Zoekresultaten voor

'goed volk'

Foto: © Sargasso logo Goed volk

Goed volk | Het zomersolstitium en Sint-Jan

De volkeren uit de oertijd hadden uiteraard geen enkel weet van astrologie, meteorologie en fysische geografie in de wetenschappelijke zin des woords, maar ze kwamen er al gauw achter dat er regelmaat zat in de natuurverschijnselen. Zo viel het op dat het na wat wij 21 december noemen langer licht bleef en dat het na 21 juni met het zonlicht weer bergafwaarts ging.

Dat gebeurde elk jaar weer, al hield men een slag om de arm: om zeker te zijn dat de dagen echt weer gingen lengen, werden er offers aan de goden gebracht (lees: aan de gepersonifieerde krachten die deze schommelingen teweeg brachten), zoals vuuroffers.

21 december en 21 juni staan nu bekend als de winter- respectievelijk zomerzonnewende of -solstitium. Door astrologische en kalendertechnische mutaties schommelen de data tussen de 21e en de 24e van de maand.


De heidense offers, rituelen en midzomerfeesten bleven tot ver na de geboorte van Christus bestaan, vooral op plaatsen waar men erg afhankelijk was van ‘de terugkeer van de zon’. De oorsprong van deze feesten gaat uiteraard verloren in de diepten der geschiedenis, waardoor we weinig meer weten dan het betere maar onbevredigende giswerk, waardoor de nodige verzinsels zijn ontstaan.

Foto: © Sargasso logo Goed volk

Goed volk | Een christelijk Boeddhaverhaal

COLUMN - Prins Siddhartha Gautama, de historische figuur waar het boeddhisme op gebaseerd is, leefde een kleine vijfhonderd jaar vóór Jezus van Nazareth in het huidige Nepal. Na zijn dood werden al snel biografieën opgetekend die onderling de nodige verschillen vertoonden maar altijd drie elementen bevatten:

  • een profetie van astrologen die voorspelden dat Siddhartha óf een groot koning óf een grote heilige zou worden (waarna zijn vader hem opsloot in het paleis),
  • de tijdelijke ontsnapping uit het isolement op zijn negenentwintigste jaar, waarbij de prins tijdens een rijtoer een oude man, een zieke man en een dode man zag en zo werd geconfronteerd met het leed der aarde dat zijn vader al die tijd voor hem verborgen had gehouden,
  • de poging van hofdames om hem te verleiden en hem zo van het spirituele pad af te houden.
  • Deze elementen komen ook voor in een van de populairste legenden uit de Middeleeuwen, het verhaal van Barlaam en Josaphat. Het duurde echter tot 1859 de opkomst van de indologie, tot Europese geleerden in de gaten kregen dat de christelijke legende gebaseerd moest zijn op de biografie van Boeddha. De ontdekker was de Franse geleerde Edouard Laboulaye (1859).

    Foto: © Sargasso logo Goed volk

    Goed Volk | Eten, iconen en bomen

    COLUMN - De oosterse kerken zijn, veel meer dan de kerk van Rome, echte volkskerken en daarom is ‘oosterse volksdevotie’ in zekere zin een pleonasme. Grote theologen en dogmatici kennen de oosterse kerken amper en de vooral op de kerkvaders georiënteerde leer is in principe spiritueel van aard. Een bekende introductie tot de oosters-orthodoxe leer, een boek van Vladimir Lossky uit 1944, heet in het Engels dan ook The Mystical Theology of the Eastern Church.

    Ik zal u niet vermoeien met wat verstaan moet worden onder oosters christendom. Het landschap van de diverse oosterse gezindten is nog gecompliceerder dan gereformeerd Nederland en bovendien maakt het voor deze column weinig uit. Ik behandel drie aspecten van het volksgeloof: eten, iconen en bomen.

    Gekerstende heidense elementen

    Westerse christenen zijn niet onbekend met van oorsprong heidense elementen in hun geloofspraktijk, maar de oosterse kerken gaan hierin verder. Door de afwezigheid van een sterk centraal kerkelijk gezag – en dat in vaak uitgestrekte gebieden zonder veel infrastructuur – hebben veel heidense gebruiken zich gehandhaafd naast de christelijke. Ze zijn vaak door de kerk geaccepteerd door er een christelijke invulling aan te geven.

    Eén van de bekendste is het gebruik van speciaal brood van gekookt graan (koliva; het graan staat symbool voor het leven) en wijn tijdens de panichiden, de gebedsdiensten voor de overledenen, vergelijkbaar met het rooms-katholieke requiem. Er zijn in totaal zeven panichidische diensten tussen het overlijden van de gelovige tot drie jaar daarna.

    Foto: © Sargasso logo Goed volk

    Goed volk | Heiligen en volkscultuur

    COLUMN - Heiligenverering, vooral van plaatselijke heiligen, is een van de meest uitgesproken vormen van volkscultuur. We hoeven ons daarbij niet te beperken tot de christelijke heiligen. Er zijn pedanten in het boeddhisme, Ariya’s en Bodhisattva’s, en zelfs de islam kent zijn, meestal clandestiene heiligen, vooral in India en de Maghreb. Om het onderwerp overzichtelijk te houden beperk ik me tot de christelijke heiligen uit Europa. Maar wanneer ben je nu officieel heilig ? Zijn er ook officieuze heiligen ? Hoe is het ‘instituut’ eigenlijk ontstaan ? Is er ook sprake van syncretisme bij heiligenverering?

    Een heilige is volgens Van Dale iemand ‘die Christus toebehoort’. Nader:

    Iemand die door zijn of haar vroomheid en goede werken heeft uitgemunt en waarvan de Kerk, na zaligspreking, verklaart heeft dat hij of zij openlijk vereerd mag worden.

    Die nadere definitie is een typisch actuele Rooms-Katholieke. Het is niet altijd zo geweest.

    De eerste heiligen

    Er was voor het eerste sprake van heiligen toen van christenen werd geëist dat zij hun geloof in Jezus van Nazareth af zouden zweren en zij dit vertikten. Om hun eis kracht bij te zetten verzonnen met name de Romeinen martelingen waarbij die van IS in het niet vielen, maar meestal waren die niet effectief of werkten ze gewoon niet: aanstaande heiligen brandden meestal slecht. Zo iemand stierf dan als martelaar en de eerste heiligen waren dan ook martelaren, te beginnen met Stephanus die niet lang na het optreden van Jezus werd gestenigd.

    Foto: © Sargasso logo Goed volk

    Goed volk | Volksweerkunde en ijsheiligen

    COLUMN - De meteorologen van het KMNI baseren hun weersvoorspelling op satellietfoto’s, modellen, instrumentmetingen, expertise en een jarenlange wetenschappelijke opleiding. Vroeger beschikte men uiteraard niet over deze kennis en methoden. Toen in de 19e eeuw de wetenschappelijke weerkunde tot ontwikkeling kwam had het volk daar bovendien niet direct toegang toe vanwege de beperktheid van de media toen. Maar omdat weersvoorspelling vooral voor boeren, vissers, zeevarenden en dergelijke beroepsgroepen essentieel was (en is), ontwikkelde deze beroepsbevolking een eigen manier om het weer te voorspellen.

    Grijs gebied

    Hun weersvoorspelling was hoofdzakelijk nu eens niet gebaseerd op bijgeloof, maar op jarenlange, zo niet eeuwenlange ervaring, zonder dat men precies wist wat voor natuurwetten daarachter zaten: bepaalde atmosferische verschijnselen, maar ook het gedrag van dieren, werden simpelweg gekoppeld aan het weer dat daarop zou volgen. Vaste dagen en perioden in het jaar maakten deel uit van deze ervaringsoordelen en die werden verbonden aan een overheersende factor vanaf de Middeleeuwen: heiligendagen, de dag waarop het feest van een bepaalde heilige werd gevierd. En om een en ander goed te kunnen memoriseren en de voorspellingen aan volgende generaties door te kunnen geven, bedacht men allerlei weerspreuken.

    https://commons.wikimedia.org/wiki/File:Josef_Gabriel_Frey_Ansichten_atmosp%C3%A4hrischer_Ph%C3%A4nomene_1878.jpg

    Atmosferische verschijnselen

    Foto: © Sargasso logo Goed volk

    Goed volk | Balspel in de kerk

    COLUMN - In mijn vorige stukje heb ik het gehad over de narrenfeesten en over de ezelsmissen die daar onderdeel van waren. Beide hebben uiteindelijk een serieuze, liturgische oorsprong, waarschijnlijk als mysteriespel, hoewel volgens middeleeuwse bronnen ook invloeden vanuit oudere heidense feesten aanwijsbaar zijn, zoals de Romeinse Saturnalia.

    Dat geldt ook voor een liturgisch balspel dat in de Middeleeuwen met name in Noord-Frankrijk werd uitgevoerd. Om het te begrijpen, moeten we ons eerst enigszins verdiepen in de labyrinten op de vloeren van grote kerken in het noorden van Europa.

    Labyrinten

    Veel kathedralen, vooral in Frankrijk en Italië, zijn of waren bekend om hun labyrinten. Een labyrint moet niet verward worden met een doolhof. Dit laatste is een gangenstelsel waarbij men moet zoeken naar de uitgang en wie een huiveringwekkend voorbeeld wil zien bekijke de film “The Shining” van Stanley Kubrick (1980). Bij een labyrint is er één ingang die volgens een stelsel van concentrische gangen, hetzij rond hetzij vierkant, vanzelf leidt naar het middelpunt, zonder zijwegen die wel of niet dood lopen.

    Labyrinth in de basiliek van Onze-Lieve-Vrouwe van Hanswijk in Mechelen. (c) Tamara van Halm

    Labyrinth in de basiliek van Onze-Lieve-Vrouwe van Hanswijk in Mechelen.

    Over de betekenis van deze ‘gothische’ labyrinten is veel gespeculeerd, wat niet eenvoudig is omdat het labyrint in feite een oeroud, archetypische verschijnsel is dat op veel plaatsen in de wereld voorkomt. Voor de kerklabyrinten houdt men het er wel op dat deze de gelovigen, die niet in de gelegenheid waren een pelgrimsreis naar met name Jeruzalem te maken, een alternatief boden door al mediterend en vaak in geknielde houding het spoor van het labyrint te volgen tot men bij het centrum, Jeruzalem, uitkwam. Er is ook een theorie die stelt dat de weg door het labyrint de weg van Christus verbeeldt die hij aflegde van zijn kruisiging en dood naar de hel en terug hetgeen uiteindelijk leidde naar zijn opstanding.

    Foto: © Sargasso logo Goed volk

    Goed volk | Narrenfeesten en ezelsmissen

    COLUMN - In 1968 ontving de schrijver Gerard Kornelis van het Reve de prestigieuze P.C. Hooftprijs en ter gelegenheid daarvan vond op 23 oktober 1969 in de kerk van het Allerheiligst Hart van Jezus in Amsterdam, beter bekend als de Vondelkerk, een wel heel speciale ‘misviering’ plaats. De neo-gotische Vondelkerk is een schepping van de bekende architect Pierre Cuypers en heeft met zijn fraaie vieringtoren iets weg van een Engelse kathedraal. Van het Reve was zelf in 1966 toegetreden tot de Rooms-Katholieke kerk en affectie met deze kerk kon hem bepaald niet ontzegd worden.

    De plechtige intrada-stoet werd voorafgegaan door jongleur Hans Hudson die onder het lopen moeiteloos enkele ballen in de lucht hield. Tijdens de plechtigheid waren er optredens van goochelaar Ted Alton en – je verzint het niet – de Zangeres zonder Naam die het lied ‘Kleine Jantje‘ ten gehore bracht. Bij wijze van ‘Ite, missa est’ werd door de muziekvereniging ‘Tot aangenaam verpozen en nuttige uitspanning’ de hymne ‘Nader tot u’ gespeeld, een verwijzing naar het gelijknamige boek van Van het Reve waarin hij een geslachtsgemeenschap beschrijft met God, gereïncarneerd in de vorm van een ezel, waarna hij hand in hand met zijn vriend ‘Teigetje’ de kerk verliet.

    Foto: © Sargasso logo Goed volk

    Goed volk | Porno in de kerk: Sheela na Gig

    COLUMN - In de actuele discussie over ware en veronderstelde vrouwonvriendelijkheid konden ook een paar wereldberoemde museumstukken, waaronder het beroemde, oeroude, overgeproportioneerde vruchtbaarheidsbeeldje Venus van Willendorf, niet ieders toets der kritiek doorstaan. Wat tot mijn verbazing – voor zover ik weet – geheel buiten schot is gebleven is een motief in de beeldende kunst dat luistert naar de exotische naam ‘Sheela na Gig’.

    Dit zijn gebeeldhouwde figuurtjes die gedurende de Middeleeuwen geplaatst werden in muren van kerken, kastelen, stadsmuren en dergelijke, voornamelijk in Ierland (101), Engeland (45), Frankrijk, Spanje en zelfs in Nederland: de Dikke Sheela van Zutphen. De Sheela na Gig is geen middeleeuwse christelijke heilige, maar een voorstelling van een vrouwenfiguur die uitgesproken pornografisch is: wijdbeens met een grote, openstaande vulva, waarbij de schaamlippen ook nog eens worden opengehouden door de handen van de figuur zelf, en met expliciet gesculptuurde (maar niet overdreven grote) borsten, en soms houdt zij haar rechterhand op een zekere plaats waarbij ik het aan de fantasie van de toeschouwer overlaat te bepalen wat zijn daar aan het doen is.

    La Sheela Na Gig de Kilpeck, Herefordshire ((c) Wikimedia Commons | User Pryderi)

    Het betreft in de regel lelijke, oude vrouwen: ‘hags’ (toverkollen). De figuren in Ierland en Engeland zijn in de regel vrouwelijk; op het vasteland komen ook mannelijke varianten voor met een explicite erectie. Om het onderwerp overzichtelijk te houden beperk ik mij tot de insulaire Sheela na Gigs.

    Foto: © Sargasso logo Goed volk

    Goed volk | Duivelsbruggen

    COLUMN - Onverklaarbare zaken worden in het volksgeloof vaak als bovennatuurlijk gezien en derhalve toegeschreven aan de twee uitersten op dit gebied: god dan wel de duivel, en alles wat daartussen ligt aan onaardse wezens. Vreemd genoeg kon dit zowel positief als negatief uitpakken: we kennen uitdrukkingen als ‘duivels goed’ maar ook ‘godsgruwelijk’. Van de Italiaanse violist en componist Niccolò Paganini werd gezegd dat zijn vioolspel zó virtuoos was dat hij een pakt met de duivel moest hebben gesloten om zo ‘duivels goed’ te kunnen spelen. Dit soort duivelse aspecten, zowel in positieve als negatieve zin, komen we bijvoorbeeld tegen in het begrip ‘duivelsbrug’.

    Hoewel het begrip ‘duivelsbrug’ minder bekend is als bijvoorbeeld ‘witte wieven’ komt het in de folk-lore dermate veel voor dat er een aparte categorie voor is in het classificatie-systeem voor volksverhalen van Aarne-Thompson/Uther. We hebben het dan in de regel over stenen, gewelfde bruggen, gebouwd in Europa tussen pakweg 1000 en 1600 n.Chr., waarbij vaak sprake is van een voor die tijd uitzonderlijke bouwkundige prestatie. Maar daarop zijn diverse varianten en aanvullingen.

    Zoals gezegd kan je met duivelsbruggen twee kanten op: enerzijds waren het bruggen gebouwd ondanks tegenwerking van de duivel, anderzijds konden ze worden gebouwd doordat de bouwmeester of degene die de brug fysiek had gebouwd een pakt met de duivel had gesloten. Daarnaast is er een aparte categorie: bruggen waarbij de bouw niet wilde vlotten totdat er een levend wezen in één van de pijlers werd ingemetseld, zoals bij de bekende brug van Arta (Griekenland) waarbij de vrouw van de bouwmeester de pineut was.

    Foto: © Sargasso logo Goed volk

    Goed volk | Kruisen in het rituele landschap

    ACHTERGROND - Dit is het tweede en laatste deel van het artikel “Kruisen in het rituele landschap”. Vorige week heette het nog “Kruisen in de openbare ruimte“, maar zelfs binnen één week kan een auteur last krijgen van ‘voortschrijdend inzicht’.

    Het eerste deel had een inleidend karakter en ik onderscheidde onder meer de termen regulier geloof, volksgeloof, bijgeloof en magie – die alle vier een rol kunnen spelen bij dit soort kruisen – en ik liet zien dat magie zelfs kan doordringen in het volksgeloof. Ook merkte ik op dat deze begrippen niet scherp zijn afgebakend. In dit tweede deel, dat ook los van de inleiding kan worden gelezen, krijgt het één en ander handen en voeten door concrete voorbeelden. Maar omdat ook het onderscheid tussen de verschillende kruisen de nodige schaduwgebieden kent, eerst iets in het kort over de indeling hiervan.

    Indeling naar motief

    Er zijn twee recente wetenschappers die de kruisen in het veld naar motief ingedeeld hebben: Nackaerts (1950) en Egelie (1983). De eerste, een Vlaamse pater, verdeelde de kruisen in vier families: geloofskruisen, memoriekruisen, kerkhofkruisen en rechts- en zoenkruisen.

    Godfried Egelie bouwde hierop voort en kwam tot het volgende overzicht: 1. rechtskruisen, 2. memoriekruisen en 3. vroomheidskruisen. De laatste categorie deelde hij op in 3a. devotiekruisen (opgericht zonder directe aanleiding maar gewoon een uiting van het geloof) en 3b. dankbaarheidskruisen, een soort ex voto’s die opgericht zijn als dankbaarheid voor bijvoorbeeld het genezen van een ziekte, en 3c. overige kruisen, waaronder alle kruisen vallen die niet onder de overige categorieën vallen, zoals de hagelkruisen.

    Foto: © Sargasso logo Goed volk

    Goed volk | Kruisen in de openbare ruimte

    COLUMN - Afgelopen vrijdag werd wederom herdacht dat Jezus van Nazareth rond het jaar 30 in Jeruzalem werd gekruisigd. Zoals u weet is het kruis sindsdien een belangrijk christelijke symbool. Dát het zo is gekomen, is eigenlijk toevallig: hadden de Romeinen misdadigers, politieke tegenstanders en dergelijke niet gekruisigd maar opgehangen, dan was de galg wellicht een christelijk symbool geworden. Hoe het kruis hét symbool van de christenheid is geworden, is een verhaal dat ik momenteel laat rusten. In plaats daarvan wil ik twee stukken wijden aan de plaatsing van kruisen in de openbare ruimte.

    Het kruisteken bestaat al sinds onheuglijke tijden en in diverse varianten. In feite is het een min of meer archetypische voorstelling, een sjabloon dat al klaar lag om te worden gelegd over het christelijke kruis. Het is dus zo vreemd niet dat er kruisen verrezen in de openbare ruimte. Ze zijn in te delen in ruwweg vier groepen:

  • kruisen in de formele traditie van de kerk, zoals grafkruisen;
  • seculier-christelijke kruisen, zoals moordkruisen;
  • kruisen in de volksreligie, zoals wegkruisen;
  • kruisen in het bijgeloof, zoals afweerkruisen.
  • Er zijn twijfelgevallen. Van hagelkruisen kun je je bijvoorbeeld afvragen of ze tot de volksreligie behoren of tot het bijgeloof. Volgende keer behandel ik het moordkruis en het afweerkruis, vandaag wil ik eerst wat terminologische helderheid scheppen en iets vertellen over het kruis als archetype.

    Foto: © Sargasso logo Goed volk

    Goed volk | Een brief aan de Kelten

    Het is weinig bekend dat de apostel Paulus naast brieven aan de Romeinen, Korinthiërs, Filippenzen en dergelijke ook een brief aan de Kelten heeft geschreven. Nee, het gaat hier niet om een mistig apocrief episteltje, maar om een brief die in de canon van het Nieuwe Testament is opgenomen. Goed, dit is natuurlijk een flauwiteit, het gaat gewoon om de brief aan de Galaten, maar de Galaten waren wel degelijk Kelten. Ik wil in dit stukje antwoord geven op de vragen wat we onder ‘Kelten’ moeten verstaan, hoe ze vanuit midden-Europa in Klein-Azië terecht kwamen en wat de apostel Paulus met ze te maken heeft.

    De geschiedenis van de Kelten valt niet per definitie binnen de studie van de volkscultuur. Wel hangt er rondom de naam ‘Kelten’ een aparte sfeer, iets dat je met het ‘mystieke Ierland’ associeert, anders dan bij de Germanen, die gewoon in ons kikkerlandje hebben rondgelopen. De werkelijkheid is wat nuchterder.

    Ontstaan

    De Kelten waren een verzameling van stammen die niet zozeer de genen als wel, net als de Turkse stammen uit Centraal-Azië, een taal en gebruiken deelden. Ze vormden dan ook geen politieke eenheid en sloegen bij tijd en wijle onderling elkaar behoorlijk de hersens in. De Kelten vormen de schakel tussen de prehistorie – de laatste periode van de IJzertijd – en de historische perioden. Ze zijn ontstaan uit de proto-Keltische Urnenveldencultuur.

    Vorige Volgende