Zakenreis
Mijn vrouw hield me gezelschap tijdens een zakenreis naar Balatonfüred, een kleine badplaats aan het Balatonmeer in Hongarije. Ik zou een van de sprekers zijn op een conferentie van de Europese Unie, waarvan Hongarije op dit moment voorzitter is.
Op het vliegveld in Budapest werden we naar een zwaar bewaakt verzamelpunt gebracht. Daar zouden de diplomaten, eurocraten en andere genodigden van verder vervoer voorzien worden. Het punt was zo zwaar bewaakt dat de taxi waarin we zaten, samen met een Belgische en Duitse medewerker van de Europese commissie, op ruime afstand van het gebouw werd tegengehouden. Na een minuut of tien van warrig overleg mochten we doorrijden.
In de bus naar de Balatonfüred zat ook een Amerikaanse consultant die de tijdelijke gevangenschap van de reizigers aangreep om zijn diensten aan te prijzen. Hij liep door de bus en werkte de inzittenden een voor een af. Bij elk gesprek kwam het moment waarop hij een wereldkaart tevoorschijn haalde waarop alle onderzeese internetverbindingen waren aangegeven. Daar was iets mee aan de hand. Na een indrukwekkende reeks gesprekken belandde hij in het achterste gedeelte van de bus. Wij zaten achterin, samen met twee Nederlandse ambtenaren. Eerst werkte hij de twee ambtenaren af. Hij vroeg niet naar de bezigheden van de ambtenaren en wachtte evenmin op hun vragen om zijn eigen expertise te demonstreren. Toen hij klaar was, keek hij naar mijn vrouw en mij, de enige reizigers die nog verstoken waren van de laatste inzichten over onderzeese internetkabels. Hij keek naar ons en aarzelde. Als enige inzittenden droegen we vrijetijdskleding. Na een korte hoofdknik in onze richting, liep hij door.