Waarin de auteur, met het zweet in zijn handen, een prachtige avond vol met sublieme verwarring beleeft.
Micha Wertheim, die gisteren na Henny Vrienten de tweede Zomergast van de Vlaamse Jan Leyers was, heeft minstens twee verhalen verteld die tot de leukste behoren die ooit tijdens Zomergasten ten gehore zijn gebracht. Beide verhalen gaven een weergaloos kijkje in de struikelende manier waarop Micha Wertheim zich een weg door het leven baant. Het eerste ging over een hele slechte voorstelling die hij in Edinburgh had bezocht, het tweede over hoe hij per toeval goochelaarleraar werd op een Amerikaans zomerkamp voor rijke kinderen. De twee verhalen ketsten op Jan Leyers af als een vrolijke stuiterbal op een marmeren graf. Er kon geen glimlachje vanaf bij Jan Leyers. Op gortdroge toon stelde hij gewoon de volgende vraag. Alsof geen lettergreep van wat hem net verteld was tot hem was doorgedrongen.
Wellicht kwam het doordat Micha Wertheim effectief kortsluiting had veroorzaakt in het zenuwcentrum van Jan Leyers tijdens het eerste half uur van de uitzending. Of wellicht vond ik het zelf zo onweerstaanbaar grappig, doordat ik me zo ongemakkelijk had gevoeld en deze verhalen als een bevrijding ervoer. Wertheim dacht waarschijnlijk slim te zijn door met een fragment te beginnen over de manier waarop televisie een soort hyperbewustzijn creëert, in de hoop de angel uit zijn eigen hyperbewustzijn te halen. Wij zagen een zeer originele animatie van een waargebeurd verhaal waarin de verteller vertelt over een rage bij hem op de lagere school. Een leerling maakte een camera van een kartonnen doos en een wc-rol. Vervolgens gingen andere leerlingen ook zo’n camera maken. En ineens was iedereen bezig tv’tje te spelen. Toen er op een gegeven moment een leerling in elkaar werd geramd door een andere leerling en iedereen enkel bezig was om met die nepcamera’s het gebeuren te verslaan, besloten de leraren dat het genoeg was geweest en werden de camera’s afgepakt.