Als in Europa unieke bosgebieden apart worden gezet voor natuurbescherming scheelt dat slechts 12% in houtopbrengst, maar blijft de Europese Unie desondanks netto houtexporteur. De Verenigde Naties lieten een scenario-studie verrichten naar de Europese bossen. Bossen die nu en in de toekomst gebruikt kunnen worden als bron van bouwmateriaal en bio-energie zijn uiteraard ook belangrijk voor vastlegging van CO2 en het herbergen van biodiversiteit. Europa moet kiezen tussen deze verschillende functies die het bos kan hebben, toch zijn het geen of-of keuzes.
De scenario’s waren als volgt: (1) Maximaliseren CO2 vastlegging (2) Prioriteren biodiversiteit (3) Promoten bio-energie uit hout (4) Innovatie en competitie. Het laatste scenario richt zich op concurrentie aangaan met andere hout producerende landen als Brazilië en Canada. Aan de eerste drie scenario’s werd gerekend, de vierde werd kwalitatief benaderd. In alle scenario’s blijft de EU een netto houtexporteur, zelfs in het scenario (3) waarbij intensief gebruik van biomassa uit het bos voor energieopwekking plaats vindt. Het offer dat de economie zou moeten maken voor de bescherming van unieke bosgebieden blijkt uit deze VN-studie beperkt te zijn. In het scenario (2) zal de houtopbrengst maar 12% lager uitvallen dan op het (in de studie gekozen) referentieniveau. Daar moet bij worden aangetekend dat dit scenario wel voorziet in een hogere import van houtproducten van buiten de EU. De eventuele negatieve impact op de biodiversiteit elders kan echter weer worden vermeden door (strenge) duurzaamheidseisen aan deze import te stellen.