Joël Voordewind van de ChristenUnie heeft het voor elkaar: er moeten wetten komen om joden te beschermen tegen belediging. En Israël, al is het me een raadsel hoe je een land kunt beledigen. En aan de Holocaust mag wat hem betreft niet getwijfeld worden. Dat laatste is hem als christen vergeven, want hij is gewend aan Waarheden waar geen vragen over gesteld mogen worden. Maar toch.
Belediging van joden en Israël mag niet, maar het beledigen van moslims en hun landen is tegenwoordig politiek correcte, dagelijkse kost. Je kunt geen weblog openen zonder “grappige” termen als bijvoorbeeld notslim, haatbaard, berberaap, rifaap, islamofascist of geitenneuker te vinden. En dan vergeet ik er vast nog een paar. Ik zeg niet dat dat niet zou mogen, begrijp me goed. Maar als ik een moskee een haatpaleis mag noemen – en dat mag ik als Wilders dat ook mag – dan mag ik een synagoge ook een haatpaleis noemen. Niet dat ik dat wil, maar het een is het logische gevolg van het ander voor wie nog in gelijkheid voor de wet gelooft.
Ik wil ook helemaal niet aan de Holocaust twijfelen, maar waarom zou dat niet mogen?