Op een vroege zomerochtend loopt de negentienjarige Simone naakt weg van haar vaders boerderij. Ze overtuigt een passerende automobiliste ervan om haar mee te nemen naar een afgelegen vakantiehuis in het zuiden van Frankrijk. Daar ontwikkelt zich een fragiele verstandhouding tussen de twee vrouwen.
Wat een fijne roman is Venus in het gras! Nog nooit kon ik zoveel scènes tijdens het lezen bijna ruiken: de Franse tuin vol kruiden, de schapen in de stal, het versgemaaide gras. – Ionica Smeets, voorzitter Libris Literatuurprijs 2020.
De rare kronkels van de Bewaarplicht
Bijna geen enkele isp heeft de beveiliging van data voor de bewaarplicht op orde. Ook datavernietiging “moet nog geregeld worden”. De minister vindt de problemen “niet onoverkomelijk”. Dat schreef Webwereld deze week naar aanleiding van een audit van de Bewaarplicht in Nederland.
De maatregel, die service providers verplicht om alle verkeersgegevens van internetters en bellers te bewaren, ligt al maanden onder vuur. Verschillende Constitutionele Hoven in Europa oordeelden dat de Bewaarplicht onconstitutioneel is. Ook de nieuwe verantwoordelijke Eurocommissaris, Vivian Reding, heeft zich inmiddels tegen de Bewaarplicht uitgesproken.
Minister Hirsch Ballin blijft echter vrolijk op het ingeslagen pad doorgaan. Daarom vandaag een kleine reconstructie over hoe die Bewaarplicht totstand is gekomen. Oordeel maar zelf over het nut.
Eind 2005 staan het Europees Parlement en de Raad van Ministers voor een ‘historische beslissing’ over de bewaarplicht voor telecommunicatie- en internetaanbieders, zeggen de Europese privacytoezichthouders, verenigd in WP29. ,,Bewaring van verkeersgegevens raakt aan het onschendbare, fundamentele recht op vertrouwelijke communicatie. Er moet een urgente noodzaak bestaan om dat recht in te perken. Aanbieders van openbare communicatiediensten worden verplicht om voor opsporingsdoeleinden miljarden gegevens van het communicatieverkeer te bewaren, wat zonder precedent is”, aldus de privacytoezichthouders in oktober 2005 als reactie op de laatste voorstellen van de Europese Commissie.
Uitvoering bewaarplicht bevestigt bezwaren
Sinds vorig jaar moeten alle aanbieders van telecomdiensten (telefoon, internet) alle verkeersgegevens anderhalf jaar bewaren. Wie met wie heeft gebeld en wie met wie heeft gemaild, simpel gezegd. Die bewaarplicht, opgelegd door de EU, is niet zonder slag of stoot door de Eerste Kamer gekomen. Het scheelde maar weinig of het wetsontwerp was gestrand. De regering kon uiteindelijk nog de steun van de VVD en het CDA krijgen met de belofte dat de termijn zou worden gereduceerd tot het minimum volgens de EU-richtlijn, zes maanden. En er zou worden uitgezocht of de bewaarplicht voor met name de kleinere bedrijven niet te bezwaarlijk en te kostbaar is.
Deze week schreef de minister van Economische Zaken, Maria van der Hoeven, mede namens haar collega Ernst Hirsch Ballin, aan de Eerste Kamer dat het allemaal wel in orde zou komen. Ten eerste heeft de regering zoals beloofd een wetswijziging voorgesteld aan de Tweede Kamer voor de reductie van de bewaartermijn. En er is een nulmeting gedaan naar de invoering van de wet.
Wat blijkt?
1. Er zijn geen onoverkomelijke bezwaren geconstateerd bij de internetaanbieders, zegt de minister. Maar….veel bedrijven voldoen nog niet aan de eisen omdat de specificaties onduidelijk zijn. En de kleine aanbieders zijn nog steeds erg onzeker over de kosten.
Sargasso is een laagdrempelig platform waarop mensen kunnen publiceren, reageren en discussiëren, vanuit de overtuiging dat bloggers en lezers elkaar aanvullen en versterken. Sargasso heeft een progressieve signatuur, maar is niet dogmatisch. We zijn onbeschaamd intellectueel en kosmopolitisch, maar tegelijkertijd hopeloos genuanceerd. Dat betekent dat we de wereld vanuit een bepaald perspectief bezien, maar openstaan voor andere zienswijzen.
In de rijke historie van Sargasso – een van de oudste blogs van Nederland – vind je onder meer de introductie van het liveblog in Nederland, het munten van de term reaguurder, het op de kaart zetten van datajournalistiek, de strijd voor meer transparantie in het openbaar bestuur (getuige de vele Wob-procedures die Sargasso gevoerd heeft) en de jaarlijkse uitreiking van de Gouden Hockeystick voor de klimaatontkenner van het jaar.
Kentekenherkenning: Big brother wil over u waken

“De meerwaarde die ANPR in de toekomst kan bieden is vooral gericht op (proactieve) informatieanalyse, datamining en het versterken van de informatiepositie van de politie. Doelstelling is het ontdekken van trends, patronen en profielen om daar passende interventiescenario?s voor te kunnen opstellen of zelfs ?criminaliteitsvoorspellingen? uit te kunnen destilleren.”
ANPR, Automated Number Plate Recognition, gaat, als het aan de politie ligt, een grote vlucht nemen in Nederland, ontdekte Dimitri Tokmetzis. Via de Wet Openbaarheid Bestuur openbaarde hij de details van de plannen van de politie. Aangezien het blijkbaar niet van belang was dat het lijdend voorwerp van zulke wetgeving, u, nu al op de hoogte is van de plannen verdween de informatie achter slot en grendel.
De basis van het plan is om iedere auto, altijd, in de gaten te houden. Zo kunnen misdaden achteraf worden opgelost, maar kan er ook een soort van pre-crime-afdeling geopend worden. Mensen die “afwijkend” mobiel gedrag vertonen kunnen verdacht worden, terecht of onterecht. De documentatie beschrijft dat alsvolgt: “In theorie is het mogelijk dat personen die niets met een specifiek delict te maken hebben maar die op het verkeerde moment op een verkeerde plaats verblijven in een ?potentiële verdachten? bestand terechtkomen. Van belang is dus om als politie goed uit te leggen wat proactief onderzoek inhoudt en dat voldoende wettelijke waarborgen bestaan om onterecht te worden bestempeld als een verdachte.”
Het document haalt het Verenigd Koninkrijk aan om aan te stippen dat deze methoden een grote bijdrage leveren aan het voorkomen en oplossen van terroristische aanslagen en zware criminaliteit. En daar gaat de documentatie al de mist in. In het VK gaan er nu juist stemmen op om het gebruik van ANPR te beperken, juist omdat het de verwachtingen niet waarmaakt.
Landelijk opsporingsbericht: uw kenteken gezocht
Als het aan de politie ligt, wordt uw kenteken straks overal gescand. Niet alleen kijkt de politie of u iets op uw kerfstok heeft, maar ook of u op basis van uw reisprofiel van plan bent om rottigheid uit te halen: een soort Minority Report op de weg dus. Daarbij worden kentekenscans mogelijk centraal opgeslagen en informatie en camerabeelden uitgewisseld tussen politie en de private sector.
Dit scenario destilleer ik uit een aantal stukken dat ik met een beroep op de Wet openbaarheid van bestuur (Wob) van het KLPD heb ontvangen. Nu al maken verschillende korpsen gebruik van Automated Number Plate Recognition (ANPR), oftewel kentekenherkenning. ANPR wordt op dit moment vooral toegepast voor handhaving, bijvoorbeeld om mensen met openstaande boetes uit het verkeer te plukken. Maar ANPR kan veel meer, zeker als er een landelijk dekkend systeem is.
De registraties geven een rijk beeld van waar auto’s zijn geweest. Die informatie kan toegepast worden in opsporingsonderzoeken en gebruikt worden voor intelligencedoeleinden. Een centrale stuurgroep onderzoekt de mogelijkheid van van zo’n landelijke toepassing en komt binnenkort – onbekend is wanneer – waarschijnlijk met een voorstel.
Waarom is dit belangrijk?
Uit een aantal openbaargemaakte stukken (waaronder een basisdocument van de landelijke werkgroep, Implementatie en Doorontwikkeling ANPR, IDA) blijkt wel waar de voorkeur van de politie naar uit gaat. Ook wordt gewerkt aan een communicatiestrategie. Uiteraard is het niet de bedoeling dat de burger nu al meepraat. Om te voorkomen dat we voor voldongen feiten worden gesteld, nu alvast een bijdrage aan de discussie. Hieronder vindt u enkele tekstfragmenten. Gezamenlijk geven ze een duidelijk beeld van de koers die men dreigt in te slaan. Alle openbare documenten staan onderaan. Een eerder, wat beperkter verhaal, staat hier.
Tot het eind van de Koude Oorlog heeft de BVD de CPN in de gaten gehouden. Maar de dienst deed veel meer dan spioneren. Op basis van nieuw archiefmateriaal van de AIVD laat dit boek zien hoe de geheime dienst in de jaren vijftig en zestig het communisme in Nederland probeerde te ondermijnen. De BVD zette tot tweemaal toe personeel en financiële middelen in voor een concurrerende communistische partij. BVD-agenten hielpen actief mee met geld inzamelen voor de verkiezingscampagne. De regering liet deze operaties oogluikend toe. Het parlement wist van niets.
