COLUMN - “Internationaal zijn er geen landen bekend die een volledig forfaitair systeem kennen, zoals het onze”
…schrijft het Ministerie van Financiën op pagina 18 van haar voortgangsrapportage “Heffing box 3 op basis van werkelijk rendement”. Dat is vooral opmerkelijk, als het gaat om de vele problemen die een belasting op basis van werkelijk rendement met zich mee zou brengen, waar onder meer ook een reageerder op mijn laatste column een indruk van geeft. Niemand zegt dat het makkelijk is, maar het kan dus wel.
De favoriete belasting in het buitenland is die op vermogenswinsten. Belast wordt daarbij niet per jaar, maar op de momenten waarop de aandelen worden verkocht. Dan worden de winsten pas tot geld gemaakt is het idee. Eerder heb je er niets aan. Je kunt niet met je aandelenpakket naar de winkel gaan om brood te kopen.
Ik vind het een goed idee om even naar het verschil tussen de heffing op fictieve rendementen en de belasting op vermogenswinsten te kijken. Dat zal namelijk duidelijk maken dat de vermogensrendementsheffing onder meer op dit punt een nogal, ja, verbazingwekkende constructie is.
Daarvoor heb ik, het is even niet anders, een cijfervoorbeeld uitgewerkt (vmr staat voor vermogensrendementsheffing):
De cijfers in de tweede kolom gaan uit van een belegging die in 2007 is begonnen met € 100.000. Vervolgens komt de kredietcrisis en daarom is alles in 2009 nog maar de helft waard. Gelukkig is daarna sprake van wat zij soms ook inhaalrendementen noemen en daardoor heeft onze belegger zijn volledige € 100.000 in 2018 weer terug. Vervolgens heeft hij er genoeg van en verkoopt alles, net voordat Donald Trump en het Brexitgedoe de koersen eind 2018 opnieuw doen dalen. De hele ontwikkeling is daarbij tamelijk dezelfde als die van de AEX.
Voor de vermogensrendementsheffing in de derde kolom veronderstel ik voor het gemak dat onze belegger elders ook nog vermogen heeft dat de vermogensvrijstelling doet verdwijnen en het fictieve rendement ook na de wijzigingen in 2017 en 2018 hetzelfde doet blijven als daarvoor, namelijk 1,2% van het vermogen, dat is 30% van het fictieve rendement van 4%, dat dan weer een goede inschatting van de gemiddelde rendementen in die tijd zou moeten zijn.
De rest is duidelijk. De gehele vermogensrendementsheffing bedraagt dan € 11.100. De gehele belasting op vermogenswinst bedraagt daarentegen nul Euro in 2018 op basis van het werkelijke rendement van nul Euro. Anders uitgedrukt, onze belegger betaalt € 11.100 teveel. Voor niets. Zomaar. En dan mag hij nog blij zijn dat deze situatie zich niet pas vanaf 2022 zal voordoen, want dan zou hij nog ongeveer € 5.000 meer moeten betalen.
En ja, natuurlijk, voor wie niet al in 2007, maar pas in 2009 instapt, ontstaat een omgekeerde situatie. Hij zou zijn vermogen tot 2018 zien verdubbelen en hoefde slechts duidelijk minder dan 30% van zijn vermogenswinst af te dragen. Ook zomaar. Dat wederom helpt onze belegger ook niet. Het maakt alles alleen nog maar erger.
Het Ministerie schrijft daarover in de eerder genoemde rapportage op pagina 8: “Een forfaitaire belastingheffing heeft altijd een zekere grofheid”.
Helaas heeft dit inzicht hen tot nu toe alleen een dooddoener opgeleverd.
Deze gastbijdrage van G. Drios is een vervolg op zijn vorige bijdrage: De vermogensrendementsheffing: mensen in een mal.
Reacties (3)
“En ja, natuurlijk, voor wie niet al in 2007, maar pas in 2009 instapt, ontstaat een omgekeerde situatie. Hij zou zijn vermogen tot 2018 zien verdubbelen en hoefde slechts duidelijk minder dan 30% van zijn vermogenswinst af te dragen. Ook zomaar.”
Hou in de gaten dat dit tot 2007 ook eerder de gewoonte was. Vandaar dat het ergens wel een beetje wringt dat er nu ineens aan deze constructie een eind moet gaan komen, nu het erop lijkt dat er wat vaker te veel* belasting wordt betaald.
*Ik kreeg laatst een telefoontje van een mafklapper van de ING, dat ik te veel geld op mijn betaalrekening had. Wilde die meteen een afspraak maken, om eens te praten over rendement en dergelijke. Toen ik geen interesse toonde vroeg ie of ik niet dacht dat ik te veel belasting betaalde. Hij snapte niet dat ik dat een rare vraag vond en dat het niet mijn eerste prioriteit was om koste wat het kost zo min mogelijk belasting te betalen.
Volgens mij gaat er iets fout.
Begin 2007 100.000 en begin 2008 75.000 dan betaalde je over 2007 1.050 vermogensrendementsheffing, of begin 2007 0 en eind 2007 100.000 is dat 600.
@2: Volgens mij doel je erop dat t/m 2010 nog het gemiddelde van de vermogens op 1 januari en 31 december de grondslag was en daarna pas het vermogen op 1 januari. Dat is ook zo. Maar als je de bedragen nu als grondslagen leest, is er toch niets aan de hand? Anders verneem ik graag wat rekening houden met dit detail inhoudelijk toevoegt.