Post-atheïst | Symboolpolitiek

Buren weten doorgaans veel van elkaar. Bijvoorbeeld hoe ze elkaar het bloed onder de nagels vandaan kunnen halen. Dat bewees de Turkse vicepremier Bülent Arınç vorige week weer eens, door openlijk te verklaren dat de Hagia Sofia wat hem betreft snel weer gebruikt moest kunnen worden als moskee. Hij moet hebben geweten dat hij daarmee een groot aantal Grieken op de kast zou jagen – en zulks geschiedde. Het gebouw ligt namelijk niet alleen de bewoners van Istanbul na aan het hart, maar ook de leden van de Grieks-orthodoxe kerk. Het historisch bewustzijn zit diep in die contreien en wie wil begrijpen hoe gevoelig deze kwestie ligt, zal moeten teruggaan naar het Byzantijnse Rijk: een Griekssprekend, christelijk keizerrijk met als hoofdstad Constantinopel, het huidige Istanbul. In 537 voltooide keizer Justinianus de kerk van de goddelijke wijsheid, de Hagia Sofia, als een soort bekroning van een schier eindeloze reeks successen: vrede met de Perzen, een rechtscodificatie, de annexatie van het graanrijke Tunesië en Sicilië, de verovering van Rome en de sluiting van de laatste heidense cultusplaatsen in Athene en Egypte. De Hagia Sofia was een triomfmonument.

Door: Foto: Post-Atheïst

Lezen: Het wereldrijk van het Tweestromenland, door Daan Nijssen

In Het wereldrijk van het Tweestromenland beschrijft Daan Nijssen, die op Sargasso de reeks ‘Verloren Oudheid‘ verzorgde, de geschiedenis van Mesopotamië. Rond 670 v.Chr. hadden de Assyriërs een groot deel van wat we nu het Midden-Oosten noemen verenigd in een wereldrijk, met Mesopotamië als kernland. In 612 v.Chr. brachten de Babyloniërs en de Meden deze grootmacht ten val en kwam onder illustere koningen als Nebukadnessar en Nabonidus het Babylonische Rijk tot bloei.

Lezen: De wereld vóór God, door Kees Alders

De wereld vóór God – Filosofie van de oudheid, geschreven door Kees Alders, op Sargasso beter bekend als Klokwerk, biedt een levendig en compleet overzicht van de filosofie van de oudheid, de filosofen van vóór het christendom. Geschikt voor de reeds gevorderde filosoof, maar ook zeker voor de ‘absolute beginner’.

In deze levendige en buitengewoon toegankelijke introductie in de filosofie ligt de nadruk op Griekse en Romeinse denkers. Bekende filosofen als Plato en Cicero passeren de revue, maar ook meer onbekende namen als Aristippos en Carneades komen uitgebreid aan bod.