De Grieks-Romeinse natuurwetenschappen

Het optreden van Karneades toont dat er in Rome weerstand kon zijn tegen de Griekse filosofie. Tegelijk adopteerden de Romeinen uit de Griekse filosofie wat hun van pas kwam. Als het bijvoorbeeld ging om de natuurwetenschappen stonden de Romeinen open voor Griekse ideeën. In de tweede eeuw v.Chr. ontstond een breed gedragen consensus over de wijze waarop de natuur in elkaar stak. Empedokles De eerste Griekse filosofen hadden verklaringen gezocht voor tal van natuurverschijnselen. In de hellenistische tijd meenden de meeste wetenschappers dat ze er wel zo ongeveer uit waren. Zoals zoveel filosofen in de voorgaande eeuwen aanvaardden ze de atoomtheorie en de vier elementen van Empedokles: aarde, lucht, water en vuur. Aarde had volgens de denkers in de Oudheid de neiging zich richting het middelpunt van het universum te bewegen, om daar de wereld te vormen. Het water was minder zwaar, en dreef daarom op de aarde. Zo werden de zeeën gevormd. Lucht en vuur waren lichter en stegen dus op. Zo ontstond de dampkring.

Door: Foto: bron: Livius.org

Doneer!

Sargasso is een laagdrempelig platform waarop mensen kunnen publiceren, reageren en discussiëren, vanuit de overtuiging dat bloggers en lezers elkaar aanvullen en versterken. Sargasso heeft een progressieve signatuur, maar is niet dogmatisch. We zijn onbeschaamd intellectueel en kosmopolitisch, maar tegelijkertijd hopeloos genuanceerd. Dat betekent dat we de wereld vanuit een bepaald perspectief bezien, maar openstaan voor andere zienswijzen.

In de rijke historie van Sargasso – een van de oudste blogs van Nederland – vind je onder meer de introductie van het liveblog in Nederland, het munten van de term reaguurder, het op de kaart zetten van datajournalistiek, de strijd voor meer transparantie in het openbaar bestuur (getuige de vele Wob-procedures die Sargasso gevoerd heeft) en de jaarlijkse uitreiking van de Gouden Hockeystick voor de klimaatontkenner van het jaar.

Lezen: Bedrieglijk echt, door Jona Lendering

Bedrieglijk echt gaat over papyrologie en dan vooral over de wedloop tussen wetenschappers en vervalsers. De aanleiding tot het schrijven van het boekje is het Evangelie van de Vrouw van Jezus, dat opdook in het najaar van 2012 en waarvan al na drie weken vaststond dat het een vervalsing was. Ik heb toen aangegeven dat het vreemd was dat de onderzoekster, toen eenmaal duidelijk was dat deze tekst met geen mogelijkheid antiek kon zijn, beweerde dat het lab uitsluitsel kon geven.