Hoe vaker iemand ‘laf’ zegt, hoe populistischer
COLUMN - ‘Laf’ is een populistisch woord. Iemand anders zo noemen suggereert dat jij heel moedig bent, en bovendien is het voor de tegenstander moeilijk zich tegen zo’n aantijging te verweren. “Nietes! Ik durf wel heel veel!” Iedere poging tot matiging kan zo makkelijk opzij worden gezet.
Wie “Wilders vindt * laf” intikt op Google vindt vele pagina’s van dingen die de PVV-leider in de loop van zijn carrière laf heeft genoemd: anoniem klagen. Balkenende. Vitesse. Tegelijkertijd is op het hele internet slechts één zaak te vinden die door Alexander Pechtold laf wordt genoemd: Wilders.
Het was in 2009 waarschijnlijk al zo. Wilders had toen getwitterd dat Turkije “een ondemocratisch, bang en laf land” was. De tweet kan ik niet meer vinden, maar Paulien Cornelisse schreef erover in een column en ontrukte het zo aan de vergetelheid.
En zo kunnen we van het gebruik van ‘laf’ een goede graadmeter maken van het populisme. Hoe vaker iemand ‘laf’ gebruikt, hoe populistischer. Dat valt gemakkelijk te kwantificeren.
We googlen om te beginnen hoe vaak laf wordt gebruikt op de website van een politieke partij, door bijvoorbeeld “laf site:pvv.nl” in te tikken in Google. Dat levert in dit geval 97 op, terwijl de SP 498 keer dat woord heeft heeft gebruikt. Nu zegt dat nog niet zoveel, want de site van de SP is uitgebreider dan die van de PVV. We hebben dus een maat nodig om te schatten hoeveel woorden er in totaal op die site staan.