De anti-modellen van Michael Kirkham
I think the works are probably less perverted than people are generally – Michael Kirkham
Zo reageerde de Britse kunstenaar op de kritiek op zijn werk dat het banaal zou zijn. Laten we wel wezen; sex sells en men zou zijn werk zo op het eerste oog ook pervers kunnen beschouwen. Zo ziet men een naakt vrouwenlichaam tot aan het middel op het schilderij dat de titel L’ origine du monde (2006) draagt of zoals de hierboven afgebeelde zich ontkledende vrouw op een begraafplaats. Kirkham beeldt het allemaal af op doeken van twee bij één meter waarmee hij je recht in het gezicht slaat. Een aandachtiger blik leert echter dat er een diepere betekenis achter zijn werk schuil gaat. Kirkham maakt een soort van magisch-realitische werken die echter aan duidelijkheid niets te wensen over laten.
De figuren in zijn werk stralen namelijk allemaal een enorme leegte uit. Het is volgens Kirkham de verbeelding van de drang van de hedendaagse mens naar steeds meer excessen en wanneer men deze heeft uitgeoefend, valt men direct in een gat, alweer zoekend naar een nieuw en extremer excess. Het lijkt erop of Kirkham de momenten heeft bevroren waarop de bevrediging uitmondt in deceptie. De figuren hebben een volledige desinteresse voor hun omgeving en lijken te dwepen in nietsontziende lethargie. De naakten in Kirkham’s schilderijen zijn daardoor volledig ontdaan van enige erotische lading. Daar komt nog eens bij dat hij de figuren een glimmend voorkomen heeft gegeven waardoor de afstand tussen kijker en afgebeelde alleen maar verder wordt vergroot.
Het getuigt van grootmoedigheid; wanneer je je zorgvuldig opgebouwde droom in duigen ziet vallen en dan je zoon toestemming geven dit hele proces met fotocamera vast te laten leggen. Vader Epstein had alles; een goedlopende meubelzaak en wat beleggingen in onroerend goed die voor zijn oudedagsvoorziening moesten zorgen. Totdat er op een gegeven moment twee balorige pubers brand staken in één van zijn appartementen waardoor zowel een katholieke kerk als een huizenblok werden verwoest. De kerk stapte naar de rechter en eiste een vergoeding van 15 miljoen dollar, een bedrag waarvoor vader Epstein niet verzekerd was en dat tot gevolg zou hebben dat hij en zijn vrouw op straat zouden worden gezet.
In 2003 voerden twee studenten van de Praagse filmacademie, Vít Klusák en Filip Remunda, een experiment uit. Hoever zou de kracht van een goed uitgevoerde marketingcampagne reiken om mensen te kunnen laten geloven in een fictieve mega-supermarkt? Het is een vraag waarvan het antwoord eigenlijk al vantevoren te voorspellen is en daardoor dus volkomen irrelevant wordt. En daarmee vertoont de semi-documentaire Český Sen (Czech Dream, 2004) grote gelijkenis met Super Size Me (2004) van Morgan Spurlock waarbij de fimmaker een maand lang zich volpropt met MacDonalds eten hetgeen ernstige fysieke problemen met zich meebrengt. Het is niet de uitkomst die van belang is, maar de manier waarop daar naartoe wordt gewerkt die zorgt voor een mix van hilarische en soms ook tragikomische beelden.
De Amsterdamse straten worden momenteel opgefleurd met gigantische foto-exposities. Sinds enkele weken is op de Westermarkt al de tentoonstelling Spirit of the wild (wilde dieren foto’s) van Steve Bloom te zien en sinds afgelopen weekend worden de foto’s van naakte mensen die de Amerikaanse kunstenaar Spencer Tunick op 3 juni j.l. maakte in Amsterdam, op grote schermen getoond op onder andere de Nassaukade en de Leliegracht. Tunick weet voor zijn projecten wereldwijd steeds grote aantallen mensen op te trommmelen die voor dag en dauw voor hem willen poseren zonder kleren. In Amsterdam maakte hij onder andere foto’s van naakten in de open parkeergarage Q-parking in de Marnixstraat en fietsende blote mensen over de grachten. Het is eenzelfde soort beeldsensatie die onlangs in de film Het Parfum te zien was en het is de vraag of Tunick zijn inspiratie uit het gelijknamige boek van Patrick Süskind heeft gehaald. Het legt hem in ieder geval geen windeieren qua publiciteit.
Het is altijd goed toeven op het Roots Open Air Festival; er is een keur aan wereldmuziek te zien, een wereldmarkt te bewandelen waar je exotische waren en lekkernijen kunt kopen en over het algemeen is het zonnetje ook van de partij in juni. Het festival, dat de aftrap voor het volledige festival in het Amsterdamse clubcircuit vormt, toog afgelopen zondag al voor de tiende achtereenvolgende keer neer in het Oosterpark en heeft in de loop der jaren een solide reputatie opgebouwd. De sfeer is altijd zeer gemoedelijk en op de velden waar de verschillende podia staan, drijft een aangename mengeling van geuren van de verschillende eetstalletjes voorbij. Bovendien is het erg prettig dat de bands in de open lucht gratis te zien zijn, terwijl in de Melkweg of Paradiso al snel 30 euro moet worden neergelegd voor een kaartje.
Foto’s: Jeroen Daniël Leonhard
Op zondag 27 mei traden Warner & Consorten op in het Amsterdamse Westerpark met eerstgenoemde voorstelling. Het werd vanaf het begin meteen duidelijk dat Warner & Consorten het best gedijt op dit soort buitenlocaties; aan het begin van het seizoen speelt men een aantal keren in de theaters en daar blijkt dan ook dat de beperkte ruimte van gebouwen niet echt aan hen besteed is. Het is ook logisch; Warner & Consorten maakt graag grootse sculpturen die het liefst hoog de lucht in gaan en waar komen deze beter tot hun recht dan in de openbare ruimte? Bij Guerilla bijvoorbeeld, werkt men met lantaarnpalen die omgezet zijn tot stellages waarin geklommen en waaruit gezweefd wordt.
Wanneer je met hooggespannen verwachten naar het Fotofestival Naarden gaat, kan dat nog eens op een teleurstelling uitlopen. Het tweejaarlijkse festival in de vestingsstad begon bescheiden in 1989 en groeide in de loop der jaren uit tot een belangrijk evenement op fotografisch gebied. Dit jaar was de titel van het geheel Emoticon dat onder leiding van de nieuwe hoofdcurator Marga Rotteveel (coördinator fotografie aan de Koninklijke Academie voor Beeldende Kunsten in Den Haag) werd opgedeeld in vijf thema’s: Paradijs, in Memorian, Angst, Beautiful Freak en Buy Me. Eerlijkheid gebiedt mij te zeggen dat ik wegens tijdgebrek niet de hele tentoonstelling kon bekijken en daarom ging ik al vrij snel naar de Grote Kerk, dat het middelpunt van het festival vormt. Twee jaar geleden kwam ik nog ogen tekort voor alle indrukken die ik opdeed op deze locatie, maar nu bood het thema Paradijs, slechts clichématige beelden van bounty-eilanden en prachtige meisjes. Nu is dat wel vermakelijk om naar te kijken, maar als bezoeker van een fototentoonstelling verwacht je nu eenmaal meer dan beelden die je overal al kan zien. En zo belandde ik bij een zeer interessant gastcollege van fotograaf Eddy van Wessel die in ongeveer een uur tijd zijn beweegredenen als fotograaf en enkele technieken die hij toepast in zijn werk, uit de doeken deed.
“De rockmuziek bestaat niet in Nederland”, brieste Rude Boy ergens begin jaren ’90 in een interview met Vpro’s Loladimusica. De driftige voorman van het Amsterdams/Utrechtse Urban Dance Squad had er behoorlijk de pest in dat hun definitieve doorbraak en erkenning maar uitbleef. Samen met zijn band was hij verantwoordelijk voor de uitvinding van de crossover-muziek, waarbij hij met lede ogen aan moest zien dat Amerikaanse bands als Rage Against the Machine en Asian Dub Foundation er later zeer succesvol mee werden. In de Verenigde Staten wilde het na een eerste positief ontvangen bezoek ook niet lukken en de frustratie die bij Rude Boy ontstond is daardoor begrijpelijk.
Als medewerker van een kleine podiumzaal word je wel eens uitgenodigd om als jurylid op te treden tijdens één van de vele awards die ons land rijk is. En zo ging ik afgelopen zaterdag dus naar de Melkweg waar de Sena PopNl award 2007 werd uitgereikt. Onder het motto ‘Alle 13 goed’ waren door de popkoepels van de verschillende provincies + de Grap uit Amsterdam die ook de organisatie van het evenement op zich nam, evenzovele afgevaardigden naar de Amsterdamse poptempel gekomen. Binnen krap vier uur tijd kregen de bands elk 20 minuten om een aantal nummers uit hun repertoire te presenteren en zodoende de programmeurs van 20 verschillende zalen en festivals, waaronder de Melkweg, Dwergpop en Manifesto, voor zich te winnen.
