Jorn

216 Artikelen
1 Reacties
Achtergrond: Jay Huang (cc)
Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

De anti-modellen van Michael Kirkham

Michael Kirkham I think the works are probably less perverted than people are generally – Michael Kirkham

Zo reageerde de Britse kunstenaar op de kritiek op zijn werk dat het banaal zou zijn. Laten we wel wezen; sex sells en men zou zijn werk zo op het eerste oog ook pervers kunnen beschouwen. Zo ziet men een naakt vrouwenlichaam tot aan het middel op het schilderij dat de titel L’ origine du monde (2006) draagt of zoals de hierboven afgebeelde zich ontkledende vrouw op een begraafplaats. Kirkham beeldt het allemaal af op doeken van twee bij één meter waarmee hij je recht in het gezicht slaat. Een aandachtiger blik leert echter dat er een diepere betekenis achter zijn werk schuil gaat. Kirkham maakt een soort van magisch-realitische werken die echter aan duidelijkheid niets te wensen over laten.

De figuren in zijn werk stralen namelijk allemaal een enorme leegte uit. Het is volgens Kirkham de verbeelding van de drang van de hedendaagse mens naar steeds meer excessen en wanneer men deze heeft uitgeoefend, valt men direct in een gat, alweer zoekend naar een nieuw en extremer excess. Het lijkt erop of Kirkham de momenten heeft bevroren waarop de bevrediging uitmondt in deceptie. De figuren hebben een volledige desinteresse voor hun omgeving en lijken te dwepen in nietsontziende lethargie. De naakten in Kirkham’s schilderijen zijn daardoor volledig ontdaan van enige erotische lading. Daar komt nog eens bij dat hij de figuren een glimmend voorkomen heeft gegeven waardoor de afstand tussen kijker en afgebeelde alleen maar verder wordt vergroot.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

De teloorgang van de Amerikaanse droom

Family business Het getuigt van grootmoedigheid; wanneer je je zorgvuldig opgebouwde droom in duigen ziet vallen en dan je zoon toestemming geven dit hele proces met fotocamera vast te laten leggen. Vader Epstein had alles; een goedlopende meubelzaak en wat beleggingen in onroerend goed die voor zijn oudedagsvoorziening moesten zorgen. Totdat er op een gegeven moment twee balorige pubers brand staken in één van zijn appartementen waardoor zowel een katholieke kerk als een huizenblok werden verwoest. De kerk stapte naar de rechter en eiste een vergoeding van 15 miljoen dollar, een bedrag waarvoor vader Epstein niet verzekerd was en dat tot gevolg zou hebben dat hij en zijn vrouw op straat zouden worden gezet.

Mitch Epstein (1952, Holyoke) heeft het allemaal subtiel in beeld gebracht. Toen hij in 1999 hoorde over de brand, ging hij naar zijn ouders om ze te helpen maar kon weinig doen. Het verhaal van zijn ouders vond hij echter zo kenmerkend voor de Amerikaanse samenleving waarin je door hard werken een hoop kunt bereiken, maar waar dit ook zomaar van de ene op de andere dag voorbij kan zijn. Tevens vond hij Holyoke een typisch voorbeeld van de veranderingen die zich in de afgelopen decennia in de voorsteden hebben voltrokken. Van welvarende gebieden veranderden ze in verpauperde centra waar men nauwelijks in staat lijkt het hoofd boven water te houden.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

De droom die een luchtbel bleek

Logo In 2003 voerden twee studenten van de Praagse filmacademie, Vít Klusák en Filip Remunda, een experiment uit. Hoever zou de kracht van een goed uitgevoerde marketingcampagne reiken om mensen te kunnen laten geloven in een fictieve mega-supermarkt? Het is een vraag waarvan het antwoord eigenlijk al vantevoren te voorspellen is en daardoor dus volkomen irrelevant wordt. En daarmee vertoont de semi-documentaire Český Sen (Czech Dream, 2004) grote gelijkenis met Super Size Me (2004) van Morgan Spurlock waarbij de fimmaker een maand lang zich volpropt met MacDonalds eten hetgeen ernstige fysieke problemen met zich meebrengt. Het is niet de uitkomst die van belang is, maar de manier waarop daar naartoe wordt gewerkt die zorgt voor een mix van hilarische en soms ook tragikomische beelden.

Zo ook dus Český Sen dat de naam is van de mega-supermarkt die op 31 mei 2003 op een weiland wordt geopend. De film begint met een aantal beelden van westerse bedrijven die hun eerste filialen openden in het voormalige Oostblok-land waarvan de meest recente die van Electroworld in 2002, waarbij de eerste honderd mensen naar binnen mochten, mensen die al enkele dagen voor de winkel hadden gebivakkeerd om verzekerd te zijn van binnenkomst. De studenten nemen alle mogelijke marketing-instrumenten ter hand en beginnen met een restyling in maatpakken van Hugo Boss en krijgen advies over de uitstraling die ze zich als betrouwbare managers zich eigen moeten maken.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

De straat als museum

Spencer Tunick De Amsterdamse straten worden momenteel opgefleurd met gigantische foto-exposities. Sinds enkele weken is op de Westermarkt al de tentoonstelling Spirit of the wild (wilde dieren foto’s) van Steve Bloom te zien en sinds afgelopen weekend worden de foto’s van naakte mensen die de Amerikaanse kunstenaar Spencer Tunick op 3 juni j.l. maakte in Amsterdam, op grote schermen getoond op onder andere de Nassaukade en de Leliegracht. Tunick weet voor zijn projecten wereldwijd steeds grote aantallen mensen op te trommmelen die voor dag en dauw voor hem willen poseren zonder kleren. In Amsterdam maakte hij onder andere foto’s van naakten in de open parkeergarage Q-parking in de Marnixstraat en fietsende blote mensen over de grachten. Het is eenzelfde soort beeldsensatie die onlangs in de film Het Parfum te zien was en het is de vraag of Tunick zijn inspiratie uit het gelijknamige boek van Patrick Süskind heeft gehaald. Het legt hem in ieder geval geen windeieren qua publiciteit.

Een andere fotograaf die gebruik maakt van de openbare ruimte om te exposeren, is de Franse straatkunstenaar JR. Met zijn eerste project Portrait of a Generation wist hij de aandacht op zich te vestigen. Met zijn camera trok hij de Parijse banlieux in om daar portretten te maken van hun bewoners, met een groothoeklens, recht in het gezicht. Hij was geïnteresseerd in de menselijke kant van wat ook wel de nachtmerrie van de samenleving wordt genoemd, waarbij slechts een klein deel zorgt voor de overlast in dat soort achterstandswijken. De geschoten portretten blies hij vervolgens op in het kopieerapparaat tot enkele meters en gewapend met kwast en lijm bracht hij de mensen uit de banlieux naar de binnenstad en plakte ze illegaal op prominente plaatsen zoals bijvoorbeeld op het Gemeentehuis of het Fotografiemuseum. Zo wist hij een hoop mensen die niet of nauwelijks in een museum komen, te bereiken met zijn werk.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

De prettige smeltkroes van Roots Open Air

Haydamaky Het is altijd goed toeven op het Roots Open Air Festival; er is een keur aan wereldmuziek te zien, een wereldmarkt te bewandelen waar je exotische waren en lekkernijen kunt kopen en over het algemeen is het zonnetje ook van de partij in juni. Het festival, dat de aftrap voor het volledige festival in het Amsterdamse clubcircuit vormt, toog afgelopen zondag al voor de tiende achtereenvolgende keer neer in het Oosterpark en heeft in de loop der jaren een solide reputatie opgebouwd. De sfeer is altijd zeer gemoedelijk en op de velden waar de verschillende podia staan, drijft een aangename mengeling van geuren van de verschillende eetstalletjes voorbij. Bovendien is het erg prettig dat de bands in de open lucht gratis te zien zijn, terwijl in de Melkweg of Paradiso al snel 30 euro moet worden neergelegd voor een kaartje.

De afgelopen jaren vond ik de programmering enigszins tegevallen, het leek erop of het een herhaling van zetten was waarbij men zich iets te gemakkelijk ervan af maakte. Tijdens een jubileum kan dat natuurlijk niet en daarom werd er groots uitgepakt dit jaar. Door omstandigheden kon ik pas tegen de avond in het park zijn, maar werd meteen op mijn wenken bediend met de gipsy punkrock formatie Haydamaky uit Oekraïne. Het gezelschap, bestaande uit zes leden, wist het hoofdveld om te turnen tot één grote dancing pit met energieke folkloristische muziek. Zanger Oleksandr Yarmola gebruikte naast zijn stem een zogenaamde sopilka (herdersfluit), accordeonist Ivan Leno bespeelde de tsymbaly en bestuurde ook nog de midi en verder werden naast gitaar, bas, trompet en drums ook nog de drymba en de domra uit de kast gehaald.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Het guerillatheater van Warner & Consorten

Guerilla 1 Foto’s: Jeroen Daniël Leonhard

Warner van Wely was in 1975 één van de oprichters van de Dogtroep, als reactie op het, in zijn ogen saaie en weinig vernieuwende theater. Het betekende een vernieuwing in de theaters die vaak op aparte locaties werden gehouden, waarbij nauwelijks gebruik werd gemaakt van tekst, maar veelal met beeld, geluid, mime en attributen van elke specifieke locatie werd gewerkt. In 1989 trok van Wely zich terug uit de Dogtroep om zich weer meer op kleinschaligere projecten te kunnen gaan richten. Daartoe richtte hij het straattheatergezelschap Warner & Consorten op.

Het gezelschap bestaat uit spelers/bouwers/beeldhouwers/dansers. Het team van Warner & Consorten bedenkt en bouwt haar eigen sculpturen die tijdens de voorstellingen worden gebruikt en breit daar dan een verhaal omheen. Veel van de performances ontstaan al improviserend waardoor het team jaarlijks aan de hand van de aanwezige materialen en de gegeven locatie een verhaallijn opzet. Een aantal voorstellingen staan echter min of meer al vast en deze keren jaarlijks terug op verschillende festivals in het land. Het kan dus zomaar gebeuren dat u deze zomer Guerilla of Clockwork nog te zien krijgt.

Guerilla 2 Op zondag 27 mei traden Warner & Consorten op in het Amsterdamse Westerpark met eerstgenoemde voorstelling. Het werd vanaf het begin meteen duidelijk dat Warner & Consorten het best gedijt op dit soort buitenlocaties; aan het begin van het seizoen speelt men een aantal keren in de theaters en daar blijkt dan ook dat de beperkte ruimte van gebouwen niet echt aan hen besteed is. Het is ook logisch; Warner & Consorten maakt graag grootse sculpturen die het liefst hoog de lucht in gaan en waar komen deze beter tot hun recht dan in de openbare ruimte? Bij Guerilla bijvoorbeeld, werkt men met lantaarnpalen die omgezet zijn tot stellages waarin geklommen en waaruit gezweefd wordt.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Het kleine college van fotojournalist Eddy van Wessel

Eddy van Wessel Wanneer je met hooggespannen verwachten naar het Fotofestival Naarden gaat, kan dat nog eens op een teleurstelling uitlopen. Het tweejaarlijkse festival in de vestingsstad begon bescheiden in 1989 en groeide in de loop der jaren uit tot een belangrijk evenement op fotografisch gebied. Dit jaar was de titel van het geheel Emoticon dat onder leiding van de nieuwe hoofdcurator Marga Rotteveel (coördinator fotografie aan de Koninklijke Academie voor Beeldende Kunsten in Den Haag) werd opgedeeld in vijf thema’s: Paradijs, in Memorian, Angst, Beautiful Freak en Buy Me. Eerlijkheid gebiedt mij te zeggen dat ik wegens tijdgebrek niet de hele tentoonstelling kon bekijken en daarom ging ik al vrij snel naar de Grote Kerk, dat het middelpunt van het festival vormt. Twee jaar geleden kwam ik nog ogen tekort voor alle indrukken die ik opdeed op deze locatie, maar nu bood het thema Paradijs, slechts clichématige beelden van bounty-eilanden en prachtige meisjes. Nu is dat wel vermakelijk om naar te kijken, maar als bezoeker van een fototentoonstelling verwacht je nu eenmaal meer dan beelden die je overal al kan zien. En zo belandde ik bij een zeer interessant gastcollege van fotograaf Eddy van Wessel die in ongeveer een uur tijd zijn beweegredenen als fotograaf en enkele technieken die hij toepast in zijn werk, uit de doeken deed.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

100 ways to become cool – Gone Bald

Gone Bald “De rockmuziek bestaat niet in Nederland”, brieste Rude Boy ergens begin jaren ’90 in een interview met Vpro’s Loladimusica. De driftige voorman van het Amsterdams/Utrechtse Urban Dance Squad had er behoorlijk de pest in dat hun definitieve doorbraak en erkenning maar uitbleef. Samen met zijn band was hij verantwoordelijk voor de uitvinding van de crossover-muziek, waarbij hij met lede ogen aan moest zien dat Amerikaanse bands als Rage Against the Machine en Asian Dub Foundation er later zeer succesvol mee werden. In de Verenigde Staten wilde het na een eerste positief ontvangen bezoek ook niet lukken en de frustratie die bij Rude Boy ontstond is daardoor begrijpelijk.

Eenzelfde soort gevoel heeft zich meester gemaakt van Ivica Kosavic, alias Razorblade Jr., voorman van het Amsterdamse Gone Bald. De van oorsprong uit Zagreb afkomstige formatie woont al dertien jaar in Amsterdam en heeft al de nodige bezettingswisselingen ondergaan. Enig overgeblevene is Razorblade Jr en deze oogst met zijn bandleden zeer veel waardering in het clubcircuit en dan met name onder muzikanten. Ongeveer elke twee jaar verschijnt er een nieuw album van het drietal en telkens weer is het de vraag of ze worden opgepikt door een label. Met het achtste album 100 Ways to become cool was het erop of eronder voor de heren, de labels moesten nu toehappen, zodat ze eindelijk verder zouden kunnen komen dan de afgelopen jaren. Maar ook deze keer bleef het stil in labelland, geen reacties, geen gehoor wanneer men de platenmaatschappijen probeerde te bereiken. Je kunt dan twee dingen doen als band; of je gaat bij de pakken neerzitten of je gooit er nog een schepje bovenop. Dat laatste deed Gone Bald.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Onder de dolenden – een kort verhaal (slot)

klik voor vergroting Illustratie: Crachàt

Het gestommel in de gang haalde hem uit zijn concentratie. Al die tijd had zij in de stoel gezeten, Brecht de kans gevend de foto’s volledig in hemzelf op te nemen. Hij vervoegde zich tot haar en wachtte rustig af wat er komen zou. De deur werd vrij ruw geopend waarbij de dubbelganger haastig naar binnen viel. In zijn handen hield hij een tas waaruit hij een bundel papieren haalde die hij op de stoel legde. Brecht herkende zijn manuscript, maar het was helemaal volgeschreven met een rode pen. Hier en daar waren complete passages doorgestreept en sommige stukken waren voorzien van illustraties waaruit een soort gekte sprak. De dubbelganger pakte de stapel papier en nam ze mee naar de keuken waar hij ze uitspreidde in wasbak. Vervolgens pakte hij een doos lucifers uit een la en legde er een brandende lucifer bovenop. Het vatte meteen vlam, er ontstond zelfs een kleine steekvlam, maar het papier was al te snel weggesmeuld voordat het vuur van enige betekenis kon worden. Brecht zag de woorden uit zijn manuscript voor zijn ogen verdwijnen. De foto’s begreep hij nog wel, maar welk belang de dubbelganger bij het manuscript had, was hem onduidelijk. Of moesten alle tekenen die aan Brecht herinnerden worden uitgewist en was dit nog maar het begin? De dubbelganger wachtte totdat het vuur volledig was gedoofd. Hij haalde de resten uit de wasbak en gooide deze weg. De bak spoelde hij na met warm water. Vervolgens liep hij naar de slaapkamer en haalde daar een stuk touw van een paar meter vandaan. Deze legde hij uitgespreid voor zich op de vloer in de woonkamer. Hij haalde een systeemplaat uit het plafond en zette deze tegen de muur. De stoel zette hij opzij. Daar nam hij een longdrinkglas uit de kast, schonk deze voor de helft vol met wodka, deed er wat ijsblokjes bij en vulde de rest met cola. Daarna ging hij op de fauteuil zitten, ogenschijnlijk in rust maar uit de gelaatsuitdrukking kon Brecht opmaken dat deze slechts uiterlijke schijn betrof.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Alle 13 goed!

The Swains Als medewerker van een kleine podiumzaal word je wel eens uitgenodigd om als jurylid op te treden tijdens één van de vele awards die ons land rijk is. En zo ging ik afgelopen zaterdag dus naar de Melkweg waar de Sena PopNl award 2007 werd uitgereikt. Onder het motto ‘Alle 13 goed’ waren door de popkoepels van de verschillende provincies + de Grap uit Amsterdam die ook de organisatie van het evenement op zich nam, evenzovele afgevaardigden naar de Amsterdamse poptempel gekomen. Binnen krap vier uur tijd kregen de bands elk 20 minuten om een aantal nummers uit hun repertoire te presenteren en zodoende de programmeurs van 20 verschillende zalen en festivals, waaronder de Melkweg, Dwergpop en Manifesto, voor zich te winnen.

De opzet van deze mij voorafgaand onbekende prijs was namelijk ietsje anders dan andere jaren; de winnaar van de award was de band die de meeste optredens wist te regelen. De juryleden kozen elk één band uit die ze vervolgens later in het jaar programmeren op hun podium. Een goede keuze van de organisatie want de diversiteit van de bands zou ervoor zorgen dat men appels met peren zou gaan vergelijken omdat de genres uiteenliepen van urban soul tot metal à la Crowbar en Slayer. Karmakonga, een mix van funk en reggae werd uiteindelijk de winnaar met vijf optredens en eigenlijk lag deze uitslag bij voorbaat al vast omdat deze band de meest ervaren van alle was en bovendien een gedegen live-reputatie heeft opgebouwd. Dat Karmakonga echter was uitgekozen als Amsterdamse vertegenwoordiger, verbaasde me echter omdat zij ondertussen niet meer verlegen zitten om optredens.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

De ontheemde jaren van Max Beckmann

Max Beckmann

Ik ontwaakte en bevond me in Nederland te midden in een wereld van drift – Max Beckmann.

Hij moet het behoorlijk moeilijk hebben gehad; Max Beckmann werd gedwongen zijn geliefde Duitsland te verlaten nadat Hitler en de zijnen zijn werk als entartet hadden bestempeld. Hij was liever naar Parijs of naar New York gegaan, maar het lot bepaalde dat hij naar Amsterdam ging en daar gedurende de periode 1937-1947 een leven in ballingschap moest leiden. Op het eerste oog lijkt Beckmann totaal niet gespeend van enige ijdelheid omdat zijn eigen beeltenis vaak tot onderwerp van zijn schilderijen is gekozen, maar bij nadere bestudering blijkt dat Beckmann in grote onzekerheid verkeerde dankzij het gebrek aan erkenning. In Nederland was zijn status als kunstenaar namelijk vele malen kleiner dan in Duitsland en dat was een bittere pil die hij moest slikken. In zijn werk ging hij op zoek naar zijn status als kunstenaar en zien we hem vaak afgebeeld als de sombere, norse man die ons doordringend aankijkt. Het gebrek aan erkenning en de onmacht tegen de oorlog zouden gedurende de tien jaar die hij hier verbleef voortdurend terugkerende aspecten van zijn werk zijn.

In het van Gogh museum in Amsterdam is nu een tentoonstelling gewijd aan de jaren die Beckmann in Amsterdam heeft doorgebracht en wordt een klein inkijkje gegeven in het leven dat Beckmann daarna leidde in New York. Het vertrek naar New York moet een bevrijding zijn geweest voor de gekwelde schilder die maar niet weg kon komen uit Amsterdam vanwege de oorlog. De nors kijkende schilder is veranderd in een zelfverzekerde persoon die vol levenslust de wereld in kijkt. Toch was zijn periode in Amsterdam een zeer vruchtbare. In zijn atelier aan het Rokin 116 schilderde hij ongeveer een derde van zijn hele oeuvre bestaande uit portretten en symbolische werken waarin hij de dreiging van de nazi’s of zijn gevoel van onvrijheid als gevolg van zijn ballingschap weergaf.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Onder de dolenden (6) – een kort verhaal

klik voor vergroting Illustratie: Crachàt

Ze overhandigde hem een wit vel papier waarop met houtskool een portret was getekend. Op de tekening was het gezicht van een man afgebeeld die een angstwekkende gelijkenis had met Brecht. Het gezicht was iets vadsiger en een beetje pokdalig, aan de onderkant zat een kleine onderkin en de rest van het gezicht was enigszins buiten proporties geraakt. Het haar was iets dunner en misschien ook wel grijzer, maar dat kon Brecht niet zien in de grijs-witte tekening. Verder had hij dezelfde hoge jukbeenderen, aan weerszijden van de mond twee scherp afgetekende rimpels die in een boog omhoog naar de neus liepen en een paar kleine littekens, verspreid over verschillende plaatsen in zijn gezicht. De ogen staarden hem licht melancholisch aan, de huid was ruw, de neus groot en de mond was afgetekend met een bovenlip die enigszins aan de dunne kant was. De man leek een paar jaar ouder te zijn dan hij.
“Waarom zou er iemand in de buurt zijn geweest toen ik werd vermoord?,” vroeg Brecht argwanend.
“Ik zei toch al eerder dat de meesten die hier rond lopen zich kapot vervelen. Hij was toevallig in de buurt op het tijdstip en zag deze man je woning verlaten. Hij is hem een tijdje gevolgd en heeft hem goed geobserveerd waardoor hij deze tekening heeft kunnen maken. Ook heeft hij zijn adres weten te achterhalen.”
“O.k., hij lijkt, maar wat zou hem bewegen om deze moord te plegen?”
“Het antwoord is even simpel als complex. We hebben hier te maken met een man die zichzelf als een zeer belangrijk individu ziet. Op een gegeven moment loopt hij over straat en ziet tot zijn grootste verbazing dat er een evenbeeld van hem rondloopt. Ondanks dat hij ervan overtuigd was dat hij uniek was, blijk jij te bestaan. Hij raakt hierdoor zodanig verstoord in zijn zelfbeeld dat hij nog maar een uitweg ziet; jij moet wijken voor zijn ego. Hij gaat je volgen, vindt uit waar je woont en schaduwt je op de spaarzame momenten dat je je huis verlaat. Bij dit alles gaat hij zeer voorzichtig te werk, je mag op geen enkele manier achter zijn bestaan komen. Hij bereidt zijn plan zorgvuldig voor en neemt de tijd om het ten uitvoer te brengen. De rest is een bekend verhaal.”
“Het is belangrijk dat we hem vanavond gaan opzoeken. Je zult de mogelijkheid krijgen om hem te benaderen en erachter te komen wat voor man hij is. Hij is er rond een uur of acht dan worden wij ongeveer daar verwacht.”
“En waar haal jij al die wijsheid vandaan?” vroeg Brecht die zijn cynisme nauwelijks wist te verhullen.
“Vertrouw me nu maar,” antwoordde ze, “dat is op dit moment het belangrijkste.”

Vorige Volgende