Dit is een eerste gastbijdrage van Jaap Walhout. Hij schrijft onder meer over onderwijs en informatievaardigheden.
Er is al veel gezegd over de nieuwe plannen voor het onderwijs die minister Van Bijsterveldt vorige week bekend maakte. Ze slaat de plank volledig mis en legt de focus te veel op de output en te weinig op het proces en de input. Wat wil de minister nu eigenlijk? De door haar zo fel verdedigde maatschappelijke stage afschaffen? Het beeld van wispelturigheid dringt zich op. Hierbij moest ik denken aan een interview van een aantal jaren gelden met de nieuwe rector van de Universiteit Maastricht, Prof. Dr. G.P.M.F. Mols, in het alumni-blad.
In dit interview vergeleek hij het ministerie van onderwijs met tuinarchitecten. Tuinarchitecten ontwerpen tuinen. Zodra de tuin af is moet wordt deze verzorgd door de tuinmannen om er voor te zorgen dat de tuin tot volle wasdom komt. Een tuin die tot in de lengte der jaren met liefde wordt verzorgd door een vakbekwame tuinman is niet in het belang van de tuinarchitect. Hij wil nog mooiere tuinen ontwerpen. Echter, tuinen die de tijd krijgen om tot volle wasdom te komen kunnen niet opnieuw ontworpen worden.
Wat leert deze vergelijking ons? De belangrijkste les is wat mij betreft dat je soms geduld moet hebben om het gewenste effect te bereiken. Er zijn de afgelopen jaren al verschillende maatregelen genomen om het reken- en taalniveau van de leerlingen naar een hoger niveau te tillen. Het duurt even voordat dergelijke maatregelen effect hebben. Zeker waar het maatregelen betreft die de kwaliteit van de lerarenopleidingen meten verbeteren.
Dit lijkt op een tuinarchitect die een tuin heeft ontworpen en na het aanleggen vindt dat de tuin niet mooi genoeg is en als oplossing voorstelt om de tuin (gedeeltelijk) opnieuw te ontwerpen en aan te leggen. Een goede tuinman zal de tuinarchitect wijzen op het feit dat de meest planten eerst moeten groeien voordat ze hun schoonheid laten zien en het aanpassen van het ontwerp niet altijd de meest verstandige keuze is.
Rest mij de volgende vraag: Zijn er in Den Haag te veel tuinarchitecten en te weinig tuinmannen?
Reacties (5)
Mooi. De vraag stellen is hem beantwoorden!
Uiteraard.
Immers, een architect krijgt beter betaald en heeft meer aanzien. Op de koop toe krijgt ie geen vieze handen van de tekentafel.
In een omgeving van witte boorden en machtswellust zal een architect dan ook beter gedijen dan een tuinman. En, om de illusie van ‘democratie’ te wekken, hebben we voor elke tuinman in ons bestel tegenwoordig 4 of 5 architecten in de aanslag staan, die elk om beurten hun kunstjes willen vertonen en daartoe ook telkens weer de kiezer = afnemer!) pogen te verleiden…
“Onderwijs is een kwestie van betere software schrijven”.
@1: Impliciet zit het antwoord wel in m’n verhaal. Maar expliciet: ja, ik denk dat er te veel tuinarchitecten zijn. (Of in ieder geval te veel tuinarchitecten die te weinig met de tuinmannen overleggen)
@2: Het feit dat verschillende architecten met verschillende oplossingen komen, maakt het probleem alleen maar erger….
Meer
tuinmannen
in de politiek!