Zit je, als rechtgeaarde Amsterdammer, op zaterdag rustig ten Brakke Gronde te lunchen, kopje koffie, krantje erbij, hoor je ineens prachtige dromerige muziek. Je Shazam doet het niet maar het immer vriendelijke personeel helpt: Albin de la Simone. Een Franse chansonnier die, zo lees ik op de Wikipedia, al jaren in het vak zit maar waar ik nog nooit van gehad.
Op het gevaar af pedant te klinken: er was een tijd dat de Brakke Grond het Nederlandse culturele leven verrijkte omdat je via België keek naar Frankrijk en zo dingen meepikte die je anders niet zou hebben leren kennen. Het aanbod is echter per staatshervorming minder Belgisch, meer Vlaams, meer eenheidsworst, minder interessant geworden.
Afgelopen zaterdag wist ik echter ineens weer waarom ik zoveel van dat café houd.
Reacties (2)
Klinkt goed!
Ik zal een dezer dagen bij een wat uitgebreide maaltijd of zo eens wat meer van de aan het einde verschijnende nummers draaien.
:-)
***************************
Voor wie het Fans nog wil meelezen/meezingen:
Elle vivait dans la forêt
Un cabanon comme elle disait
Elle dormait quand elle voulait
Ne travaillait jamais
Paréo noué dans le dos
Des fruits, des fleurs et des oiseaux
Le goût du sel sur la peau
Elle était belle, j’étais beau
Sous un baldaquin de tulle
Une bougie, le clair de lune
Nos deux corps dans une bulle
Le coeur et la fortune
On ne parlait pas d’amour
L’amour c’est quoi ?
On ne parlait jamais d’amour
Le grand amour ça n’existait pas
Elle fumait, je l’embrassais
Je cuisinais, elle m’enlaçait
Elle dansait, je chantais
En anglais, en javanais
Nu sous mon tablier je revivais
Abandonné sous les baisers parfumés
On ne parlait pas d’amour
L’amour c’est quoi ?
On ne parlait jamais d’amour
Le grand amour ça n’existait pas
C’était l’amour je m’y connais
Jusqu’à ce jour de fin juillet
Elle souriait, mais je devinais
Le vent avait tourné
Affolé par l’épouvantail
De quelle erreur monumentale
L’amour, le vrai, le beau
S’était barré au galop
Mooi, dank.
Het voedt ook mijn nostalgie naar de Brakke Grond van 40 jaar terug. De schurende schraalheid van het provinciale bestaan valt dan zwaar.