Gastauteur

2.327 Artikelen
3 Waanlinks
25 Reacties
Achtergrond: Jay Huang (cc)
Foto: Thomas Geersing (cc)

Graaiende zorgbestuurders overgeleverd aan Brinkman en Gerbrands

ACHTERGROND - Zorgbestuurders stapten eerder dit jaar naar de rechter vanwege het aan banden leggen van de topinkomens in de publieke sector. Maar de rechter stelde hen in het ongelijk. Clara Mens geeft achtergrond bij de ‘graaiende zorgbestuurders.’

Wie er als topfunctionaris in de zorgsector warmpjes bijzit en dan toch durft te klagen bij de rechter over de per 1 januari 2013 in werking getreden Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (Wnt), loopt uiteraard het risico in de publieke opinie verketterd te worden. Dit artikel beoogt zeker geen sympathie te kweken voor de zorgbestuurders in kwestie. Integendeel. Wat deze bijdrage wel beoogt, is iets te vertellen over de achtergronden van het conflict dat recent voor € 816 aan salaris advocaat en € 575 aan griffierecht (gemeenschapsgeld?) door de voorzieningenrechter werd beslecht.

Commissie-Dijkstal

De discussie over topsalarissen in de publieke en semipublieke sector is niet nieuw. In haar rapport ‘Over dienen en verdienen’ uit april 2004 concludeerde de commissie-Dijkstal dat de salarisstructuur in de publieke sector (in dit geval vooral de ambtenarensector) oorspronkelijk gebaseerd was op de gedachte dat de minister, gezien zijn staatsrechtelijke positie en verantwoordelijkheden, het hoogste salaris behoort te hebben. Vervolgens constateerde zij dat die oorspronkelijke gedachte in de praktijk niet meer verwezenlijkt werd. Diverse topfunctionarissen verdienden aanzienlijk meer dan een minister. Daarbij was de commissie – die overigens breed was samengesteld met naast Dijkstal (VVD) ook Andrée van Es (GroenLinks), Jan Hendrikx (CDA) en Coen Teulings (PvdA) – van mening dat dit onder meer te wijten was aan een salarisachterstand bij ministers. Anders gezegd: het probleem was niet direct dat topfunctionarissen teveel verdienden, ministers verdienden gewoon te weinig. De commissie signaleerde een salarisachterstand van ongeveer 30% ten opzichte van rijksambtenaren. Mede gelet op het feit dat de ministerssalarissen volgens de commissie in internationaal perspectief sober waren, adviseerde zij de achterstand weg te werken, de ministers opslag te geven en aldus het uitgangspunt te herstellen dat het ministerssalaris vertrekpunt is voor het loongebouw van de publieke sector.

Foto: Kennisland (cc)

De ‘Zijlstra-manoeuvre’ en de langstudeerboete

ANALYSE - De langstudeerboete werd na de Tweede Kamerverkiezingen in september afgeschaft, maar staatsrechtelijk gezien handelde Halbe Zijlstra niet helemaal op de juiste manier.

Vandaag stemt de Eerste Kamer over de intrekking van de langstudeermaatregel. Het dossier dat rondom de verkiezingen volop in de media is bekritiseerd, bejubeld en bespot, mag nu rekenen op volledige mediastilte. Slechts enkelen zullen zich realiseren dat de langstudeermaatregel formeel tot op de dag van vandaag is blijven voortbestaan en nu aan het begin van het einde is gekomen van zijn tocht naar de intrekking. De Senaatsvergadering van vandaag zal waarschijnlijk de guillotine – terecht – laten vallen. Evenwel kunnen de Senatoren (zeer theoretisch) het voorstel nog afstemmen, wat direct een merkwaardige maar interessante situatie zou opleveren. Ik denk echter niet dat we ons op zo’n staatsrechtelijke traktatie mogen verheugen.

Hoewel het einde van dit discutabele dossier dus in zicht is, kleeft er nog wel een wrange (na)smaak aan de gebeurtenissen van de voorbije maanden. Een smaak die in alle juridische en politieke commotie over dit onderwerp – naar mijn weten – nog niet eerder is benoemd: kón staatssecretaris Zijlstra wel zomaar weigeren een geldig en democratisch tot stand gekomen wettelijke regeling uit te voeren?

Foto: Micah Baldwin (cc)

Een grotere hooiberg alstublieft

ACHTERGROND - Het DNA-onderzoek dat de moordenaar van Marianne Vaatstra onthulde, noopte twee kwaliteitskranten ertoe te pleiten voor een landelijke database met DNA-profielen van alle Nederlanders. Dirk Janssen onderzocht voor Apache of dat een goed idee is.

De moord op Marianne Vaatstra werd pas dertien jaar na dato opgelost omdat het voorheen niet mogelijk was een DNA-screening te doen. In 1999, toen de moord gepleegd werd, was dat volledig handwerk. In 2012 was grootschalig DNA-onderzoek mogelijk en leverde het -zoals bekend- een match op met een lokale boer, Jasper S., die inmiddels bekend heeft.

Het succes van de DNA-screening leidde tot verschillende oproepen tot een landelijke DNA-database, onder andere door NRC-columnist Steven de Jong en Volkskrantredacteur Maarten Keulemans. Want daar kun je boeven mee vangen, was het argument.

Database

Voorstanders van een landelijke database voeren het argument aan dat je uit forensische DNA-analyses geen persoonlijke kenmerken kunt aflezen. Dat klopt.  Dit is geen DNA-analyse die in kaart brengt welke genen iemand heeft en vervolgens concludeert dat het gaat om iemand gaat met zwart haar, bruine ogen, aanleg voor sikkelcelanemie en een haakneus, dus dat het wel een asielzoeker zal zijn.

Het is wat minder geavanceerd dan dat. Forensische DNA-analyse meet de lengte van verschillende stukken DNA (een “locus”) die bij iedereen voorkomen. Omdat de lengte van die stukken per persoon verschilt ontstaat er een persoonsspecifieke “streepjescode”, ook wel een DNA-profiel genoemd. Dat DNA-profiel is praktisch uniek, tenzij je met een eeneiige tweeling te maken hebt. Je kunt er wel in aflezen of iemand familie is, want dan heb je waarschijnlijk een aantal identieke stukken uit een gemeenschappelijke voorouder. Maar verder is het privacy-argument dus niet erg relevant.

Foto: Ian Britton (cc)

Forse groei cameratoezicht

ANALYSE - Het aantal gemeenten dat cameratoezicht is gestart, is in 2012 fors gegroeid. Vijf gemeenten besloten ermee te stoppen. Dat blijkt uit een analyse van cameradeskundige Sander Flight. 

In 2012 namen 32 Nederlandse gemeenten het besluit een nieuw cameraproject te starten. Dat is bijna net zoveel als in 2011 toen 36 gemeenten hiervoor kozen. Vijf gemeenten kozen ervoor geen camera’s op te hangen. Daarnaast werden er zes cameraprojecten in vijf gemeenten beëindigd. De meeste gemeentelijke camera’s werden opgehangen in uitgaansgebieden, daarna volgen op afstand bedrijventerreinen en winkelgebieden.

De gemeenten die kozen voor extra cameratoezicht variëren sterk in omvang. Er zitten grote steden bij zoals Amsterdam, Den Haag, Amersfoort, Amstelveen, Enschede, Haarlem en Zwolle. Maar ook kleinere gemeenten besloten toezicht te gaan houden met camera’s, zoals bijvoorbeeld Culemborg, Dalfsen, Hoorn, Kaatsheuvel, Laren, Medemblik, Nijkerk, Purmerend en Westervoort.

Dé trend in 2012 was de inzet van flexibele camera’s. Die worden een paar dagen, weken of maanden op hotspots opgehangen om acute problemen aan te pakken. Tot op heden was dat niet toegestaan en bleven camera’s altijd meerdere jaren hangen. Voor elke verplaatsing moest een nieuw besluit door het gemeentebestuur worden genomen, vaak in overleg met de gemeenteraad.

Vlak voor de kerstvakantie diende het kabinet een wetsvoorstel in om deze vorm van cameratoezicht te voorzien van een wettelijke basis. Het wetsvoorstel ligt op dit moment voor advies bij de Raad van State en is nog niet openbaar gemaakt.

Foto: Janeen (cc)

Europese regelgeving rond nanomaterialen is gatenkaas

ACHTERGROND - Terwijl er vele honderden producten met nanomaterialen te koop zijn bestaan er nogal wat problemen met de regelgeving voor deze superkleine stofjes, schrijft Rob Buurman.

Even voor de goede orde: nanomaterialen zijn echt ontzettend klein. Eén nanodeeltje van enkele nanometer verhoudt zich ongeveer tot een voetbal als die voetbal tot planeet aarde. Nu is het bekend dat het inademen van fijnstof, wat eenvoudigweg zeer kleine deeltjes zijn die in de lucht zweven, kan leiden tot aandoeningen aan luchtwegen en hart- en vaatziekten.

De vraag is wat er gaat gebeuren als we steeds meer in aanraking komen met allerlei nanodeeltjes. Vooralsnog bestaat daarover vooral veel onduidelijkheid, daarom is het cruciaal dat wetgeving de gezondheid en het milieu beschermen tegen mogelijke schadelijke effecten.  In Brussel zijn er verschillende legislatieve discussies gaande over nanomaterialen, maar de voorlopige tussenstand is allesbehalve geruststellend.

Een politieke definitie van nanomaterialen

Allereerst is er in Brussel lang gediscussieerd over iets schijnbaar simpels als een definitie voor nanomaterialen. De keuze voor een specifieke definitie heeft een enorme impact. In de Cosmetica Verordening (pdf) staat bijvoorbeeld dat de aanwezigheid van nanomaterialen bij de ingrediëntenlijst vermeld moet worden. Dat betekent dat de fabrikant een verantwoordelijkheid heeft om te weten welke stoffen in zijn product als nanomaterialen geclassificeerd zijn, en een informatieplicht heeft tegenover de consument. De impact van een definitie wordt helemaal duidelijk wanneer je bedenkt dat sommige risicobeoordelingen straks waarschijnlijk specifiek voor nanomaterialen moeten worden uitgevoerd.

Foto: Elliott Brown (cc)

Demotie kan in duurzame samenleving

OPINIE - Hoe erg is ‘een stapje terug’ in het perspectief van een duurzame samenleving? 

Capgemini vraagt aan 400 oudere werknemers om 10 procent van het salaris in te leveren, werd vorige week bekend. Er is sindsdien heel wat over geschreven en gezegd. Vooral in de sfeer van rechten en van vergelijken: oud tegenover jong, management tegenover werknemers, productieven tegenover minder productieven. De keuze lijkt demotie of je baan kwijt. En als dat de keuze is dan is de uitkomst duidelijk. Liever werken tegen 10% minder dan thuiszitten en 30% minder met zicht op bijstand.

De positieve bijdragen keken vooral naar de winst van diversiteit. Teams die bestaan uit oud en jong hebben gezamenlijk meer kwaliteit in huis. Pleidooi voor leeftijdsbewust personeelsbeleid – en dat gaat niet alleen over ouderen.

Waar we in alle discussies niet aan toe komen is nadenken over de samenleving waar we naar toe willen. De oude systemen, ontwikkeld na de industriële revolutie, kraken in hun voegen. De snelle economische groei van de afgelopen decennia heeft vooral welvaart gebracht maar het collectieve welzijn heeft geen gelijke tred gehouden.

De digitale revolutie leidt tot nieuwe succesvolle vormen van samenwerking en financiering. We ruilen diensten, we werken samen op basis van uitwisseling van sociaal kapitaal, initiatieven worden gefinancierd op basis van crowdfunding. De samenleving die zich hier gaat aftekenen is niet gebaseerd op geld maken met geld, op groei van bezit. Delen is het nieuwe hebben.

Foto: Hubert Burda Media (cc)

Media worstelen met #rafsyl

ANALYSE - 2013 is amper begonnen en de eerste mediacontroverse is een feit: de scheiding tussen Rafael en Sylvie van der Vaart. Natuurlijk brengen RTL Boulevard en Shownieuws dit nieuws groot, maar wat doe je als ‘serieus’ medium met dit ‘nieuws’?

De NOS bracht het nieuws kort, pas halverwege het Achtuurjournaal en verpakte het in een verantwoording: ‘Een echtscheiding is niet zo bijzonder, zeker niet in een tijd dat twee op de drie huwelijken stranden. Maar soms praat het hele land erover. Zoals in Duitsland. Sylvie en Rafael van der Vaart gaan uit elkaar. Dat vonden ze daar nou net zo’n droompaar.’ (2 januari 2013) Ook Volkskrant.nl verschuilt zich achter de Duitse collega’s met de kop ‘Duitse media in ban van scheiding “Rafa und Sylvie”‘ (2 januari 2013). De TV-recensent van dezelfde krant neemt de maat van berichtgeving over van zijn collega’s op televisie. Zodoende doen zowel NOS als de Volkskrant mee aan het geroddel. Beide rubrieken melden zelfs over  ‘intieme details’, de klap die Rafael Sylvie had gegeven op oudejaarsavond.

NRC Next bombardeert de scheiding zelfs tot hoofdartikel. De kop suggereert een alternatieve invalshoek (‘En nu verder als eenmanszaak’), maar correspondent Frank Vermeulen schrijft uitgebreid over de geruchten in de (roddel)pers. De krant krijgt de wind van voren op Twitter, waarbij een paar keer wordt gerefereerd aan het recente vertrek van de hoofdredacteur. De vraag roept zich op of dit nu een voorbeeld is van de newsier invalshoek die de hoofdredactie van NRC Handelsblad voor ogen heeft met NRC Next.

Foto: Frits de Jong (cc)

Lesje staatsrecht van Raad van State

ACHTERGROND - Het kabinet wilde via een truc aan geld komen voor twee ministers zonder portefeuille die in het vorige kabinet -toen de begrotingen gemaakt werden- nog niet bestonden. Maar werd door de Raad van State op de vingers getikt.

Geen eigen portefeuille en ook geen eigen geld. Het kabinet had erg te doen met de ministers Blok en Ploumen, respectievelijk voor Wonen en Rijksdienst en voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking. Omdat deze bewindslieden, net als de rest van het kabinet-Rutte II, pas werden benoemd toen de algemene begrotingswetsvoorstellen allang bij de Tweede Kamer waren ingediend, dreigden zij niet over een eigen begroting te kunnen beschikken voor 2013. Het vorige kabinet kende immers geen ministers voor Wonen en Rijksdienst en voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking, met als gevolg dat Blok en Ploumen hun centjes uit de ‘gewone’ begrotingen van Binnen- en Buitenlandse Zaken hadden moeten halen.

De regering verzon echter een list: zij maakte nota’s van wijziging en splitste daarmee delen van de begrotingen van Binnen- en Buitenlandse Zaken af tot afzonderlijke begrotingen van Wonen en Rijksdienst en van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking. Tot aparte begrotingswetsvoorstellen wel te verstaan. Kennelijk was de regering er niet helemaal zeker van of je wel met een nota van wijziging een nieuw wetsvoorstel kunt creëren. Zij vroeg de Raad van State om advies (je moet tenslotte boven een wetsvoorstel “de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord” kunnen zetten) en die keurde de constructie terecht af.

Foto: copyright ok. Gecheckt 18-03-2022

Stoppen drugsverboden maakt bezuinigingen overbodig

OPINIE - Het opheffen van drugsverboden zou veel geld kunnen besparen en zelfs opleveren. Maar minister Opstelten wil er niet aan. Gastredacteur Matthijs Pontier betoogt waarom dat niet slim is.

Er wordt op dit moment veel bezuinigd door de overheid.  Zo krijgen mensen met een verslaving of andere geestelijke problemen hun zorg niet meer verzekerd uit het basispakket. En moet de Publieke Omroep flink de broekriem aanhalen. Maar veel van deze bezuinigingen zijn onnodig. We kunnen namelijk veel geld besparen door drugsverboden op te heffen. Frits Bolkestein riep het al eerder: ‘Het verbod op drugs kost miljarden. Het leidt tot misdaad en is slecht voor de volksgezondheid. Hef het op.’

En Bolkestein riep niet zomaar wat. De miljarden van Bolkestein kunnen prima door de factchecker. In Nederland wordt 27 tot 33% van de detentiejaren opgelegd wegens een opiumdelict. In 2006 was driekwart van de ruim driehonderd onderzoeken naar ernstige vormen van georganiseerde criminaliteit gericht op handel in en productie van drugs. Politieagenten en rechters zijn veel tijd kwijt aan drugsgerelateerde delicten. In sommige gevallen loopt dit zelfs op tot tweederde van hun tijd. Een last waar de agenten zelf ook helemaal niet op zitten te wachten. Ze gaan liever achter dieven en verkrachters aan. Maar dat heeft in Nederland momenteel schijnbaar minder prioriteit.

Foto: Karl Baron (cc)

Noord-Korea wordt geprovoceerd

OPINIE - Noord-Korea is de vijand. Dat is het beeld dat de VS succesvol over de wereld verspreiden. Maar de Noord-Koreanen worden in die rol gedwongen door de VS en de VN, betoogt freelance journalist Bas Verbeek, die in Zuid-Korea woont en werkt.

Provoceren. De laatste keer dat die term besproken werd, was een paar jaar geleden toen we het hadden we over een Canadese politieagent die zei dat vrouwen zich niet ‘als sletten moeten kleden’ indien ze niet verkracht willen worden. Het lokte feministische protesttochten over de hele wereld uit, de slutwalks.

Deze week konden we in iedere krant lezen dat Noord-Korea ‘weer eens provoceerde’ nadat ze een raket succesvol de ruimte in schoten. Tijd om het weer eens te hebben over wat dat dan is, provoceren. Want wie provoceert nou eigenlijk wie?

Geschiedenis in vogelvlucht

Stel je voor. Je bestaat al vele honderden jaren lang als land, hebt een duidelijke soevereine, nationale identiteit ontwikkelt. Deuren bleven lang dicht voor figuren die met hun Europese schepen aan kwamen varen. Terecht, want het bleek dat die scheepsladingen vol blanken voornamelijk de bedoeling hadden om de boel over te nemen. Voor een groepje iets minder principiële Koreanen waren de deals van de buitenlanders moeilijk te weerstaan en gaven uiteindelijk de Japanners een vinger, maar die namen de hele hand. Veel Koreanen waren het daar niet mee eens en verzetten zich tegen de Japanners die dan maar met het punt van het zwaard de laatste Koreaanse koning afzette en het land onderwierp aan de Japanse keizer.

Foto: Michiel2005 (cc)

Belemmeringen die de SGP mag opwerpen

ANALYSE - De SGP moet vrouwen het recht toekennen om zich kandidaat te stellen. Dat betekent niet dat de SGP elke vrouw die maar wil kandidaat moet stellen. Een gastbijdrage van juridisch onderzoeker Rob Kooijman.

‘Zou er binnenkort werkelijk een eind komen aan de weigering van de SGP om vrouwen die dat willen op de kieslijst te plaatsen?’ vroegen onlangs de voorzitters Mieke van der Burg van de Vereniging voor Vrouw en Recht, en Anniek de Ruijter van het Proefprocessenfonds Clara Wichmann zich af in het NRC.

De Nederlandse Staat moet ‘maatregelen nemen die er daadwerkelijk toe leiden dat de SGP vrouwen het passief kiesrecht toekent,’ oordeelde de rechter. Het passief kiesrecht is het recht om zich kandidaat te stellen voor onder meer het parlement.

Wat betekent dat voor de SGP? Betekent het dat de SGP vrouwen die dat willen kandidaat moet stellen, zoals de vraag van Van der Burg en De Ruijter impliceert? Natuurlijk niet. De SGP mag net als elke andere politieke partij belemmeringen opwerpen voor kandidaatstelling.

Andere gronden van onderscheid

De rechter oordeelde ‘dat de SGP niet wordt belet zelf te bepalen welke opvattingen de kandidaten uitdragen. De SGP zal ook na het toekennen van het passief kiesrecht aan vrouwen ten volle de mogelijkheid hebben om haar vrouwenstandpunt te verkondigen bij verkiezingen en in het parlement. Van de SGP wordt slechts gevergd dat de SGP zich niet naar die opvatting gedraagt. Voor het overige blijft de verenigingsvrijheid, waaronder de mogelijkheid om op andere gronden dan het onderscheid tussen man en vrouw te selecteren voor kandidaatstelling, onaangetast.’

Foto: Diavolaki (cc)

Straf verslaafden

OPINIE - Straf verslaafden in plaats van een behandeling, betoogt Rinus Otte, hoogleraar rechtspleging (Rijksuniversiteit Groningen) in deze gastbijdrage.

Er zijn nogal wat gedragsdeskundigen die menen dat verslaafde mensen niet vrij zijn in hun gedragskeuze en dat de verslaving een stoornis is. Dat is nogal een statement. Zonder keuzevrijheid geen strafrechtelijke schuld. Als jurist ben ik niet zo overtuigd van de verminderde toerekeningsvatbaarheid als gevolg van verslaving.

Elke repeterende gedragskeuze, zoals het opnieuw grijpen naar de dope, drank of het opzoeken van dezelfde verkeerde vrienden, houdt een vrije en hernieuwde keuze in tot omkeer of tot voortzetting van het verslavingsgedrag. Het meer aansprakelijkheid toerekenen aan verslaafden berust op de juridische culpa in causa constructie. De drank of de dope wordt niet onder dwang het lichaam ingebracht, maar als een soort repeteergeweer wordt fles na fles, spuit na spuit ter hand genomen.

Een ernstig verslaafd mens is vaak een gekweld mens die zich regelmatig schuldig maakt aan verwervingscriminaliteit. De cijfers lijken voor zich te spreken. De gevangenissen worden bevolkt door gedetineerden die voor meer dan de helft kampen met verslavingsproblemen. Waarom dus straffen als iemand het niet kan helpen? De hulpeloze moet geholpen worden en dan wordt de samenleving gevrijwaard van nieuwe misdrijven. Het klinkt zo simpel, maar het is het niet.

Vorige Volgende