Malversaties in het islamitisch onderwijs
GeenCommentaar heeft ruimte voor gastloggers. Vandaag is dat Bart Voorzanger, met een stuk dat eerder op zijn eigen weblog verscheen.
Binnenlands Bestuur van 2 september 2011 besteedt aandacht aan mogelijke fraude bij islamitische scholen. Het betrokken artikel wijst zeer terecht op de dubieuze rol van alles behalve islamitische administratiekantoren, maar een persbericht terzake laat die rol buiten beschouwing. Dat is op z’n minst jammer.
Binnenlands Bestuur meldt dat malversaties in het islamitisch basisonderwijs niet vervolgd worden. Het persbericht daarover spreekt van ‘grootschalige fraudes die de afgelopen jaren bij islamitische basisscholen zijn geconstateerd’, waarna de aangiftes verzandden en OC&W zich beperkte tot het ‘terugvorderen’ van miljoenen bij de betrokken scholen. ’t Is weer eens smullen voor onze anti-islamisten.
Een paar kanttekeningen.
De vraag is natuurlijk allereerst hoe je kunt spreken van fraude zonder dat een rechter heeft vastgesteld dat er gefraudeerd is. Zonder zo’n rechter is er hoogstens sprake van een vermoeden van fraude, en van verdachten die niet veroordeeld en dus tot nader orde onschuldig zijn. De inspectie heeft in een aantal gevallen geconstateerd dat er geld van scholen ging naar posten waarvoor dat geld niet beoogd was. Maar voor fraude is meer nodig dan niet beoogd beleid.