‘Stop het tweede bloedbad in Hama’

Dat is de vurige wens van de Syrische Nederlanders die vanmiddag, op de eerste vrijdag van de Ramadan, in Den Haag demonstreerden. Net als in veel andere steden in Syrië en in Europa riepen ook zij om het vertrek van de Syrische president Bashar Al-Assad. Een bijzonder en ontroerend moment was het toen de Syrische mensenrechtenactivist Haitham Al-Maleh, die vandaag in Den Haag was voor overleg met het Internationaal Strafhof, zich bij ons voegde. Vanaf het Plein liepen de demonstranten via het Malieveld naar het ministerie van Buitenlandse Zaken, waar het Steuncomité voor de Syrische Revolutie en het Jasmijnplein de Nederlandse mensenrechtenambassadeur een manifest aanboden en aansluitend een gesprek met hem hadden. Gesprekken die ik had met de aanwezigen maken duidelijk hoezeer de Syrische Nederlanders zich zorgen maken over wat zich op dit moment in Syrië afspeelt. ‘We willen geen tweede Hama’, vertelden ze me, daarbij verwijzend naar 1982, het jaar waarin de Syriërs eveneens in opstand kwamen. Een opstand die door de vader van de huidige president zeer handhandig bedwongen werd: in Hama kwamen meer dan twintigduizend mensen om het leven en grote delen van de stad werden in puin geschoten. Sinds afgelopen zondag wordt Hama opnieuw belegerd. De berichten en de beelden die naar buiten komen, schetsen een dramatisch beeld van de situatie. De tanks van Assad beschieten de burgers in Hama, het leger schiet met scherp op willekeurige burgers, hele wijken worden gebombardeerd. Er is een tekort aan voedsel en water. De stad is hermetisch afgesloten, journalisten mogen Syrië niet in. Kort voor ik vanmiddag afreisde naar Den Haag, las ik op Al Jazeera dat er sinds het begin van deze week al 250 doden zouden zijn gevallen in Hama. Ooggetuigen zeggen dat mensen ‘als schapen worden afgeslacht’. De overledenen worden begraven in de tuin of langs de kant van de weg, omdat men bang is de tocht naar het kerkhof te maken.

Door: Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Lezen: De BVD in de politiek, door Jos van Dijk

Tot het eind van de Koude Oorlog heeft de BVD de CPN in de gaten gehouden. Maar de dienst deed veel meer dan spioneren. Op basis van nieuw archiefmateriaal van de AIVD laat dit boek zien hoe de geheime dienst in de jaren vijftig en zestig het communisme in Nederland probeerde te ondermijnen. De BVD zette tot tweemaal toe personeel en financiële middelen in voor een concurrerende communistische partij. BVD-agenten hielpen actief mee met geld inzamelen voor de verkiezingscampagne. De regering liet deze operaties oogluikend toe. Het parlement wist van niets.

Lezen: Bedrieglijk echt, door Jona Lendering

Bedrieglijk echt gaat over papyrologie en dan vooral over de wedloop tussen wetenschappers en vervalsers. De aanleiding tot het schrijven van het boekje is het Evangelie van de Vrouw van Jezus, dat opdook in het najaar van 2012 en waarvan al na drie weken vaststond dat het een vervalsing was. Ik heb toen aangegeven dat het vreemd was dat de onderzoekster, toen eenmaal duidelijk was dat deze tekst met geen mogelijkheid antiek kon zijn, beweerde dat het lab uitsluitsel kon geven.