COLUMN - Oud Zeikwijf schopt de bal terug naar minister Bussemakers veldhelft.
Het grootste dilemma dat ik ervoer tijdens het schrijven van Dilemma’s, waarin ik een lans breek voor de wens van de Nederlandse moeders om in deeltijd te werken, was of ik het moest schrijven of niet. Het wel schrijven zou koren op de molen zijn van conservatieven die moeders maar al te graag achter de koters willen plakken (en hen, als ze hun houdbaarheidsdatum hebben overschreden, het liefst inruilen voor een nieuw – lees: jong – exemplaar). Maar niets antwoorden aan de kortzichtige en egoïstische oproep van minister Bussemaker zou de stem van het merendeel van de Nederlandse moeders negeren, die keer op keer laten zien dat ze niet gediend zijn van zulk dwingelandij, van moeders die én willen werken, én zelf willen zorgen voor hun kinderen.
We hadden het dus over het merendeel van de Nederlandse moeders. De (toch wel omvangrijke) rest, onder wie ikzelf, voelt er niets voor om minder te werken om op baby’s te passen. Je moet het kunnen, en je moet ertegen kunnen. Je moet het ook willen. Tegen je zin thuis gekluisterd terwijl je studiegenoten met rasse schreden de maatschappelijke ladder beklimmen lijkt me geen zinvol bestaan. Niet dat een bestaan perse zinvol moet zijn. Persoonlijk ben ik van mening van niet, maar dat is een andere discussie.
Stel: je bent geboren met een baarmoeder, een vagina en een stel borsten in plaats van piemel, kloten en een overdaad aan testosteron, maar thuis voor de kinderen zorgen terwijl manlief carrière maakt is niet je ding. Je voelt die oxytocine niet, die jou daartoe roept. Je laat je baby’s graag in handen van moederlijke vrouwen of vaderlijke mannen. Misschien voel je die oxytocine wel, maar heb je zwaarwegende argumenten (geld), om voor je carrière te kiezen. Dan zeg ik: minister Bussemaker, gaat u gang. Hier ligt een schone taak voor uw klaar om aangepakt te worden. In een maatschappij die het moeders makkelijker maakt om te werken ook op hoge posities, met alle verantwoordelijkheden en alle tijd dat het vereist, zonder dat ze het grote geluk moeten hebben een thuisman te treffen, mag u moeders oproepen meer te werken. Zorgt u voor ruim aanwezige, betaalbare en kwalitatieve kinderopvang, voor afkolfplekken op het werk, voor soepelere werktijden, voor thuiswerken, voor businesswomen-netwerken, voor makkelijkere leningen aan moeders die een bedrijf willen starten, voor werkbare herintredingstrajecten, voor basisscholen die geen beslag op ouders leggen, voor acceptatie van deeltijdwerk van en ruimere verlofregelingen voor vaders, dat soort zaken dat de wens van de carrièretijgers onder ons faciliteert en waar ik, ik ben immers geen beleidsmaker, geen volledige kijk op heb. De samenleving als geheel is er, en daar geef ik u gelijk in, bij gebaat dat moeders blijven werken, dat moeders ook hoge posities bemannen [sic]. Zorgt u dus dat het arbeidsethos verandert ten gunste van voltijds participerende moeders. In uw brief aan de Tweede Kamer zegt u dat van plan te zijn, uw optredens in de media naar aanleiding van die brief alsmede het beleid dat uw regering voert laten echter een andere agenda doorschemeren (= moeders moeten voltijds werken, hoe? Dat regelen ze zelf wel).
De fout die u met Marianne Zwagerman en Heleen Mees samen maakt, is dat u de vrijheid van ons soort moeders om onbelemmerd carrière te maken op de rug van de moederlijke vrouwen wilt bereiken. U gaat er vanuit dat dat ideaal (het is een ideaal) pas bereikt kan worden als het quotum van werkende moeders zo hoog is dat dat feit alleen al voor grootscheepse veranderingen in het arbeidsethos zorgt. Ik zeg: dit is de makkelijke weg, en de foute weg. Ik zeg: bereikt u dat ideaal zonder de moederlijke vrouwen te dwingen zich in de ratrace te storten. Ik weet uit eigen ervaring (Frankrijk, maar in delen van de VS is dat ook gewoon) dat een maatschappij die dat doet niet fijn is om in te leven. Frankrijk mag een hoog percentage van voltijds werkende moeders kennen, een keuze is het niet meer en of ze eenmaal gescheiden van hun salaris kunnen leven is vraag 2: de kosten voor levensonderhoud stijgen naarmate de burger gemiddeld meer te besteden heeft. Er zijn gebieden waar u moet kunnen erkennen dat Nederland het beter doet dan andere landen. Het kweken van de gelukkigste kinderen ter wereld is daar een van. Aan de andere kant is het zeker niet fijn te leven in een maatschappij waar moeders die dat willen zich niet kunnen ontplooien op de arbeidsmarkt. Ik zei het al: dit is niet de makkelijke weg. De uitdaging is aan u.
Reacties (6)
Mooi verhaal. Laat ook zien dat een land waarin iedereen inclusief de moeders voltijds werkt een ijskoude en gure vertoning oplevert. Waar is het misgegaan in de vrouwenbeweging dat carrière maken (meedoen in de wereld van de mannen dus) als het hoogste goed wordt beschouwd? Alsof alleen werken/werken/werken de ultieme verlossing oplevert. Alsof niet bij de meeste bedrijven en instellingen het geestelijk klimaat zo ongeveer gelijk staat aan dat van de USSR onder Stalin: niemand durft zijn mening te geven, iedereen zit elkaar te beloeren en de meest achterbakse types komen het hoogst in de boom. En wat was er mis met het NL van 20/30 jaar geleden, toen je nog van één salaris een gezin kon onderhouden? Wat heeft al die economische groei en dat werken/werken/werken ons gebracht? Ja, dat in elke schoolklas vijf kinderen ADHD, DHD, PPD-NOS, Asperger, woordblindheid, cijferblindheid, hechtingsstoornissen, enz enz hebben (uiteraard allemaal een kreet om aandacht want paps en mams zijn alleen ’s avonds na 7 uur in zeer vermoeide vorm beschikbaar). Nou ja, gelukkig is de economische groei inmiddels ten einde gekomen. Kunnen wij een beetje bijkomen van al dat zinloze gedraaf.
Ja, nog een plus, Oud Zeikwijf. En ook voor Vincent. ’t Is net als met de hypotheken: toen woningen met 1 salaris moesten worden gekocht was dat mogelijk, maar zodra het salaris van de partner bij het vaststellen van de hypotheek meegeteld kon worden, verdubbelden de huizenprijzen. En nu moet je dus minimaal anderhalf modaal inkomen hebben voor het kopen van een woning – en wie verdient dat in zijn eentje?
En nu is het gedrag van crêche-kinderen de norm geworden, kinderen die vanaf dat ze een drie maanden oude baby zijn hebben moeten concurreren om de aandacht van een betaalde juf en ook hebben moeten wennen aan ongewenste intimiteiten en overlast. Kinderen die dat niet aankunnen en de kinderen die die concurrentie en hectiek niet gewend zijn worden nu door leerkrachten beschouwd als niet normaal: “sociaal-emotioneel achter”.
@1: Alsof niet bij de meeste bedrijven en instellingen het geestelijk klimaat zo ongeveer gelijk staat aan dat van de USSR onder Stalin: niemand durft zijn mening te geven, iedereen zit elkaar te beloeren en de meest achterbakse types komen het hoogst in de boom.
Als deelnemen op de arbeidsmarkt echt zo’n ramp is, dan lijkt het me alleen maar eerlijk dat vrouwen hun eerlijk deel bijdragen.
Is opvoeden werk?
@4: Zie het als een zorgtaak.
Dan kun je je afvragen of een baan in de zorg werk is.
Het is mij nooit gelukt om een deeltijd baan te krijgen, hoewel ik dat wel altijd graag wilde.
Verder, wat Vincent en Ernest zeggen.
Dit onderzoek lijkt me wel relevant voor je verhaal: Working moms as primary breadwinners: why the US is seeing so many more
Ze spreken van een dramatische verandering van de familiestructuur de afgelopen 50 jaar
Er is natuurlijk meer dan een reden voor die verandering, maar een belangrijke reden is economisch van aard, met name de crisis.
De maatschappij is er niet voor ingericht, maar ze denken dat dit nu door deze ontwikkeling zal gaan veranderen.