Waarom fuseren VVD en D66 niet?

De Tweede Kamer is vandaag met zomerreces gegaan. Misschien dat de persconferentie van gisteravond aanleiding geeft de vakantie meteen weer uit te stellen. Want het zal toch niet zo zijn dat het demissionaire kabinet in de luwte van het reces ongecontroleerd kan door regeren? De plenaire vergadering van gisteren was de laatste voor dit zomerreces en ook de laatste in de huidige plenaire zaal. “Tenminste, dat hopen we dan maar”, sprak de voorzitter bij aanvang. Het Binnenhof wordt eindelijk gerenoveerd (de gebouwen, niet de gangbare democratie…) en dat verdiende wel een woordje van aandacht: Vanavond trekken wij de deur achter ons dicht en dan komt er een einde aan een hele lange periode vol met geschiedenis. We verhuizen dan naar de Bezuidenhoutseweg voor vijfenhalf jaar, zegt men. We zijn hier dus weer in 2027. Traditioneel werd een overvolle agenda afgeraffeld. Het enthousiasme is er bij de volksvertegenwoordigers wel af, want de vergadering haalde de top vijf van langste vergaderingen bij lange na niet. Die van vorig jaar nestelde zich op de derde plaats. Ook de hoeveelheid behandelde moties lag wat lager. Vorig jaar jaste men er 370 moties doorheen, nu vond men het met 316 moties wel genoeg, waarvan een nog kleiner deel in stemming werd gebracht (zie ons verslag van vorig jaar). Bij de stemmingen regende het verder begrotingsstaten en wetsvoorstellen. Onder dat laatste vallen ook wetswijzigingen en één daarna werd met een opmerkelijke uitslag aangenomen. De ‘Wijziging van de Tijdelijke wet maatregelen covid-19’. De wet trad vorig jaar 1 december in werking en verving de tot dan toe geldende noodverordeningen van de diverse veiligheidsregio’s. De wet geldt telkens voor drie maanden en momenteel leven we onder de tweede verlenging (die 1 september afloopt). Er moest alleen nog één dingetje formeel worden vastgelegd: de parlementaire bemoeienis. Tegenwoordig ook wel eens ‘tegenmacht’ genoemd. De wetswijziging “regelt dat zowel de Eerste als de Tweede Kamer het wettelijk recht krijgen om in de toekomst een bij koninklijk besluit vastgestelde verlenging van de Tijdelijke wet maatregelen covid-19 (Twm) ongedaan te maken en daarmee de werkingsduur van de Twm definitief te beëindigen.” U begrijp dat  de voltallige Tweede Kamer zich hier wel in kon vinden. Oeps! Dat heeft u dan verkeerd begrepen. Er waren twee partijen tegen. Gelukkig was er wel een meerderheid voor, dus de wetswijziging is aangenomen. Maar welke partijen waren nu tegen deze invloed van het parlement? Dat waren de aanstaande coalitiepartners VVD en D66! (stemmingsuitslag hier, iets naar beneden scrollen). Toegegeven, het is hoogst ongenuanceerd, maar als die twee elkaar zo goed kunnen vinden in hoe de parlementaire democratie moet worden verbouwd, waarom fuseren VVD en D66 dan niet?

Door: Foto: pietplaat (cc)
Foto: risastla (cc)

De Tweede Kamer kan weer wat meer leeuw worden

COLUMN - De Tweede Kamer kan volgende week door aanneming van een motie-Amhaouch (CDA)/Schouten (CU) de eigen informatiepositie aanzienlijk versterken. De bij de behandeling van de Raming 2017 ingediende motie vraagt namelijk om een systeem waarbij de regering binnen een bepaalde termijn beredeneerd aangeeft of en hoe zij de uitvoering van een motie ter hand heeft genomen en wat de planning is.

Kamervoorzitter Khadija Arib liet namens het Presidium al weten bereid te zijn uitvoering van de motie ter hand te nemen. Het is ook nauwelijks voorstelbaar dat de Kamer zich niet achter deze wens zou scharen en aanstuurt op uitvoering. Een Kamer die zichzelf serieus neemt, moet zeker door haarzelf vastgelegde verzoeken en opvattingen serieus nemen. Dat doet ze door toe te zien op uitvoering van aangenomen moties en zo nodig aan de bel te trekken als de regering in gebreke blijft. Maar dan moet de regering wel tijdig en adequaat rapporteren.

Inmiddels bijna 37 jaar geleden nam de Tweede Kamer de motie-Ginjaar-Maas (VVD)/Van Leijenhorst (CDA) aan, waarin de regering werd gevraagd uit het oogpunt van parlementaire controle jaarlijks te rapporteren over uitvoering van aangenomen moties en gedane toezeggingen. De motie-Amhaouch/Schouten gaat nog een stap verder, maar ligt wel geheel in de lijn met die motie-Ginjaar-Maas/Van Leijenhorst.

Lezen: Bedrieglijk echt, door Jona Lendering

Bedrieglijk echt gaat over papyrologie en dan vooral over de wedloop tussen wetenschappers en vervalsers. De aanleiding tot het schrijven van het boekje is het Evangelie van de Vrouw van Jezus, dat opdook in het najaar van 2012 en waarvan al na drie weken vaststond dat het een vervalsing was. Ik heb toen aangegeven dat het vreemd was dat de onderzoekster, toen eenmaal duidelijk was dat deze tekst met geen mogelijkheid antiek kon zijn, beweerde dat het lab uitsluitsel kon geven.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Verantwoordingsonderzoek in perspectief

ANALYSE - Op woensdag 18 mei was het Verantwoordingsdag. Deze dag, de tegenhanger van Prinsjesdag, bestaat sinds het jaar 2000. Voor dat jaar was al ingezet op het eerder beschikbaar komen van de jaarverslagen van de ministeries, niet in september, maar in mei. Bovendien moest de kwaliteit van de jaarverslagen  worden verbeterd: beleid en geld moesten meer met elkaar in verband worden gebracht. En niet alleen de begroting, maar ook de verantwoording moest voldoende aandacht krijgen van het parlement. De Algemene Rekenkamer toetst cijfers en verantwoordingsinformatie in het jaarlijkse verantwoordingsonderzoek – voer voor het parlementair debat op dat vandaag wordt gehouden.

Op Verantwoordingsdag presenteerde de Algemene Rekenkamer de uitkomsten van haar verantwoordingsonderzoek. Ze geeft dan een oordeel over de financiële informatie, de bedrijfsvoering en de beleidsinformatie van elk ministerie. En een oordeel bij de Rijksrekening. Tijd om eens terug te blikken op zestien jaar Verantwoordingsdag. Welke lessen kunnen we trekken voor de toekomst?

Rechtmatigheid

Laten we beginnen met het oordeel over de financiële informatie. Er is sprake van een hoog niveau van de rechtmatigheid van uitgaven en inkomsten bij de rijksoverheid in Nederland. Jaarlijks wordt  de Rijksrekening goedgekeurd. Een uitzondering vormt 2008. In dat jaar, het eerste jaar van de crisis, plaatst de Algemene Rekenkamer een kanttekening bij haar oordeel over de Rijksrekening. Dat hangt samen met de onrechtmatigheid van de uitgaven voor de verwerving van Fortis/ABN AMRO waar ruim € 23 miljard mee gemoeid was. Bij die uitgaven is de wettelijk voorgeschreven voorhangprocedure bij de Tweede Kamer niet gevolgd. En die moet juist waarborgen dat het budgetrecht van het parlement wordt gerespecteerd. Toch maakt de Algemene Rekenkamer geen ‘bezwaar’ tegen deze onrechtmatigheid. Dat bezwaar is een wettelijk instrument dat kan worden ingezet om de belemmeringen op te heffen die het goedkeuren van de Rijksrekening in de weg staan. Daar is een indemniteitswetprocedure voor nodig. De redenering van de Algemene Rekenkamer is dat dit niet nodig is omdat de Staten-Generaal al ingestemd heeft met de gang van zaken. Materieel gezien zijn daarmee de stappen doorlopen die in een indemniteitswetprocedure worden genomen.