Eerder werd op Sargasso al geconstateerd dat het debat over de toekomst van ons onderwijs ontbreekt is in de strijd om de kiezersgunst. Dat uitgerekend van buiten Den Haag een oproep tot debat komt is volgens Jan Fasen, directievoorzitter van het Connect College, een mooie gelegenheid om in discussie te gaan over wat we nu echt willen met ons onderwijs.
Blij verrast las ik afgelopen zaterdag in het NRC de oproep van Lodewijk Asscher aan Alexander Pechtold om met hem in debat te gaan over onderwijs. Blij, omdat een van de belangrijkste thema’s van deze tijd eindelijk punt van debat wordt. Verrast, omdat over zo’n belangrijk thema als onderwijs uitgerekend een politicus van buiten de Haagse arena zo’n oproep doet.
De punten die Asscher noemt zijn wel old-fashioned: heldere normen, bijscholing van leraren, nieuwe methoden en een Inspectie die echt optreedt. Bestuurlijk is dit allemaal te regelen, dat heeft hij bewezen in Amsterdam, maar of we daarmee het onderwijs hebben dat antwoord geeft op de leervraag van de hedendaagse leerling is nog maar zeer de vraag. Die leerling is niet veranderd, maar zijn leervragen wel. Omdat de omgeving waarin hij leert en de manier waarop hij wil leren is veranderd. Dat heeft die leerling niet zelf bedacht, laat staan veroorzaakt. Maar kinderen hebben een fenomenaal aanpassingsvermogen in veranderende situaties.
De samenleving is veranderd en verandert nog steeds. Met een diepgang en snelheid waardoor onzekerheid voor de toekomst de enige zekerheid is die we nog hebben. De huidige crisis toont aan dat een aantal, onschendbaar gewaande, paradigma’s op kiepen staan. Politieke -, financiële -, morele -, omgevings – en economische paradigma’s zijn aan herdefiniëring toe. Dat móet consequenties hebben voor de manier waarop we naar onderwijs kijken. We bevinden ons daarom ook in een leercrisis en om die crisis aan te pakken is, zoals Asscher terecht stelt, meer nodig dan geld. Allereerst snakken we naar visie, visie en nog eens visie. Op de samenleving van de 21e eeuw. Uitgedrukt in een meeslepend verhaal. Geen polariserend of minachtend verhaal dat een heel onderwijsveld beledigt, zoals de VVD vooral doet. Maar een hedendaags verhaal dat hoop en vertrouwen biedt en ons verlost van het dominante denken in systemen, regels en structuren.
Ten tweede is politiek leiderschap nodig. Om dat verhaal consistent over het voetlicht te brengen. Inspirerende vergezichten en bekwame leiders kunnen ons helpen om buiten de gangbare onderwijskaders te denken. Die gangbare kaders hebben hun langste tijd gehad. Ons huidige onderwijssysteem dateert van 1850 ten tijde van de industriële revolutie. Onderwijs werd gericht op de massa en er moest een organisatievorm bij bedacht worden die het onderwijs efficiënt hield. De industriële revolutie ligt ver achter ons. Maar het bijpassende onderwijssysteem is er nog steeds.
Maar politici zouden ook hun focus moeten verleggen. Alles lijkt in Nederland in het teken te staan van economische groei. Alsof welvaart vanzelf welzijn betekent. De term kenniseconomie schalt dagelijks door de fractiekamers in Den Haag. Maar beste politici, neem het advies van Andy Hargreaves ter harte: ‘stop met het bejubelen van de kenniseconomie, start met het creëren van een kennismaatschappij’. Een kenniseconomie dient voornamelijk het individuele belang, de kennismaatschappij omvat ook het maatschappelijke belang. Onze scholen moeten jonge mensen op beide voorbereiden.
In dezelfde lijn waarschuwt Martha Nussbaum in haar laatste boek ‘Niet voor de winst’. Zij voorziet een verschraling en uitholling van onze democratische waarden wanneer beleidsmakers de nadruk blijven leggen op exacte vakken ten koste van vakken die vooral persoonlijke groei, burgerschap en een gezonde democratie bevorderen.
Dit alles nog los van beider verzet tegen de toenemende nadruk op standaardisering, toetsen, cijfers, normen en prestatiedoelen.
Scholen voelen al lang dat er snel iets moet veranderen. Ze verliezen steeds meer de binding met hun leerlingen. Het is echt te gemakkelijk om daar de leraren de schuld van te geven. Scholen zoeken 21e eeuwse oplossingen en speelruimte binnen 19e eeuwse kaders. Er vinden geweldige innovaties plaats op scholen. Jos van der Waals sprak al eerder over ‘een stille revolutie’. Maar toch zal die revolutie nooit leiden tot een diepgaande duurzame verandering waar alle leerlingen van profiteren zolang Den Haag geen visie en leiderschap toont en die revolutie ruimhartig faciliteert.
Daarom beste beslissers en vertegenwoordigers in Den Haag: ga met elkaar in debat in de hoop dat u geraakt wordt door een morele bevlogenheid die u geen andere ruimte laat dan van ons onderwijs weer de trots van het land te maken. Laat vervolgens alle coöperaties, bonden en adviseurs links liggen en stap rechtstreeks naar de leerlingen, leraren en schoolleiders op onze scholen om samen met hen die trots inhoud te geven.
Asscher en Pechtold verdienen eeuwige roem wanneer zij de eerste stap zouden durven zetten.
Reacties (6)
Ik ben in ieder geval blij dat je voor goed onderwijs bent, maar wie is eigenlijk tegen. En school terug naar de leraren en leerlingen is ook een standpunt waar niemand tegen zal zijn.
Maar wat is nu de relatie tussen de aandacht voor exacte vakken en
de verschraling van democratische waarden democratische waarden Wellicht dat ik het boek van Nussbaum eens moet lezen, maar ik observeer wel dat welvaart leidt tot de mogelijkheid van democratie. Arme mensen hebben wel andere zorgen dan de legitimiteit van hun regering.
En we verdienen ons nationaal inkomen nu eenmaal wel door diensten en (gelukkig dat daar nu eens aandacht voor komt) producten te leveren waarnaar vraag is omdat alleen wij die kunnen leveren, die worden bedacht door mensen die kunnen rekenen en tekenen, lassen en draaien; door mensen die exacte vakken in hun bagage hebben.
Maar je oproep om alle coöperaties, bonden en adviseurs links te laten liggen en rechtstreeks naar de leerlingen, leraren en schoolleiders te stappen ondersteun ik. Maar ik heb nog geen enkele partij gezien die dit in zijn programma heeft opgenomen, concreet en duidelijk. Of moet ik voor de zekerheid het programma van de PVV en de SP eens doornemen?
“In dezelfde lijn waarschuwt Martha Nussbaum in haar laatste boek ‘Niet voor de winst’. Zij voorziet een verschraling en uitholling van onze democratische waarden wanneer beleidsmakers de nadruk blijven leggen op exacte vakken ten koste van vakken die vooral persoonlijke groei, burgerschap en een gezonde democratie bevorderen.”
Ik ben niet bekend met het werk van mevrouw Nussbaum, maar hier moet ik het toch echt mee oneens zijn. Het niveau van de exacte vakken zoals tegenwoordig gegeven op het voortgezet onderwijs is bedroevend en sluit niet goed aan bij de verwachtingen van de vervolgopleidingen. Ook het animo voor technische opleidingen is veel te laag. Dit laatste is vooral een cultureel probleem, wij waarderen techneuten onvoldoende. Voor vergelijking zie bijvoorbeeld Duitsland, waar die waardering er wel is.
Wat mevrouw Nussbaum volgens mij vooral voorziet is een gebrek aan opvoeding. Burgerschap en persoonlijke groei zijn niet dingen waarvoor je een school verantwoordelijk moet stellen, dit is een taak van de ouders. Als je hier wat mee wil doen moet je het aanvullend doen, niet vervangend ten opzichte van het reguliere onderwijs. Als je dat wel probeert krijg van die onzin vakken als maatschappijleer, verzorging en kunstzinnige vorming, die tijd wegnemen van de lessen die wel belangrijk zijn.
Opvoeding is iets van ouders, die leren je van waarden en normen, het mooie van kunst, de leuke dingen van andere culturen. School moet zaken leren die je als ouders niet redelijkerwijs doet.
Eens dus
Helaas Pechthold valt als Bilderberger af.
Een verhaal met veel algemeenheden. Wie is er tegen een visie?
De opkomst van de megascholen – ook in het Amsterdam van Asscher – en de steeds veranderende regelgeving ontbreken in het verhaal. Blijkbaar vindt de schrijver dat geen probleem, evenmin als de aansluiting op de praktijk. Welk verschil nu beoogd wordt, is mij een raadsel.
Overigens liet Asscher aanvankelijk het onderwijs in Amsterdam aan een andere wethouder. Blijkbaar was het toen nog in zijn ogen geen dringend probleem. Beeldvorming en werkelijkheid lopen ook hiereen uiteen
verschraling en uitholling van onze democratische waarden wanneer beleidsmakers de nadruk blijven leggen op exacte vakken ten koste van vakken die vooral persoonlijke groei, burgerschap en een gezonde democratie bevorderen.”
Wat een onzin.
Alsof natuurkundigen etc. tegen democratie enz. zouden zijn.
Daarentegen is het wel zo dat de exacte vakken voor onze welvaart zorgen.
Sociologen en politicologen maken niets wat we in het buitenland kunnen verkopen.