Volgens de minister is het de schuld van de universiteiten dat wij ongerust zijn over haar plannen
COLUMN - Het stemde weinig vrolijk, het Kamerdebat van maandag over het rampzalige voornemen van minister Van Engelshoven om de noden bij onze collega’s van ‘bèta/techniek’ te lenigen door geld af te romen bij ‘alfa/gamma/geneeskunde’ (ineens is, zonder dat iemand het merkte, de vijfdeling van de wetenschap een feit geworden).
De oppositie – dat wil zeggen de woordvoerders van GroenLinks, de PvdA en de SP, want rechtse oppositie is er in dit soort kwesties kennelijk niet –, zag kennelijk een zo vast besloten coalitie dat ze weinig meer wist te doen dan vragen om uitstel: reken nu eerst eens uit wat de effecten precies zijn voordat je zulke grootscheepse maatregelen treft. Ook dit bescheiden voorstel werd door de minister echter resoluut van tafel geveegd: ‘We hebben al genoeg gewacht!’
Ondertussen was de minister, vooral bezig zoveel mogelijk onduidelijkheid te genereren.
Ze beweerde allerlei dingen waarvan je je afvraagt of het zelfs wel de bedoeling is dat iemand ze gelooft; bijvoorbeeld dat de universiteiten verantwoordelijk zijn voor de onrust die nu is ontstaan en niet haar rücksichtslose beleid. Volgens haar hebben de universiteiten namelijk allerlei tabellen in omloop gebracht waaruit blijkt dat een en ander zou kunnen leiden tot duizenden ontslagen. “Dat zijn niet mijn tabellen.” Tegelijkertijd weigerde ze daar dan andere cijfers tegenover te stellen. “Dat is niet mijn verantwoordelijkheid, daar gaan de universiteiten over.”




