De rechtsstaat wereldwijd onder druk: hoe ziet haar zelfverdediging eruit?
De roep om ‘weerbaarheid’ klinkt steeds luider. In het regeerakkoord van het huidige kabinet komt het woord weerbaarheid 42 keer voor. Onder meer de Europese industrie, de energievoorziening, het onderwijs, burgers en de voedselvoorzieningsketen moeten weerbaarder worden. En de regering wil ‘weerbare instituties’ en ‘weerbaar bestuur’.
Als het gaat om de verdediging van de democratische rechtsstaat horen we op allerlei plekken steeds vaker het begrip ‘weerbare rechtsstaat’ opduiken. Zeker onder juristen. Een duidelijk concept van die weerbare rechtsstaat ontbreekt echter. Het is lang niet altijd helder waartegen bijvoorbeeld de rechtsstaat weerbaar moet zijn, en op welke manier.
En wat is die rechtstaat zelf dan eigenlijk? De weerbare rechtsstaat lijkt een wel heel brede paraplu: het kan wijzen op diverse vormen van ‘rechtsstatelijke zelfverdediging’ of ‘rechtsstatelijke innovatie’. ‘Weerbare rechtsstaat’ wordt dan wat Britse staatsrechtdenker Martin Loughlin een ‘slogan in search of a concept’ heeft genoemd.
In deze korte bijdrage laat ik zien hoe de weerbare rechtsstaat inhoud zou kunnen krijgen en een rol kan spelen bij het verdedigen van de democratische rechtsstaat. Ook ga ik dieper in op een vorm van die rechtsstatelijke weerbaarheid: de vangrails die de Grondwet ons kan bieden.