De Duitse Bondsdag stemt vandaag over een omstreden pensioenplan dat een klein deel van de christendemocratische fractie niet ziet zitten. Aangezien de SPD-CDU/CSU coalitie slechts op een meerderheid van 12 stemmen steunt is verwerping van het plan mogelijk en dat zou de regering Merz in grote problemen kunnen brengen. Maar nu heeft Die Linke aangekondigd zich te onthouden van stemming. Als alle 64 parlementsleden van die partij dit volgen heeft de coalitie toch nog een ruime meerderheid van voorstemmers, waarmee het voorstel kan worden aangenomen.
Die Linke wil met haar stemonthouding voorkomen dat het pensioenniveau onder de door de coalitie voorgestelde 48 procent zal vallen. Conservatieven “spelen machtsspelletjes ten koste van miljoenen gepensioneerden in het hele land”, aldus Heidi Reichinnek, fractieleider van Links in een verklaring. “Het is ronduit schandalig dat het conservatieve blok gepensioneerden niet eens boter op hun brood laat hebben.” Het percentage van 48% gaat over de verhouding tussen de pensioenuitkeringen en het gemiddelde inkomen. Dat mag volgens coalitiepartij SPD en ook volgens Die Linke niet onder de 48% dalen, het ‘absolute minimum’. En zonder onder de voorgestelde wet zou dat minimum niet gegarandeerd zijn. De oppositie in de christendemocratische fractie komt uit de jongerenafdeling die met een aantal economen vindt dat het plan veel te veel van de staatskas zal gaan vergen. De kosten zullen bij een volgende generatie worden gelegd. Bondskanselier Friedrich Merz (CDU) is er niet in geslaagd een aanvaardbaar compromis te vinden.
Dat Merz gered moet worden door Die Linke is voor hem nogal een blamage. Hij behoort zelf tot de conservatieve vleugel van de CDU en is gekozen op een bij uitstek rechts programma. Als regeringsleider is het zijn grote ambitie om het beter te doen dan Angela Merkel. Maar hij is van begin af aan geconfronteerd met economisch onaangename feiten. De Duitse economie heeft lang geprofiteerd van gas uit Rusland en export naar China. Maar das war einmal. Volkskrant-correspondent Remco Andersen: ‘Het is moeilijk om de ernst van de Duitse economische malaise te overdrijven. Het land loopt langzaam leeg; elk jaar verdwijnt rond de 100 miljard euro aan economische bedrijvigheid naar het buitenland. De auto-industrie stagneert, tienduizenden banen verdwijnen. Goedkoop gas uit Rusland is er niet meer. China is veranderd van afzetmarkt in concurrent.’ Duitsland was tot voor kort economisch gezien een van de sterkste Europese landen. Nu dreigt een neergang die andere landen kan meeslepen. Zoals Nederland, dat traditioneel volledig afhankelijk is van de economie van de oosterburen.
De huidige SPD-CDU/CSU coalitie heeft ook de publieke opinie niet mee. Het bezwaar van de jonge christendemocraten dat het pensioenplan de jonge generatie te veel treft wordt volgens de ZDF Politbarometer breed gedeeld. Zowel de regering als de Bondskanselier krijgen van een meerderheid slechte beoordelingen. CDU/CSU is niet meer alleen de grootste partij, de AfD scoort in de peilingen net als de christendemocraten 27%. De socialisten zouden twee weken terug niet meer dan 14% van de stemmen hebben gekregen.
Imitatie-Hitler
De AfD zet haar opmars voort. Er is zondag een nieuwe jongerentak opgericht, na de veroordeling tot extremisme van de Junge Alternative door de Duitse inlichtingendienst. Generation Deutschland moet een breuk met het verleden betekenen: een meer gematigde jongerenpartij die dichter bij de moederpartij staat. Maar al op de eerste vergadering ontstond ophef over een van de kandidaten voor het bestuur, Alexander Eichwald. Hij hield een toespraak die met zijn geladen woordenschat, theatrale handgebaren en rollende ‘r’ deed denken aan de retoriek van Adolf Hitler in de jaren 30. “Iemand vroeg Eichwald ‘Is dit een grap?’, waarop hij ‘Ja’ antwoordde. Anderen zien er een complot in en denken dat hij een infiltrant is van een linkse partij of van de inlichtingendiensten.” Eichwald werd niet gekozen en is inmiddels uit de partij gezet.
De groei van AfD blijft hoogst pijnlijk voor de regeringspartijen, en dan met name voor de Bondskanselier. Hij beloofde in zijn verkiezingscampagne de rechtsradicalen de wind uit de zeilen te nemen door een rechts-conservatief en migranten- vijandelijk beleid. Het heeft de AfD zoals te verwachten alleen nog maar sterker gemaakt. In oktober gooide hij nog olie op het vuur door na zijn aanprijzing van het fors opgeschroefde uitzettingbeleid te zeggen dat er nog wel een probleem was met ‘het straatbeeld’. In antwoord op de grote verontwaardiging die deze racistische uitspraak te weeg bracht maakte hij het nog erger met: ‘Vraag het uw dochter maar’.