"Je kunt niet tot politiek leider worden benoemd, jezelf daartoe uitroepen is helemaal onverstandig. Wie dat is, wordt door de omstandigheden bepaald. Hij heeft bij interne diepe meningsverschillen beslissende invloed en de macht. Als je de leider bent, hoef je jezelf zo niet te noemen."
Hans Wiegel orakelt over Bos, wiens optreden als minister van Financiën tijdens het hoogtepunt van de economische crisis door KRO's Zembla Reporter werd beschouwd.
Natuurlijk heeft Wiegel gelijk. Hij is zelf de grootste onderbouwing voor zijn stelling. Niet omdat hij zich ooit 'heel bescheiden' opgesteld heeft (hij wist dat hij 'het leiderschap nog moest verdienen'), maar omdat hij met zijn 'natuurlijke partijleiderschap' zelfs decennia na vertrek van het politieke hoofdpodium nog VVD-leiders in de wielen rijdt. De man is als een schimmelinfectie.
In tegenstelling tot Wiegel denk ik niet dat de PvdA een leiderschapsprobleem heeft. Tenminste, niet zoals bij de VVD, die er een traditie van heeft gemaakt de leidersvraag bijna wekelijks en in alle openbaarheid ter discussie te stellen. Het probleem van de PvdA zit een heel stuk dieper: het is een achterbanprobleem, een inhoudsprobleem en een imagoprobleem. Van die partij is Wouter Bos de onbetwiste leider.