Snapt Frits van Oostrom het eigenlijk wel?
OPINIE - Dat internet, weet je, dat is eigenlijk best belangrijk. Althans, dat zegt Frits van Oostrom, en dat is niet de eerste de beste. Sinds 1982 is hij hoogleraar Nederlandse letterkunde, eerst in Leiden en daarna in Utrecht. Van 2005 tot 2008 was hij president van de KNAW. Dan ben je iemand. Dus als hij, zoals we in Mare lezen, bij een lezing heeft gezegd dat dat internet belangrijk is en dat de universiteiten daar meer mee moeten gaan doen, dan zal het wel zo zijn.
Behalve natuurlijk dat we dit al wel wisten in 2000, vijf jaar na “the thousand days that built the future”.
Behalve natuurlijk dat de universiteiten de afgelopen jaren verzoeken uit de samenleving in deze richting vrij systematisch hebben genegeerd (zie ook onder: betaalsites). Behalve natuurlijk dat de universiteiten niets deden om te verhinderen dat bad information drives out good.
Behalve natuurlijk dat Van Oostrom te optimistisch is over de bij de universiteiten aanwezige expertise. In de jaren tachtig werden de letterenopleidingen van zes tot vier jaar bekort, waarna de in het vooruitzicht gestelde “tweede fase” werd geherdefinieerd als het aio-stelsel. Dat betekende dat de promotietrajecten eveneens werden bekort tot minder dan het noodzakelijke. De sinds de jaren tachtig opgeleide letterdames en -heren (zoals ikzelf) zijn te kort en te specialistisch opgeleid voor het generalistenwerk dat online plaatsvindt.