Als er geen Palestijnse tegenreactie is die de wereld voldoende choqueert, dan wordt de koloniale situatie gewoonlijk genegeerd. Dat is de tragedie, volgens Koenraad Bogaert*.
Noot vooraf: hier gaan we weer. Het ‘conflict’ tussen Israël en Palestina is weer in alle hevigheid losgebarsten. Nieuwswebsites slaan op hol, journalisten rollen over elkaar met de laatste updates, politici en opiniemakers moeten om ter snelst hun statements en reflecties op de wereld loslaten. Iedereen wil zijn zeg doen… moet precies zijn zeg doen. Ik ook dus voor alle duidelijkheid. Maar laat het even bezinken. De nieuwswaardigheid van de frontale aanval van de radicaal-islamistische terreurgroep Hamas is zeer tragisch. Niet alleen vanwege het hoge aantal burgerslachtoffers aan beide kanten, maar ook omdat enkel extreem geweld aan Palestijnse zijde de wereld nog lijkt wakker te schudden.
Het afgelopen jaar was nochtans één van de dodelijkste jaren sinds zeer lange tijd. Het Israëlische leger valt met de regelmaat van de klok Palestijnse steden en vluchtelingenkampen binnen. Er is sinds kort een extreemrechtse regering aan de macht in Israël die openlijk uitkomt voor de verdere annexatie van de overgebleven Palestijnse gebieden. Deze regering geeft kolonisten de vrije baan om nieuwe illegale buitenposten op te zetten en raids te organiseren op Palestijnse steden en dorpen. De kolonisten zelf worden ook geen strobreed in de weg gelegd door het Israëlische leger wanneer ze Palestijnen doden of verminken die hun huizen proberen te verdedigen.
LANGE GESCHIEDENIS VAN BEZETTING
Dit alles past natuurlijk binnen een veel langere geschiedenis van bezetting, een steeds duidelijker apartheidsregime in Israël/Palestina en de ongestrafte schendingen tegen de mensenrechten van de Israëlische staat. In de Gazastrook zitten meer dan 2 miljoen mensen al meer dan 16 jaar opgesloten in wat bekend staat als de grootste openluchtgevangenis ter wereld. Waarom rollen journalisten, politici en opiniemakers niet alle dagen over elkaar om dit flagrant onrecht in de sterkste bewoordingen te veroordelen? Waarom lijkt het dagelijkse extreme geweld tegen Palestijnen de meeste nieuwswebsites niet of nauwelijks te bewegen?
Het is ook tragisch omdat de Palestijnen niet kunnen winnen, wat ze ook doen. Hun strijd voor wat de meesten onder ons als evident beschouwen – vrijheid, gelijkheid en soevereiniteit – lijkt bij voorbaat een maat voor niets. Historische onderhandelingen hebben niets aan hun situatie veranderd. De Palestijnse vraag om alleen al het internationaal recht en de VN-resoluties te respecteren, heeft Israël nooit belet om deze internationale afspraken continue te schenden. Al in 1967 veroordeelde resolutie 242 van de VN Veiligheidsraad unaniem de bezetting van de Palestijnse gebieden na de Zesdaagse Oorlog. Het heeft Israël niet weerhouden om haar nederzettingen te blijven uitbreiden. Vreedzaam verzet zoals de BDS-campagne probeert men ook vaak weg te zetten of zelfs te criminaliseren. Kritiek op de Israëlische politiek wordt in sommige landen, zoals Duitsland, zelfs steeds meer gelijkgesteld met antisemitisme. Tezelfdertijd gaat Israël onverminderd door met het creëren van zogenaamde ‘facts on the ground’. Wat ooit het grondgebied voor een Palestijnse staat zou moeten worden, is doorheen de jaren steeds verder versnipperd door een politiek van nederzettingen, muren, checkpoints en bypass roads (wegen die nederzettingen met elkaar verbinden in de Westelijke Jordaanoever en exclusief toegankelijk zijn voor kolonisten en Israëlische burgers).
Opnieuw, die dagelijkse annexatiepolitiek, die al decennia zijn gang kan gaan, lijkt geen internationale ‘sense of urgency’ te creëren. Als er geen Palestijnse tegenreactie is die de wereld voldoende choqueert, dan wordt de koloniale situatie gewoonlijk genegeerd. Dat is de tragedie. Enkel bij uitbarstingen zoals die van de laatste dagen is er opnieuw aandacht voor de hele situatie. Ook in het verleden werd de Palestijnse kwestie enkel nieuwswaardig wanneer de Palestijnen terugslaan, meestal dan gevolgd door disproportioneel geweld vanwege de Israëlische staat. Dit creëert een vicieuze cirkel van geweld, waar zowel Palestijnse en Israëlische burgers het slachtoffer van worden. De verantwoordelijkheid hiervoor ligt bij de bezetting, het apartheidsregime en het dagdagelijkse geweld tegen Palestijnen.
JA MAAR… EN WAT MET HET PALESTIJNS GEWELD?
Maar net omwille van het geweld van Hamas durft men die verantwoordelijkheid niet meer centraal te stellen. Ook al zijn de feiten niet te negeren. Vele politici en opiniemakers moeten nu eerst en vooral hun verontwaardiging uiten over dat specifieke (Palestijnse) geweld. Ze moeten eerst en vooral dat (Palestijnse) geweld veroordelen. Sommigen, zoals Bart De Wever, maken van de gelegenheid gebruik om de hele geschiedenis van de bezetting te minimaliseren en zelfs onder de mat te vegen: ‘Men mag denken over de complexe problemen in het Midden-Oosten wat men wil, maar vandaag is er maar één kant om te kiezen, dat is de kant van Israël, dat is de kant van de democratie, dat is de kant van het licht. Tegen de krachten van tirannie, tegen de krachten van de duisternis‘. Oud Nederlands minister van Buitenlandse Zaken, Uri Rosenthal, weigerde openlijk elke relatie te leggen met ‘het Palestijns-Israëlische conflict’ en ‘dit bloedbad, deze moorddadige toestand’ op de Nederlandse televisiezender OP1.
Gelukkig zijn er nog andere, meer bedachtzame stemmen in het publieke debat. Maar ook bij de meesten onder hen zien we een grote aarzeling om de eindverantwoordelijkheid voor deze escalatie en het geweld te leggen bij de bezetting en de annexatiepolitiek. Immers, geweld staat toch altijd lijnrecht tegenover een moreel standpunt dat vertrekt van de rechten van de mens, de democratie en het belang van dialoog tussen tegenstanders? Vanuit zo’n moreel standpunt is het misschien onnodig om ons te verliezen in de complexiteit van oorzaak en gevolg. De onschuldige slachtoffers van het geweld komen immers op de eerste plaats. Die vallen aan beide kanten (laten we vooral niet vergeten dat ze vooral aan Palestijnse kant vallen).
Maar misschien is zo’n moreel standpunt, waarbij het leed van slachtoffers de basis vormt voor het a priori veroordelen van alle geweld, wel een deel van het probleem. Ondanks alle goede bedoelingen en zogenaamde humanistische principes draagt het – misschien ongewild – bij tot de impasse waarin we vandaag zitten en het negeren van de fundamentele machtsongelijkheid die dit geweld vorm geven.
In 1972, meer dan 50 jaar geleden, reageert de bekende Franse filosoof Jean-Paul Sartre (1905-1980) op de terroristische actie van de Palestijnse groep Zwarte September – waarbij op de Olympische Spelen in München elf Israëlische atleten en officials gegijzeld worden en uiteindelijk omkomen. Zijn woorden lokten toen veel verontwaardiging uit, maar ze zijn niet onbelangrijk in de huidige context: ‘Allen die de soevereiniteit van de staat Israël erkennen, en ook menen dat de Palestijnen om dezelfde redenen het recht op soevereiniteit hebben en de Palestijnse kwestie als iets fundamenteels beschouwen, moeten toegeven dat het beleid van de Israëlische regering letterlijk krankzinnig is en doelbewust alle mogelijke oplossingen van het probleem vermijdt.’
Sartre ging verder: ‘Daarom is het politiek beschouwd juist om te zeggen dat Israël en de Palestijnen in staat van oorlog verkeren. In deze oorlog is terrorisme het enige wapen van de Palestijnen. Het is een verschrikkelijk wapen, maar de arme onderdrukten hebben geen ander en de Fransen die destijds het terrorisme van de FLN goedkeurden, moeten nu ook het Palestijnse terrorisme goedkeuren.’1
HAMAS IS EEN PRODUCT VAN DE REPRESSIE VAN GAZA
Als we dit in zijn hedendaagse context vertalen, dan zou Sartre niet opwerpen dat we ons allemaal achter Hamas moeten scharen, maar wel dat, als we het recht op soevereiniteit van de Palestijnen erkennen, we Hamas uiteraard niet los kunnen zien van ‘het Palestijns-Israëlische conflict’ (lees: de bezetting).
Hamas bestaat niet zonder de bezetting, de isolatie en de deprivatie van Gaza. Dat betekent niet dat elke Palestijn automatisch een aanhanger is van Hamas of zich ideologisch kan vinden in Hamas, maar wel dat Hamas een product is van de repressie van Gaza, een gevolg van het onrecht dat al decennia aansleept, het resultaat van een koloniale situatie waarbij de Palestijnen hun recht op soevereiniteit en vrijheid wordt ontzegd door de Israëlische politiek. Hamas is er ook niet altijd geweest. De radicale beweging kwam op in de context van de eerste intifada op het eind van de jaren 1980 en profiteerde net van het falen van de Oslo-akkoorden en het vredesproces om definitief de macht over te nemen in de Gazastrook. Met andere woorden, Hamas zou niet zijn wat het vandaag is, zonder die koloniale situatie.
Veel rechtgeaarde democraten krijgen waarschijnlijk de kriebels van een beweging zoals Hamas en haar ideologie. De bekende Palestijnse intellectueel Edward Said waarschuwde al in de jaren 1990 voor de valkuil een beweging als Hamas te willen steunen, alleen maar omdat ze verzet plegen: ‘Wat Hamas en haar acties in de bezette gebieden betreft, weet ik dat de organisatie een van de enige is die verzet pleegt… Maar voor een seculiere intellectueel om een duivels pact te sluiten met een religieuze beweging is, denk ik, principe vervangen door gemakzucht.’2
Maar de verleiding is ook groot om vanuit onze principes en vanachter onze comfortabele bureaus schuld en oorzaak om te draaien. En dat manoeuvre lijkt me – ik wik mijn woorden – hypocriet of getuigt zelfs van een zekere lafheid. Iedereen die vandaag zijn opinie gevraagd wordt over de gebeurtenissen, zeker ook Palestijnse mensenrechtenactivisten en politici, wordt als het ware moreel gedwongen eerst en vooral dit Palestijnse verzet met de strengst mogelijke bewoordingen veroordelen. De indruk wordt zo gewekt – op zijn minst impliciet – dat Hamas de huidige situatie heeft veroorzaakt in plaats van erop te reageren, dat zij verantwoordelijk is voor het geweld. Dat het geweld van Hamas op zichzelf staat.
Het geeft westerse opiniemakers en analisten de kans zich te verschuilen achter een vals gevoel van morele rechtvaardigheid zonder duidelijk kant te kiezen tegen de onderdrukker in deze ongelijke strijd. Het geeft sommigen, zoals Bart De Wever, zelfs de kans om openlijk de kant te kiezen van de onderdrukker. Maar deze gedwongen morele retoriek brengt vooral Palestijnse stemmen, die de ideologie en de tactieken van Hamas helemaal niet onderschrijven, in een zeer lastig parket. Ze worden gedwongen in een discours dat Hamas lijkt te verdedigen wanneer ze eerst en vooral de bezetting willen aanklagen als de oorzaak voor dit geweld. In welke situatie is diegene die bezet en onderdrukt wordt ook diegene die ‘begint’?
Er is geen Hamas zonder de bezetting. Hamas is niet de oorzaak voor de escalatie, meer eerder het gevolg van het onrecht dat nu al meer dan 75 jaar aansleept. Een vreselijk gevolg, dat zeker. En zolang de bezetting blijft voortduren, zolang de internationale gemeenschap faalt of het nalaat Israël ter verantwoording te roepen, riskeren we nog extremere situaties te zien in de toekomst. Net daarom moeten we de bezetting veroordelen. Eerst en vooral.
GEWELD IS HET GEVOLG VAN HET UITBLIJVEN VAN EEN DUURZAME OPLOSSING
Eenzelfde redenering kunnen we ook maken met betrekking tot het geweld op zich. Geweld wordt in dit conflict vaak gezien als de oorzaak voor het uitblijven van een oplossing. Maar hiermee slaan we een stap over. Geweld is eerder het gevolg van het uitblijven van een duurzame oplossing. En in die zin onthult het geweld ook een blinde vlek in ons moreel kompas. Want dezelfde humanistische – vaak zelfverklaarde westerse – waarden die het geweld veroordelen en de slachtoffers verdedigen, zijn in principe ook niet te rijmen met de koloniale situatie zelf waarin het verzet ontstaat.
Alle retoriek over verrassing, de onverwachte aanval en de al te gemakkelijke uitingen van verontwaardiging onthullen een blindheid voor de koloniale situatie, het uitblijven van een unanieme en krachtdadige veroordeling van de Israëlische bezetting en de weigering om resoluut de kant te kiezen van de onderdrukte. De Palestijnen hebben het recht om zich te verzetten. En de internationale gemeenschap heeft de plicht om hen te ondersteunen. Tenminste als ze trouw wil zijn aan haar eigen zelfverklaarde universele principes.
EINDNOTEN
- Welten, Ruud (2006) Zinvol geweld. Zoetermeer: Klement (pp.7-8)
- Said, Edward (1996) Peace and its discontents. New York: Vintage Books (p.110)
*Koenraad Bogaert is docent aan de vakgroep Conflict- en Ontwikkelingsstudies aan de Universiteit Gent en auteur van ‘In het Spoor van Fanon. Orde, wanorde, dekolonisering’ (epo, 2023).
Met dank overgenomen van SAMPOL. Samenleving & Politiek is een uitgave van Stichting Gerrit Kreveld.
Reacties (11)
Van twee tot op het bot getraumatiseerde volken, kan geen humane zienswijze op de ander worden verwacht. Die zijn niet in staat tot een afgewogen oplossing. Alleen met geweld denkt men de ander murw te maken, voor een tijdelijke deeloplossing.
Zo lang er geen alomvattende oplossing wordt afgedwongen door de internationale gemeenschap, die ook aan de basis staat van dit conflikt door haar eenzijdige besluiten, na de 2e wereldoorlog, blijft het bloedvergieten doorgaan.
Even oppassen a.u.b. Het herhalen van reacties (al dan niet) middels copy/paste wordt hier niet zo gewaardeerd (zie huisregels)
Het recht op gewapend verzet in een conflict rechtvaardigt het bloedbad niet dat de Palestijnse organisaties als Hamas hebben aangericht. Er vielen 1200 doden, weerloze burgers, in de ergste terreurdaad sinds 9/11. En dit is wat geen enkele staat kan negeren. Het verlangd een reactie van Israël die niet onder doet voor die tegen El Qaida en de Islamitische Staat. De vernietiging van de verantwoordelijk organisaties is een ver, misschien te vergaand doel om te realiseren maar een flinke afstraffing is beslist op zijn plaats. Hamas is als politieke organisatie niet langer aanvaardbaar.
Uit het artikel:
De meest vreedzame en enige oplossing wijst zich hieruit vanzelf: hef de bezetting van Palestijnse gebieden op, geef de Palestijnen hun recht op soevereiniteit en vrijheid terug.
Dat vind ik juist een aspect van het artikel dat niet zo sterk is. Ja, Hamas zoals het nu bestaat is uiteraard een product van de Israelische bezetting. Maar nee, dit is niet de enige factor die meespeelt in het ontstaan van de beweging Hamas; radicale en gewelddadige islamistische bewegingen zien we op veel plekken in de Islamitische wereld.
En nee, er loopt geen rechte oorzakelijke lijn van de Israelische bezetting naar Hamas. We moeten niet de agency van Palestijnen gaan wegpoetsen; er zijn verschillende keuzes mogelijk in hoe je reageert op de Israelische bezetting.
Han van der Horst stipt dat mooi aan in dit stuk:
https://www.bnnvara.nl/joop/artikelen/stel-dat-hamas-de-burgers-wel-had-ontzien
Het is natuurlijk heel vervelend dat je als vreedzame pro-Palestijnse activist wordt aangesproken op de daden van Hamas, maar dat betekent nog niet dat dit geheel onterecht is. We spreken immers ook Israëliërs er op aan als ze kritisch zijn op Hamas, maar niet de daden van hun regering veroordelen, ook al hebben ze op de oppositie gestemd.
Valse analogie. Een regering vertegenwoordigt een heel land, inclusief de bewoners die op andere partijen hebben gestemd. Dat geldt niet voor een terreurgroep. Het zou ook onzinnig zijn om de hele Israëlische bevolking (en iedereen die Israël steunt) aan te spreken op het gedrag van bepaalde groepen kolonisten die hun Palestijnse buren terroriseren.
Overigens is er wel een ander argument waarom een pro-Palestijnse activist de aanslagen van vorige week expliciet zou moeten veroordelen. Ze zijn zo gruwelijk dat daar niet aan te ontkomen valt.
Ik vind dat mensen die niet op de regeringspartijen gestemd hebben, ook niet op het regeringsbeleid aangesproken worden kunnen.
Dat de regering ons vertegenwoordigt, betekent dat onze regering gemachtigd is om afspraken te maken (bijv. een verdrag sluiten, of boeren uitkopen, of een subsidieregeling optuigen), en dat die ook gelden voor de kiezers die op een andere partij gestemd hadden.
Het betekent niet dat een kiezer kan worden aangesproken op het beleid, of op een willekeurige uitlating van Rutte of Kaag.
Democratie is meer dan alleen in de zoveel tijd naar het stemhokje gaan. Als een regering iets uitspookt dat niet in de haak is, dan zou de bevolking zich daar tegen moeten uitspreken. Er zijn meer legitieme manieren om invloed uit te oefenen dan alleen via het stemrecht.
Dat betekent natuurlijk niet dat elke inwoner van een land schuldig is aan wandaden van de regering. Maar een klein beetje medeverantwoordelijkheid hebben ze wel. Daarvan weglopen, alleen maar omdat je op een andere partij hebt gestemd, vind ik te makkelijk.
Hamas is natuurlijk niet alleen een terreurgroep, maar zijn ook de bestuurders van Gaza
@Raymond Die honderdduizenden doden in Irak en Afghanistan zijn voor jou geen les maar een voorbeeld?