Studium Generale Utrecht legde enkele wetenschappers de vraag voor in hoeverre wij ons brein zijn. De komende dagen reageren de wetenschappers op deze vraag en op elkaar in deze korte serie. Vandaag de eerste aflevering met hoogleraar ontwikkelingspychologie Willem Koops.
‘Hersenplaatjes maken is een middel om tot theorievorming over gedrag te komen en niet het middel!’ Volgens Koops is de taak van de psychologie niet zozeer om de hersenen te begrijpen, maar om gedrag te begrijpen. ‘Wij zijn in het geheel niet onze hersenen.’ Als psycholoog moet je dus alleen focussen op hersenen als dat bijdraagt aan het begrijpen van gedrag. Er bestaat de neiging de studie van hersenprocessen ‘wetenschappelijker’ te vinden dan gedragsonderzoek, vooral onder leken. Dit ‘lekenpositivisme’ waarbij men uitgaat van het idee ‘hoe verder gereduceerd hoe wetenschappelijker’, is onzin. ‘Het ergste wat een psycholoog kan doen is het lekenpositivisme overnemen en menen dat als je weet wat er in de hersenen gebeurt, dat je dan dichter bij oorzaken bent aangeland.’
En de rol van hersenscans? Koops waarschuwt: áls je al gebruik maakt van fMRI, besef dan dat er veel mis kan gaan met het interpreteren van de metingen. Dit toonde het beroemde experiment van Craig Bennett die aan een dode zalm plaatjes van geëmotioneerde mensen liet zien en interpreteerbare hersenactiviteit vond.
We zijn meer dan ons brein
Nogmaals, benadrukt Koops, we zijn meer dan onze hersenen. ‘Swaab, die domweg beweert Wij zijn ons brein (de titel van zijn bestseller), mag blij zijn dat dat onzin is: immers, als het waar was had hij zijn boek niet kunnen schrijven (hersenen schrijven niet) en zou niemand het gekocht hebben (hersenen kopen niet). Wie bewustzijn en vrije wil ontkent, wie meent dat denken vooral onbewust verloopt, wie meent dat wij onze hersenen zijn, zo iemand ontkent de mogelijkheid van het tussenmenselijk gesprek.’ Hebben filosofen nog wat bij te dragen aan de discussie? Filosofen die zich met vrije wil bezighouden moeten voorzichtig zijn: over sommige vragen die zij stellen, heeft de empirische wetenschap wel degelijk wat te zeggen. Dit mag een filosoof niet negeren.
Morgen
Hoogleraar Neurologie Jan van Gijn zal morgen ingaan op de vraag of zij ons brein zijn. Willem Koops vraagt hem ‘of hij meent dat een natuurwetenschappelijk uitgangspunt, of beter een Cartesiaans georiënteerde methodologie voor de studie van het menselijk gedrag, zich noodzakelijkerwijs dient te oriënteren op hersenstudies. Of simpeler: denkt u dat er naast de neurologie een zinvolle plaats is voor de psychologie?’
* Dit artikel is een samengevatte versie. In april verschijnt een bundel met alle volledige reacties.
Reacties (14)
Wij ervaren vrije wil, hierdoor kunnen wij aannemen dat het er is.
Als ik het boek van swaab lees(wat ik heb gedaan) dan zou dat boek ook een illusie kunnen zijn maar aangezien ik het ervaar doet dat er niet toe.
Precies. “Hersenen schrijven niet” is onzin. Hersenen schrijven wel degelijk. Het is alleen lang niet altijd nuttig om in deze termen te redeneren. Voor het dagelijks leven (en de psychologie) hebben wij een hele fijne abstractie van wat de hersenen doen, en dat noemen we dan vrije wil. Dat het een abstractie is betekent niet dat het niet bestaat.
Een neuron is ook maar een abstractie van wat er op atomair niveau gebeurt.
Wij zijn wel ons brein. We zijn ook nog een lichaam, natuurlijk, maar dan gaat het om zaken, zoals sportprestaties of maagklachten. Maar zolang het om gedrag gaat, zijn wij toch echt ons brein. De hoeveelheid gedrag die uit de rest van het zenuwstelsel voortkomt is verwaarloosbaar.
Wat fMRI betreft (en aanverwante technieken als PET en NIRS) heeft Koops gewoon gelijk. Die geven een aanwijzing over de oorzaak van gedrag net als andere technieken als reactietijd en (fout)scores. fMRI kan ons wel iets meer vertellen dan een eenvoudige reactietijdstudie, maar niet bijster veel, en kan ook een aantal dingen niet. fMRI kan ons niet vertellen waar in de hersenen bepaald gedrag zit. Hooguit geeft het een indruk van hersengebieden die erbij betrokken zijn, en zelfs dan is het beeld nog onduidelijk. Zo vinden sommige studies zowel links als rechts activiteit bij taalverwerking, maar niet alle, waarmee zelfs de uiterst simpele vraag “zit taal links of rechts?” niet beantwoord kan worden. Ingewikkelder vragen, bv. naar de functie van Broca’s gebied, zijn dan ook in dikke nevelen van Gaussiaanse kernels, ROI en Bonferroni-correctie gehuld.
En wie denkt dat het opmeten van individuele neuronen een veel preciezer beeld zal geven, moet even stilstaan bij het resultaat van een studie onder epilepsiepatiënten (als ik e niet vergis) waarbij er een neuron gevonden werd dat alleen actief leek te worden als er een foto van Jennifer Aniston getoond werd.
Ik vind het een beetje vreemd dat Prof. Koops psychologie reduceert tot het onderzoeken van gedrag, zijn gevoelens en gedachtes die niet direct bijdragen tot mijn gedrag niet interessant voor de psycholoog? Wij zijn mischien niet ons brein, maar wij zijn ook niet ons gedrag.
De psycholoog heeft dan ook niet veel anders voorhanden, dan waar te nemen gedrag, en dan wat cliënt qua gedachten en gevoelens bereid is mede te willen delen.
Andy Clark schreef ooit een mooi essay waarin hij de grond gelijk maakt met het idee dat wij ons brein zijn: http://www.imprint.co.uk/online/Clark.html
Filosofen en psychologen worden brodeloos als Swaab is waar. Ook Viktor Lamme laat in zijn boek zien dat de ‘vrije wil’ een illusie is, oh ironie misschien wel een waar we mee moeten zien te leven Een vergelijkbaar probleem schetst Nassim Taleb in zijn boek Fooled by Randomness, de post hoc interpretatie van oorspronkelijk (emotioneel) handelen welke aangeboren is.
Sorry, maar Lamme laat niets van dien aard zien. Hij leurt met dat idee omdat het hem fijn in de schijnwerpers zet, maar zijn vakbroeders laten weinig heel van zijn ideeën. Al was het maar omdat hij geen definitie van vrije wil of bewustzijn kan geven behalve het neurale substraat dat actief is in zijn proefjes.
En het idee dat niet wij de baas in ons brein zijn, berust op een vals idee van wie of wat *wij* zijn.
Een on-topic link naar een roman (kerstkado?), recent verschenen: http://www.uitgeverijdebrouwerij.nl/het-ongrijpbare-gelijk-van-john-winkle/
Het is ook wel sneu voor al die”geslaagde”mensen om te moeten venemen dat de positie die ze zich hebben weten te verwerven niets anders is dan een genetische aanleg die zich manifesteert.Niets maakbaarheid van je eigen leven,we voeren slechts onze progamering uit.En achteraf relativeren we het,we wapperen er maar een beetje achteraan met onze “vrije wil”.
Ach het heeft wel wat.
Nee, natuurlijk zijn wij niet ons brein. Iemand die diep ademhaalt, veel zurstof opneemt, voelt zich anders als iemand die met ingehouden borst zit en loopt. Is iemand dan zijn longen? Iemand die een been heeft dan een beetje korter is als het andere merkt dat helemaal niet meer: dat verschil is een vanzelfsprekend onderdeel geworden van het totaal. Is hij nou zijn been?
Het antwoord luidt bevestigend: diep ademhalend en met twee gelijk lange benen zou hij zich anders voelen, een ander mens zijn. Kinderen die geleerd hebben om hun emoties te controleren door hun spieren te spannen, zijn anders dan kinderen die al beginnen te gieren van de lach, als je dreigt ze te zullen kietelen.
Ons brein is het eindproduct, en dus niet “meer” in metafysische zin,
maar ook niet alles
“Wie bewustzijn en vrije wil ontkent, wie meent dat denken vooral onbewust verloopt, wie meent dat wij onze hersenen zijn, zo iemand ontkent de mogelijkheid van het tussenmenselijk gesprek.’
Een stroman heet zoiets toch? Of het gesprek tot gedragverandering zal leiden, dat is natuurlijk weer een andere vraag. Daarmee wil ik niet ontkennen dat er best wel goede psychologen zulen bestaan.
Maar het lijkt me een moeilijk vak.
Als we niet ons brein zijn, wie/wat zijn we dan wel?
Zit ik een editje te typen, is de timer ineens op. Dus nog een vervolg op mijn bovenstaande vraag.
Alles wat we doen verloopt via ons brein. Het brein is een onderdeel van het lichaam. Het brein en alle andere lichaamsfuncties staan in dienst van het systeem: zorgen dat we zo goed mogelijk door het leven komen door in voldoende mate te reproduceren.
Het bewustzijn is niet meer dan de toplaag van alle onderbewuste verwerkingsprocessen om informatie uit de omgeving te verwerken en allerlei informatie via de zenuwen naar de rest van het systeem (het lichaam buiten het brein) terug te koppelen en zodanig aan te sturen zodat het systeem functioneert en blijft functioneren.
Dat eigenlijk alle beslissingen in het onderbewuste genomen worden en het bewuste niet veel meer is dan de waarneming van wat er zo her en der door het onderbewuste heen boven komt drijven is toch helemaal niet erg? Het leven is gewoon wat het is, we moeten er ook niet meer van willen maken dan het is, alleen maar om onszelf zo speciaal te voelen.