Quack?! Het informatieoveraanbod

Foto: © Sargasso logo Quack?!
Serie:

ANALYSE, BRIEF - Beste Marcel,

In onze eerste twee stukken (een, twee) in deze reeks hebben we al een hoop aspecten de revue laten passeren. Ik vermoed dat we nog iets vergeten zijn: het informatieoveraanbod, meer in het bijzonder brownwashing en junknieuws. Dat zijn methoden om mensen met correcte informatie verkeerd te informeren.

Mijn eerste kennismaking met het informatieoveraanbod was in Apeldoorn, de stad waar ik ben opgegroeid. Daar is rond 1970 een tunnel onder de spoorweg aangelegd waar destijds nogal wat om te doen was. Een burgercomité wilde meer weten over de besluitvorming en kreeg toen niet de relevante stukken maar alle stukken, verdronk in informatie en kon geen vuist meer maken.

Brownwashing

Een variant hierop staat bekend als brownwashing. Deze term is ontleend aan de kunsthandel. Bij een veiling is het belangrijk te weten waar een voorwerp vandaan komt. Zo kun je uitsluiten dat het is gestolen en weet je zeker dat het echt is. De verkoper van een bedenkelijk voorwerp kan ervoor kiezen het voorwerp eerst te exposeren in een gerenommeerd museum. Of hij kan een wetenschapper uitnodigen er een artikel over te schrijven. De klant die daarna de veilingprospectus doorbladert, ziet allerlei op zich correcte en vertrouwenwekkende informatie, die verbergt dat het voorwerp in feite dubieus is.

De witwasser verft in feite de feilen weg onder een dikke laag informatie. Omdat bruine verf de reputatie heeft gebreken het beste te verbergen, spreekt men van brownwashing.

Junknieuws

Een andere manier om met correcte informatie te misinformeren, is junknieuws. Een voorbeeld dat jou als Utrechtenaar zal interesseren is de limes, de reeks Romeinse forten langs de Rijn. Er is een organisatie die deze linie tot werelderfgoed wil maken en dus de Romeinse aanwezigheid in de Lage Landen meer dan voorheen wil benadrukken. Dit is nogal een ingreep in ons geschiedbeeld, want vanouds benadrukken Nederlanders juist het Germaanse karakter van onze eerste eeuwen. We spreken immers een Germaanse taal. Benoorden Lemmer wonen mensen die zich nog steeds identificeren met een Germaanse stam.

Zo’n perspectiefwisseling is interessant en toont mensen iets van wat geschiedenis is: een discussie zonder eind. In de voorlichting over de limes krijg je echter steeds hetzelfde, vlakke verhaal te horen. Zoek maar op Google en je vindt een informatieoveraanbod dat aan elkaar hangt van oppervlakkigheid. Dit is junknieuws: een berg simpele informatie die verbergt dat er ook een echt verhaal is. Het gevolg is voorspelbaar: mensen die belangstelling krijgen, vinden nooit iets méér, concluderen dat er niets te beleven valt en lopen weg.

Ik heb inmiddels tientallen mailtjes beantwoord van mensen die afhaakten en vervolgens een of andere pseudowetenschappelijke theorie omhelsden. Bijvoorbeeld dat de Romeinen nooit in Nederland zijn geweest. Zonder dat de erfgoedsector mensen inhoudelijk onjuist informeert, duwt ze mensen van de wetenschap weg.

Wat te doen?

De oplossing is in dit geval simpel: zorg dat het informatieaanbod gevarieerder is. Anders gezegd: let erop dat je in je voorlichting niet alleen de gemiddelde maar ook de geïnteresseerde burger informeert. De huidige praktijk, dat een erfgoeddienst een op zich zinvol product met junknieuws onder de aandacht denkt te kunnen brengen, is in feite een niet efficiënte inzet van gemeenschapsmiddelen. Het is helaas hoe ons ambtelijk apparaat werkt.

Ik hoef niet uit te leggen dat uit een zo werkend ambtelijk apparaat bestuurders voortkomen die opvallende schoenen aantrekken, ervoor zorgen dat de media het dáár over hebben en het dus ook niet hebben over de echte onderwerpen. Zoals zwalkend overheidsbeleid inzake corona.

Tot slot: er is hier een duivels dilemma. De kritische journalist die de dynamiek wil doorbreken, zal moeten benoemen dat bepaalde informatie dient voor brownwashing of functioneert als junknieuws – en reproduceert het dus.

[Nepwetenschap, partijdige geschiedschrijving en kwakzalverij? In de serie “Quack?!” geven diverse auteurs hun visie op deze trends.]

Reacties (13)

#1 Sikbock

Tsja, infowars. Iedereen probeert zijn boodschap te pushen. Het enige dat rest voor de burger is zelf nadenken en gezond verstand.

Aan dat laatste zou wel eens wat meer aandacht worden besteed ipv te discussiëren wat “correcte informatie” is en welke informatie in de ban moet worden gedaan

  • Volgende discussie
#1.1 Sikbock - Reactie op #1

Overigens ben ik het eens met de auteur dat het informatie aanbod van de msm zelden wat interessants bevat. Etc.

  • Volgende reactie op #1
#1.2 Krekel - Reactie op #1

Aan dat laatste zou wel eens wat meer aandacht worden besteed ipv te discussiëren wat “correcte informatie” is en welke informatie in de ban moet worden gedaan

Ik ben het hiermee eens, met als toevoeging dat het voor het overgrote deel een babyboomerprobleem is. Als die straks dood zijn, zal het probleem van ‘nepnieuws’ een stuk kleiner zijn geworden. Tot die tijd is het zaak weerstand te bieden aan zowel de censuurneigingen van centrumgekkies, als aan de uitwassen van de informatiestortvloed. Een zeer goed compromis zou zijn een internetdiploma voor boomers in te stellen.

  • Vorige reactie op #1
#1.3 Jos van Dijk - Reactie op #1.2

Dat laatste, ‘zelf nadenken en gezond verstand’, is bepaald geen ‘babyboomerprobleem’. Hoe kom je daarbij? Ik denk dat we de tekorten op dit gebied in alle generaties vinden, misschien wel wat meer bij jongeren die gevoeliger zijn voor internetbubbels dan bij ouderen, in elk geval bij degenen die een opleiding hebben genoten waar leren denken in de doelstellingen stond.

  • Volgende reactie op #1.2
#1.4 Sikbock - Reactie op #1.3

Boomers vind ik over het algemeen gezagsgetrouwer en veel gevoeliger voor autoriteiten. Die zitten (gemakshalve gezegd) vast in hun msm bubble

#1.5 Hans Custers - Reactie op #1.2

The third-person effect hypothesis predicts that people tend to perceive that mass media messages have a greater effect on others than on themselves, based on personal biases. The third-person effect manifests itself through an individual’s overestimation of the effect of a mass communicated message on the generalized other, or an underestimation of the effect of a mass communicated message on themselves.

(Bron: Wikipedia)

  • Vorige reactie op #1.2
#1.6 Krekel - Reactie op #1.5

ok boomers

#2 Jos van Dijk

De overvloed aan historische informatie op internet doet me denken aan de overvloed op het gebied van info over gezond leven. Het is voor de leek niet eenvoudig de betrouwbaarheid van de informatie te beoordelen en de belangen te onderscheiden die al die voorlichting over ziektes en therapieën sturen. Daarbij komt de verleiding om af te gaan op informatie die je het meeste bevalt. Bevesting van je eigen gelijk tegenover ongewenste info van bijvoorbeeld een arts. Ook op dit gebied kun je gemakkelijk in ongezonde bubbels terecht komen

  • Volgende discussie
  • Vorige discussie
#2.1 Sikbock - Reactie op #2

Ik denk dat vertrouwen in de boodschapper en perceptie van de werkelijkheid sleutelwoorden zijn.

Veel informatie wordt verder niet belangeloos verstrekt maar is gestoeld op materiële (deel) belangen, gezagsgetrouwheid of of eigen ideologische/ morele overtuigingen.

Op zich niet erg, maar wel goed om te herkennen. Het blijft allemaal maar mensenwerk tenslotte.

#2.2 Co Stuifbergen - Reactie op #2.1

Informatie kan natuurlijk belangeloos verstrekt worden, juist op basis van eigen morele overtuigingen.

#2.3 Sikbock - Reactie op #2.2

Tsja, info verstrekken aan het publiek is denk ik nooit belangenloos. Info verstrekken over hongersnood in Afrika is wellicht bedoeld om de nood van anderen te lenigen, maar heeft niet zelden ook een grote component van eigenbelang. (de eigen boterham of het sussen van het eigen geweten bijvoorbeeld)

#2.4 sikbock - Reactie op #2.3

veel (morele) informatieverstrekkers willen ook gewoon invloed hebben/ uitoefenen ( zieltjes winnen)

#3 Bert van Leeuwen

Ik ben het eens met de auteur eens over brownwashing en junknieuws. En dat komt niet door internet: denk aan de pamfletten uit de 17e eeuw. En het ligt ook niet aan de ‘boomers’ (gemakzuchtig), noch aan de ‘jeugd’; reden te meer om op onze woorden te letten: ‘msm’ (door een van de reageerders) leidt bij mij tot de gedachte dat de wappies hier ook al doorgedrongen zijn. Maar evenzo, moeten de auteurs op hun woorden letten: er was nog niet zo lang geleden (enkele decennia) een groot verschil tussen een Utrechter en een Utrechtenaar: een Utrechter kwam uit Utrecht, een Utrechtenaar was een eufemisme voor een homoseksueel. Het achtergrondverhaal hiervan ben ik vergeten, maar het resultaat niet. Dus, auteurs, pas op uw woorden, ook u!

  • Volgende discussie
  • Vorige discussie