steeds opnieuw en steeds meer mensen opstaan zoals Michiel C. De jong, die blijven rondbazuinen dat de wetenschap niet te vertrouwen is.

Reacties (23)

#1 okto

goed artikel. pluim!

  • Volgende discussie
#2 Patrick Renz

[edit redactie wegens spam]

  • Volgende discussie
  • Vorige discussie
#3 Le Redoutable

Het probleem begint bij de wetenschap zelf, er zijn te veel Diederik Stapel’s en Tomas Piketty’s die hun eigen menig of politiek overtuiging mengen met wetenschap. Vaak ligt dat er zo dik bovenop of is de uitkomst zo onwaarschijnlijk dat de “burger” argwaan krijgt en zelf op onderzoek uit gaat.

Nu is dat fenomeen zo oud als de wetenschap, maar nu met internet heeft de “burger” veel meer zicht op de uitspraken van de wetenschappers en kan hij zelf ook veel meer achtergrond informatie zoeken. Wetenschappers zijn trouwens zelf ook burger en de amateur wetenschappers lopen van virus waanzin tot experts die eigenlijk meer kennis van een onderwerp hebben dan de officiële wetenschapper dus die tegenstrijdigheid is in de praktijk niet altijd aanwezig.

Voor de reguliere wetenschap zijn die amateur wetenschappers gewoon en bron van informatie. Famke Louise hoeven ze niet serieus te nemen, maar Maurice de Hond heeft wel degelijk relevante statistische informatie (van ander zaken dan weer absoluut niet).

Belangrijker is dat de wetenschap zelf zijn eigen kaf van het koren scheidt. Bovendien moeten ze duidelijk de grens aangeven tussen wetenschap en de persoonlijke mening of politieke voorkeur van de wetenschapper. Samen met een paar BN’er’s een advertentie in de krant zetten of in een talkshow verschijnen dat dit of dat moet gebeuren is funest en vragen om wantrouwen.

  • Volgende discussie
  • Vorige discussie
#4 McLovin

@3: ”..er zijn te veel Diederik Stapel’s en Tomas Piketty’s”
ongetwijfeld maar waarom noem je Baudet en Cliteur niet in dit rijtje…die doen /- hetzelfde alleen op de andere politiek ideologische flank…of zijn dat wel echte objectieve onderzoekers?

”..Samen met een paar BN’er’s een advertentie in de krant zetten of in een talkshow verschijnen dat dit of dat moet gebeuren is funest”
of een politieke partij oprichten….

  • Volgende discussie
  • Vorige discussie
#5 Joop

Net zoals de Sontolgelden, vooral Deens, maar omdat de Republiek er veel doorvoer met haar schepen, hier veel vrijwilligers voor het verwerken van de gegevens in de (digitaal) gemaakte archieven. De leiding in handen van een onderzoeker van de universiteit Groningen.

En zo kan je dus amateurs en experts een plaats geven in een onderzoek. Met het digitaliseren van archieven en het publiceren op internet kan bijna iedereen zich er op storten.

  • Volgende discussie
  • Vorige discussie
#6 okto

@3: bizar dat je Piketty en Stapel in een adem noemt. Ik vind het werk van Piketty een zeer overtuigend doorwrocht stuk werk.

  • Volgende discussie
  • Vorige discussie
#7 Gwen

Ik (als wetenschapper) heb geen moeite met burger-wetenschappers, maar het onderzoek moet wel van voldoende wetenschappelijke kwaliteit zijn (wat betreft methode en gebruik van bronnen). Voor het boek van De Jong kan ik dat op basis van de beschouwing van Hulspas niet beoordelen. Maar als iemand in de vrije tijd snel een onderzoek uit de grond stampt waar anderen jaren over doen dan roept dat wel vragen op.

Als het niet voldoet aan de wetenschappelijke standaard dan is het niet meer dan een betoog, en het staat natuurlijk iedereen vrij een betoog te schrijven, maar het is wel schadelijk als iemand vervolgens bij kritiek beweert dat de wetenschap een ‘ivoren toren’ is. De wetenschap is met goede reden in enige mate gesloten voor buitenstaanders, omdat niet al het onderzoek ook wetenschap mag heten.

Hulspas stelt dat het beeld dat buitenstaanders hebben van de wetenschap “niet fraai” is, maar volgens het Rathenau Instituut scoort van alle onderzochte instituties de wetenschap het hoogst voor vertrouwen: een 7,1. Wel is er verschil tussen hoog en laag opgeleide burgers, resp. 89 vs 70% heeft een beetje of veel vertrouwen in de wetenschap. Je kunt net zo goed stellen dat het vertrouwen in de wetenschap juist wordt ondermijnd doordat slechte onderzoekers allerlei claims over wetenschap doen.

  • Volgende discussie
  • Vorige discussie
#8 beugwant

Liefde moet van twee kanten komen. Enerzijds zal de burgerwetenschapper zich de wetenschappelijke methoden eigen moeten maken: die scholing zal dan ook beschikbaar moeten zijn en anderzijds wordt het (weer eens) hoog tijd dat (met name de met overheidsgeld gefinancierde) wetenschappelijke resultaten ook voor de gewone burger toegankelijk zijn (en dat behelst ook de weg erin kunnen vinden).
Want we zitten nog steeds in die ‘bad information drives out good’-era.
Zolang dat niet verbetert blijven we dingen vinden in plaats van ze te weten.

  • Volgende discussie
  • Vorige discussie
#9 Jos van Dijk

@6: De vergelijking tussen een fraudeur en een serieuze wetenschapper die keurig statistisch en methodologisch verantwoord werk aflevert is niet alleen bizar maar ook schandalig.

Niets ten nadele van ideologische gedrevenheid, maar zodra je geen onderscheid meer kunt maken tussen je mening en het resultaat van wetenschappelijk onderzoek kom je aan het einde van een serieus debat. En dat geldt ook voor de amateur-onderzoekers. Er is veel voor te zeggen om het gesprek tussen amateurs en professionals gaande te houden. Maar wel op voorwaarde dat er dan ook gesproken kan worden over de wijze waarop kennis wordt vergaard, over afwijkende onderzoeksresultaten en alternatieve gezichtspunten.

  • Volgende discussie
  • Vorige discussie
#10 Janos

Manmanman, #3 doet wel gelijk een duit in het zakje van het verdacht maken van de wetenschap door een internationaal gerespecteerd topwetenschapper als Thomas Piketty, die voor zijn ‘Capital in the 21st century’ belangrijke prijzen heeft gewonnen, op één hoop te gooien met Nederlands bekendse fraudewetenschapper.

Néé Le Redoutable, het probleem is niet dat ‘wetenschappers hun eigen menig of politiek overtuiging mengen met wetenschap’, het probleem is dat vooringenomen mannetjes (m/v) er niet zo goed tegen kunnen wanneer hun onderbuikmeninkjes in tegenspraak zijn met wat uit degelijk wetenschappelijk onderzoek komt. Iets dat je overigens vooral ziet bij radicaal rechts (en rechts daarvan), omdat men daar nu eenmaal niet wíl dat menselijk gedrag leidt tot catastrofale klimaatproblemen, gevangenisstraffen vaak averechts werken als het gaat om het voorkomen van criminaliteit, de EU bijdraagt aan vrede aan welvaart, het legaliseren van (soft)drugs goed is om gebruik tegen te gaan en voor de volksgezondheid, en nog veel meer van dat.

Het probleem zijn niet de wetenschappers, het probleem zijn mensen zoals jij.

  • Volgende discussie
  • Vorige discussie
#11 Frank789

@9: [ Maar wel op voorwaarde dat er dan ook gesproken kan worden over de wijze waarop kennis wordt vergaard, over afwijkende onderzoeksresultaten en alternatieve gezichtspunten. ]

Als je dat bv op Maurice de Hond toepast, kom je volgens mij tot de conclusie dat je die man moet negeren. Voor zover ik begrijp heeft hij alleen statistisch onderzoek gedaan over situaties die in zijn straatje passen en laat hij enige falsificatie achterwege. Eigen onderzoek naar hoe aerosolen zich gedragen is er ook niet van De Hond.

  • Volgende discussie
  • Vorige discussie
#12 Hans Custers

Mijn ervaring is dat wetenschappers altijd antwoorden op vragen of suggesties van geïnteresseerde burgers. Zelfs als het kritische vragen of suggesties zijn. En dat ze altijd blij zijn als er interesse is voor hun werk. De houding ten opzichte van geïnteresseerden, en dus ook van burger-wetenschappers, is volgens mij zo goed als altijd positief en constructief.

Maar het houdt wel ergens op. Vooral dankzij het fanatisme van bepaalde figuren die helemaal niet geïnteresseerd zijn in wetenschap, maar die alleen maar gelijk willen krijgen. Michael Tobis schreef daar afgelopen zomer een goed stuk over: Neither an expert nor a non-expert.

  • Volgende discussie
  • Vorige discussie
#13 Frank789

@12: Je bedoelt deze link?

https://medium.com/@mtobis/neither-an-expert-nor-a-non-expert-5b25e444d753

Edit: het systeem toont de link verminkt.
Edit 2: opeens geen verminking meer.

nog een keer:

medium.com/@mtobis/neither-an-expert-nor-a-non-expert-5b25e444d753

of zo:

https://bit.ly/3obcqVn

  • Volgende discussie
  • Vorige discussie
#14 Hans Custers

@13

Ja, die…

Ook wel relevant in deze context, Medialogica van vorige week. Waarin enkele OMT-leden uitleggen waarom ze maar even niet meer aanschuiven bij talkshows.

Het meest onthutsend zijn de uitspraken van de hoofdredacteur van Op1. Het komt erop neer dat hij desinformatie als entertainment beschouwt en dat dat de reden is om er alle ruimte aan te bieden. De klacht over de wetenschap die niet naar buitenstaanders zou luisteren komt vrijwel altijd van het type wetenschapsontkenners en charlatans dat in die talkshows op mag draven.

Wat mij betreft is het veel te simpel om problemen rond het wantrouwen van wetenschap helemaal af te schuiven op de wetenschap zelf. Hulspas zou bijvoorbeeld ook eens naar zijn eigen beroepsgroep kunnen kijken. De journalistiek doet niets liever dan tegenstellingen uitlichten een aanwakkeren. Of moeten we dat soort journalistiek maar eens pseudo-journalistiek gaan noemen?

  • Volgende discussie
  • Vorige discussie
#15 Sikbock

Mijn open deur: wetenschap is mensenwerk. Dat daartussen dus ook veel prutswerk zit is onvermijdelijk.

  • Volgende discussie
  • Vorige discussie
#16 Frank789

@15: Discussiëren is ook mensenwerk…

  • Volgende discussie
  • Vorige discussie
#17 Hans Custers

@15

Inderdaad een open deur. Je moet dan ook niet elk verhaal van elke wetenschapper serieus nemen. Types die nonsens verkopen over de pcr test die niet peer reviewed zou zijn zijn bijvoorbeeld compleet ongeloofwaardig. Straks gaat zo’n charlatan nog roepen dat vaccins onbetrouwbaar zijn omdat er geen peer reviewed artikel is waarin staat dat standaard laboratoriumglaswerk geschikt is bij de ontwikkeling daarvan.

Wat wel al eeuwenlang werkt is de wetenschappelijke methode. Die blijkt prima te werken om het kaf van het koren te scheiden. Het prutswerk delft het onderspit, de waardevolle kennis blijft over. Waarop de prutsers soms op een andere manier aandacht gaan zoeken. Met complottheorieën of zo.

  • Volgende discussie
  • Vorige discussie
#18 Julia

@Hans Custers: fake news is al heel oud en wordt al lang gebruikt in reclames.

https://youtu.be/bnKLpO9qhOE
https://youtu.be/s6UXsK70RL4

Dokters en wetenschappers zijn erdoor besmet geraakt bij een deel van de burgers. Terwijl de meeste wetenschappers moreel werken is toch hun reputatie aangetast.

  • Volgende discussie
  • Vorige discussie
#19 Frank789

@14: Dank voor de tip, zou verplichte kost moeten zijn op school.

Die entertainement-eikel van OP1, Herman Meijer, geeft zijn onjournalistieke aanpak gewoon toe: als je niet bij ons aan tafel komt, dan gaan we niet zelf achter de feiten aan, dan kunnen de gasten ongehinderd schadelijke onzin vertellen. Pontius Pilatus wast zijn handen…

Datzelfde chantage-gedrag kennen we allang van de roddelbladen: als je geen interview geeft, schrijven we zelf wel wat op.

  • Volgende discussie
  • Vorige discussie
#20 Joost

Ik zie op twitter op het gebied van Corona ook een groep mensen, waaronder wetenschappers maar ook goed ingelezen amateurs en journalisten, opereren onder de naam ‘red team’. Zij worden ook steeds meer serieus genomen.

https://twitter.com/c19redteam

Ik heb onderhand toch wel het idee dat de mensen die terzijde worden geschoven door ‘de wetenschap’ vrij unaniem eigenlijk ook een mening hebben die niet serieus te nemen is.

Zie ook klimaatverandering etc.

  • Volgende discussie
  • Vorige discussie
#21 Hans Custers

@20

Over dat red team zegt Maarten Keulemans wel wat zinnigs (ook al bij Medialogica):

Dat ligt heel ingewikkeld. In dat Red Team zitten mensen die echt verstand van zaken hebben. Maar het is ook een gelegenheidsgezelschap. Mensen van totaal verschillend pluimage. Ik heb zelf veel contact met Amrish Baidjoe en Arnold Bosman, twee veldepidemiologen. Dat zijn mensen die echt wel weten waar ze het over hebben. Maar er zitten ook andere mensen in, die er ook wel van alles van vinden, maar die veel minder die achtergrond in het medische veld hebben.

Dat moet je je wel beseffen op het moment dat je ze recht tegenover het Outbreak Management Team gaat zetten. In het OMT is gewoon de hele universitaire Nederlandse wetenschap vertegenwoordigd, mensen die echt hun sporen hebben verdiend. Dus je moet er echt mee uit kijken om het Red Team daaraan gelijk te schakelen.

Een belangrijk verschil met het OMT lijkt me ook dat het OMT zoekt naar consensus in zijn advies aan de regering. Die consensus zullen ze niet zo snel publiekelijk afvallen. Leden van dat Red Team kunnen veel makkelijker roepen wat ze willen, ook als ze elkaar vierkant tegenspreken.

  • Volgende discussie
  • Vorige discussie
#22 zazkia

Druk van Chinese invloeden wordt steeds groter, dat heeft toch ook een invloed op de steeds beperktere uitingsvrijheid van academici. Voorheen kon een professor nog weleens wat roepen over klassenjustitie, de nedercowboy uithangen en het opnemen voor de gewone man. Nu lijkt het hele academische discours zich aan het herverdelen volgens Amerikaanse partijpolitieke kampen. Binair. Heel zwart/wit. Daar kan de volks-wetenschapper wel een uitkomst in zijn om de bewegingsvrijheid op te rekken.

  • Volgende discussie
  • Vorige discussie
#23 Hans Custers

@22

Nu lijkt het hele academische discours zich aan het herverdelen volgens Amerikaanse partijpolitieke kampen. Binair. Heel zwart/wit.

Volgens mij werkt het zo in het publieke en politieke discours, maar juist niet in de wetenschap. Een grote meerderheid van de wetenschappers is prima in staat om onderscheid te maken tussen hun vakkennis en onderzoeksresultaten en hun politieke opvattingen.

Wel is het zo dat de meeste wetenschappers niks moeten hebben van wetenschapsontkenning van Trump en zijn bende. Dus keren in de VS ook veel conservatieve wetenschappers zich af van de Republikeinen. Die reactie op hun wetenschapsontkenning is voor extreemrechts dan weer aanleiding om de wetenschap links te noemen. Zo gaat het daar nu eenmaal: wie het waagt om stelling te nemen tegen de leugens en de propaganda is de vijand.

  • Vorige discussie