Neerlands wielerheld van de laatste jaren, Michael Boogerd, is nu officieel verwikkeld in een dopingschandaal. Zondaar Kohl heeft het gezegd: Boogerd (en anderen) waren ook klant bij de plasmakliniek in Wenen. Geheel wielerminnend Nederland wachtte vervolgens dan op een superkritisch interview met Mart Smeets. De grote Smeets had immers net voor de tour, na de onthullingen rond Thomas Dekker, gezegd dat iedereen schoon schip moest maken. Dat superkritische gesprek kwam niet. Wel een halfbakken ontkenning van Boogerd.
Mart Smeets vroeg Boogerd wel een beetje aan de tand over die dopingbeschuldigingen. En dan volgt iets opmerkelijks. De Hagenees begint niet met ontkennen dat ‘ie doping heeft gebruikt, maar begint te zeggen: “Ik houd me bij de feiten,” om vervolgens een heel ingewikkeld betoog te gaan houden over dat hij gevraagd is als getuige op te treden in de Weense dopingzaak. Iets later in het interview ontkent ie wel dat hij bij die Oostenrijkse plasmabank is geweest. Maar hij knikt vervolgens instemmend als Smeets zegt: “Niemand van ons is heilig.” Bewijst dat dat Boogerd doping heeft gebruikt? Nee. Hij zegt immers ook: “Klinkklare onzin!” Maar zou een directe ontkenning niet veel logischer zijn geweest? Juist voor een Hagenees met het hart op de tong?
Een beetje wielrenner lijkt wel net zo getraind in afwijkende antwoorden geven als de eerste de beste politicus-in-het-nauw. En dat belooft weinig goeds. Daar zou Mart Smeets veel harder op in moeten gaan. Je bent wel onschuldig totdat het tegendeel etc., maar er wringt een hoop in deze zaak. Mag ik dat zeggen? Ja, dat mag ik zeggen.