Het zal ongeveer 1984 zijn geweest, dat ik voor het eerst van nabij meemaakte wat een kinderverkrachter potentieel kan aanrichten. Als een donderslag was daar het gerucht, dat rondsprong als een heidebrand. ‘Louise is bij een kinderlokker in de auto gestapt. Hij heeft haar pijn gedaan.’ Het woord ‘kinderlokker’ was voor ons als kinderen voldoende om een rilling over de rug te laten lopen.
Kinderlokkers! In de kindergeest namen ze de gestalte aan van de spreekwoordelijke boeman.
Van je ouders leerde je: “Niet met vreemde mannen meegaan, ook niet – al helemaal niet – als ze je snoepjes aanbieden’. Wat die vreemde mannen precies met je uit zouden spoken, dat was een beetje geheim, maar dat het verschrikkelijk was en pijn zou doen en vernederend zou zijn, dat snapten we donders goed.
Dat het seksueel van aard was, iets met plassertjes en vagina’s, daar hadden we ook wel een vaag vermoeden van, ook al wisten we maar zeer beperkt hoe dat zat met de voortplanting. Louise had nog geluk gehad. Toen de man handtastelijk werd, wist ze hem met een paar rake klappen en trappen van zich af te slaan, zodat ze uit de auto kon ontkomen.
Desondanks zat de schrik er bij haar, en bij ons, goed in. Het enge was dat die auto vlak voor de deur van de school stond. Ergens wel spannend ook. Als amateurdetectives uit een jongensboek gingen we op onderzoek uit om te zien of we dezelfde auto weer voor de school konden bespeuren. Toen dat eens het geval leek, renden we met zijn allen naar de directeur om onze ontdekking te vertellen. Die ging onverdroten op inspectie uit. “Het zal toch niet…” Loos alarm. Maar we kregen wel een pluim dat we de boel zo nauwlettend in de gaten hielden.
Mijn jongste broer was een echte avonturier. Als kind al trok hij er hele middagen in zijn eentje op uit om de wereld te ontdekken. Die wereld omspande wel niet meer dan een vierkante kilometer, maar toch. De wereld is groot, als je een kind bent. Op een dag kwam hij thuis en vertelde fier dat hij een grote vriend had gemaakt. Hij had in het park een of rare kwibus ontmoet die op zoek was naar gebruikte condooms. Nu wist mijn broer niet wat condooms waren, maar mijn ouders waren in alle staten. Ze drukten hem op het hart die man nooit meer alleen te zien, niet zomaar met vreemden mee te gaan, en hen altijd te vertellen wie hem had aangesproken.
De gekke jaren tachtig
Dat waren mijn jaren tachtig, waar het kinderlokkers en pedofilie aangaat. Maar volgens televisiepriester Antoine Bodar zat dat allemaal toch even anders. In zijn beleving waren we in de jaren tachtig allemaal de weg kwijt, en waren ouders enopvoeders het er in die tijd wel over eens dat wederzijds masturberen tussen een volwassen man en een kind van twaalf best moest kunnen. Logisch dus, dat priesters in die tijd een beetje de weg kwijt zijn geraakt.
Dat ligt natuurlijk niet aan het celibaat en aan de lichaams- en vrouwvijandigheid die priesterstudenten op subtiele en minder subtiele manieren op seminaries wordt bijgebracht. Het ligt er niet aan dat priesterstudenten wordt geleerd hun seksualiteit diep weg te stoppen, of aan de broeierige sfeer van mannengemeenschappen waarin de geslachtelijke volwassenwording in de knop wordt afgebot en ‘intieme vriendschappen’ ontstaan.
Welnee, het ligt aan die gekke jaren zestig en zeventig, wier geest nog doorwaaide tot aan de affaire Dutroux. De jaren zestig, toen Huub Oosterhuis met enkele geestverwanten pleitte voor afschaffing van het celibaat, een vrouw huwde en twee kinderen verwekte. Ik zou bijna zeggen: keurig zoals Genesis 1:28 voorschrijft.
Het bewijs hiervoor vindt Bodar in het relatief welwillende gehoor dat Edward Brongersma kreeg. Brongersma, homoseksueel met een voorliefde voor jongens in de leeftijd van 16, 17 jaar, pleitte in de jaren ’60, 70 en ’80 voor de emancipatie van pedofielen, naar voorbeeld van de homorechtenbeweging.
“In 1978 had je Brongersma; in 1982 de oprichting van de vereniging Martijn; in 1991 kreeg je de nieuwe zedenwet: geslachtsgemeenschap met kinderen onder de 16 jaar zou alleen tot vervolging leiden bij aangifte. Pas in 2002 werd die klachtvereiste geschrapt. Het toont aan dat er twintig, dertig jaar geleden een andere seksuele moraal was.”
- (Volkskrant)
Die emancipatie is nooit van de grond gekomen. Pedofielen bleven toch altijd een beetje schimmige en zielige figuren, ondanks een werkgroep in de marges van GroenLinks en een enkele verdwaalde hoogleraar homostudies die een lans brak voor pedofilie.
Pedofiel = kinderlokker
Een rationele discussie over pedoseksualiteit heeft in Nederland nooit bedding kunnen vinden. Ds. Hans Visser van de Pauluskerk, die het opneemt voor pedofielen, is toch echt de uitzondering, niet de regel. Mannen die aan jonge kinderen zaten, bleven gezien worden als vieze kinderlokkers, zoals het bekende grapje over het verkeersbord al wel duidelijk maakt. Toen er in Brongersma’s nalatenschap beeldmateriaal werd aangetroffen dat door justitie als ‘kinderporno’ werd aangemerkt, bladderde zijn reputatie snel af.
Toch wil Bodar ons doen geloven dat seks met kinderen in de jaren zeventig en tachtig min of meer normaal werd gevonden, en dat priesters daarom dusdanig in de war raakten, dat ze zich aan kinderen vergrepen:
“Maar de maatschappij draagt ook een collectieve schuld. Want in die tijd, de tijd van Brongersma, zijn wij veranderd. Het is goed om ons historische geheugen op te frissen. De mate van schuld in de maatschappij verdwijnt in het niets bij de collectieve schuld van de kerk, want de maatschappij is niet katholiek, maar als historicus vraag ik om eens na te gaan hoe twintig jaar geleden over seksualiteit werd nagedacht.”
- (Volkskrant)
Mooi is dat, jezelf als ‘historicus’ etaleren, om een stukje geschiedvervalsing aan de man te brengen. Zou deze ijdele kwebbelaar nu werkelijk geloven dat de homo-orgieën en duizenden plaatjes aan kinderporno die in 2004 werden ontdekt in een priesterseminarie in Sankt Pölten, Oostenrijk, ook het gevolg waren van de invloed van senator Brongersma en de wilde jaren zeventig? Of zou er toch gewoon een kant zitten aan de celibataire visie op seksualiteit die diep verwrongen is?
Bonusmateriaal: Antoine Bodar probeert zelfde punt te slijten in DWDD
Reacties (12)
En toch staat mij een documentaire voor de geest met een soortgelijk onderwerp waarin een vader heel oprecht naar voren bracht dat het heel normaal was dat dochterlief van ergens onder de 12 uit gekkigheid even aan de penis van papa sabbelde onder de douche. Ik ben geboren in ’80 dus ik heb geen besef van die tijdsgeest. Wellicht weet iemand welke docu ik bedoel en/of uit de doeken doen, indien het zo was, binnen welke zuil(en) een dergelijke houding niet als extreem schokkend werd ervaren.
Dan zit je in extreem-linkse kring in de jaren ’70. Zie dit artikel in Der Spiegel over ideeën over kinderseksualiteit in linkse kringen in die jaren.
Maar Bodar wil ons doen geloven dat de kinderverkrachting in de katholieke Kerk zijn oorsprong vindt in die linkse tijdsgeest, hoewel ontucht door priesters en paters al van veel eerder dateert en tot op de dag van vandaag doorgaat, en priesters over het algemeen niet radicaal-Links zijn.
Maar hé, als je de schuld op een ander kunt afschuiven, ook al is het maar een beetje, waarom zou je dat dan nalaten?
Wellicht was de discussie over pedofilie vroeger vrijer. Zelf ben ik van ’84, dus durf ik dat niet met zekerheid te stellen. Toch kan ik mij niet aan de indruk onttrekken dat het nooit de priesters zijn geweest die een actieve rol hebben ingenomen door het verdedigen van een vrijere seksuele moraal. In tegendeel, de priesters zijn altijd bepleiters van een strenge moraal geweest. Om nu dan ineens te doen alsof diezelfde priesters negatief beïnvloedt waren door de maatschappelijke discussie is een heel creatieve vorm van zoeken naar manieren om de Katholieke Kerk als instituut vrij te pleiten.
Toch geloof ik ook niet dat het probleem schuilt in het celibaat of seksuele onderdrukking. Er zijn tal van mannen in deze maatschappij die het om welke reden dan ook jarenlang zonder seks doen en nooit een kind zullen aanraken, ook al wordt daar de gelegenheid toe geboden. Veel eerder denk ik dat het ligt aan het gebrek aan openheid. Als bij een eerste misstap (vaak begint zoiets natuurlijk niet bij aanranding of verkrachting) openlijk uitgesproken zou kunnen worden wat er aan de hand is en daar op de juiste manier mee omgegaan zou worden, geloof ik dat uitoefenen van het celibaat op een gezonde manier mogelijk is.
@1 Ga er maar van uit dat het voor jouw tijd echt bizarheid troef was. Zul je wel nooit geloven. Wij hebben toen schone lei gemaakt met z’n allen. Dat was eigenlijk vlák voordat jij ter wereld kwam. Ik zou verder geen vragen stellen als ik jou was.
Wat een kul, ik ben van ’65 en enge pedokinderlokkers waren ook in mijn jeugd enge pedokinderlokkers.
Misschien dat er in obscuur linkse kring gepraat werd over ‘leuk, kindersex’ in kan me werkelijk niet herinneren dat dit publiekelijk serieus werd bepleit, op school in ieder geval niet.
En dan kom ik nog wel uit een liberale familie waar in je blote reedt lopen doodnormaal werd gevonden.
Maar pedofilie echt niet.
Dus als ik het goed begrijp is het ook al de schuld van (extreem-)links dat een klein maar relatief groot deel van de geestelijke elite van de CU/SGP/CDA kiezers duizenden kinderen heeft misbruikt, volgens Antoine Bodar dan.
Antoine zou eens na moeten denken over ‘Ijdelheid’als één van de hoofdzonden en waarom hij almaar met zijn bakkes in de belangstelling wil staan. Hij kan zichzelf nog zo erudiet vinden, dit praat je nooit meer recht.
Het was in de periode ’70-’75. Pal naast de flat waar wij woonden, lag een donker pad met hoge bomen aan beide zijden, van ong. 200 mtr lang, tussen twee wijken. Een eng pad, zeg maar. Alle kinderen in de buurt verkondigden dat, wanneer men dat pad afliep er aan het einde een kinderlokker was, die ‘enge dingen’ zou gaan doen met ons. Komende vanuit beide wijken, notabene! [Het kan een vertekende herinnering zijn, maar volgens mij is daar ooit een kind misbruikt.]
Tegenwoordig woon ik letterlijk op steenworp afstand van die plek, echter niet in de flat waar ik als kind enkele jaren heb mogen wonen. Het enge pad met hoge bomen is inmiddels verdwenen, mijn herinnering blijft (enigszins) tastbaar.
Toen ik een paar jaar ouder was (’80+), kwam ik -uiteraard- weleens bij een boekenwinkel. Aldaar lagen stripboeken. De klodders sperma en bloed dropen er vanaf, bij wijze van spreken. (Overigens ook nogal wat verwijzingen naar de nazi’s. Bad guys, indeed). Manga/ Anime is er niets bij, vergeleken. Deze strips werden gewoon verkocht en lagen zowel op de toonbank alsook tussen de verdere bladen/ boeken. Zichtbaar voor kinderen. (en een lol dat wij hadden!)
Zeker was er een andere moraal, in die periode. Echter, toen & nu was er een “algemene afspraak”: Van kinderen blijf je af, met je gore graftakken! Tot op de dag van vandaag, kijk ik naar ‘de wijze waarop’ eenieder met een kind omgaat. Enigzins argwanend, want is hij/ zij mogelijk een pedofiel? Kinderen dien je, ten alle tijde, te beschermen.
Het relaas van o.a. Bodar, getuigt -weer eens- dat menig religieus leider, niet over enig realiteitsbesef beschikt. Walgelijk en immens triest. Ik hoop, oprecht, dat Vrouwe Justitia recht zal gaan spreken in deze meer dan complex te noemen situatie en dat ieder slachtoffer rust zal vinden.
@3 De kerk zou met de biecht toch juist de perfecte manier moeten hebben om er na de eerste misstap open over te kunnen praten. Makkelijker dan in de rest van de maatschappij.
Natuurlijk komt het Bodar goed uit om te vergeten dat misbruik in de katholieke kerk ook vóór de jaren zestig plaatsvond. Los van de vraag of deze schandalen inherent zijn aan het katholieke geloof (het komt natuurlijk ook voor in andere instellingen waar kinderen worden opgevoed en/of verzorgd) zou het leuk zijn als dit soort figuren de schuld eens een keer niet afschuiven op de omstandigheden. God kijkt toch ook niet naar verzachtende omstandigheden om te bepalen waar je na je dood terecht komt?
Ik weet niet of het heel moeilijk is om wat cijfers boven water te halen. Is het kindermisbruik niet gedaald de afgelopen tientallen jaren ? Dat zou goed samengaan met een groeiend respect voor het kind, iets wat vroeger lang niet gemeengoed was.
@10 Ik hoop eigenlijk dat God daar wel naar kijkt.