In een paar dagen kocht Unilever de Bulgaarse ijsfabrikant Darko, Plukon Royale het Duitse pluimveebedrijf Stolle en Heineken twee niet met name genoemde bierbrouwerijen in Ethiopië. In snel tempo komt steeds meer voedsel in steeds minder handen.
Dat is enigszins zorgwekkend, want over de voedselsituatie in de wereld op termijn bestaan gerede twijfels. Regelmatig hoor je filosofen al de overtuiging uitspreken dat de volgende grote oorlog een voedseloorlog zal blijken. Ik weet niet of het zo ver komt, maar ik moet eerlijk toegeven dat een dergelijk scenario ook mijn voorstellingsvermogen niet te boven gaat.
Tijdens de beurscrisis van de afgelopen weken viel al op dat voedselgiganten wereldwijd in alle chaos behoorlijk overeind bleven en regelmatig zelfs winst boekten. Dat is niet voor niets. Wie het voedsel heeft, heeft de toekomst. En in die omstandigheden is het ontstaan van steeds grotere machtsconcentraties een ontwikkeling om goed in de gaten te houden.
Toch is het niet de enige trend. Aan de andere kant van het spectrum werken de kleinschalige bedrijven onverminderd aan die andere manier om efficiënter om te springen met voedseldistributie: ketenverkorting. Steeds meer tussenhandel wordt uitgeschakeld, steeds meer voedsel gaat van producent via een minimum aan tussenstations naar de consument. Was het vijf jaar geleden voor een groot deel van de Nederlandse bevolking praktisch nog ondoenlijk om buiten een handjevol supermarkten om in een groot deel van zijn behoefte aan voedsel te voorzien, dan wordt dat vandaag de dag steeds makkelijker.