Hoe populariseer je geschiedenis? – Do’s en don’ts
COLUMN - Hoe populariseer je geschiedenis? Het is een vraag die me veel bezig houdt, zeker nu ik bezig ben een boek te schrijven over een onderwerp dat (nog) niet heel populair is. Geschiedenis heeft al een beetje een stoffig imago en dat geldt des te meer voor de Oudheid, om maar niet te spreken over het Oude Nabije Oosten. Toch ben ik gefascineerd geraakt door dit onderwerp. De vraag is, hoe breng ik mijn eigen enthousiasme over?
De geschiedenispopularisator als verhalenverteller
Om die vraag te kunnen beantwoorden, moet ik eerst weten waar mijn enthousiasme vandaan komt. Voor zover ik kan beoordelen hangt mijn fascinatie voor geschiedenis sterk samen met een liefde voor verhalen. De geschiedenis is rijk aan verhalen over mensen, menselijke relaties en menselijke samenlevingen. Verhalen die vragen oproepen zoals:
“Wat bezielde Alexander de Grote om de hele wereld over te trekken, zelfs nadat hij het Perzische Rijk verslagen had?”
“Wat bezielde de Babyloniërs om de poorten te openen voor de Perzische koning Cyrus de Grote?”
“Hoe is een Assyrische koning, met relatief primitieve middelen, in staat om in zo’n groot gebied gehoorzaamheid af te dwingen?”
Human interest dus. Om een zo breed mogelijk publiek aan te spreken moet een geschiedenispopularisator niet alleen in staat zijn om dingen uit te leggen. Hij of zij moet het verhaal ook zodanig kunnen vertellen dat het publiek uit zichzelf dit soort vragen gaat stellen. Kortom, een goede geschiedenispopularisator moet een goede verhalenverteller zijn. Hij moet suspense kunnen opbouwen door een behoefte aan kennis te creëren en deze behoefte langzaam maar zeker te vervullen.