Het naakte kind (4) ? Jonge delinquentjes

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol
,

GeenCommentaar heeft altijd ruimte voor gastloggers. Dit stuk is van Dimitri Tokmetzis, een journalist die op zijn weblog over privacy, controle en toezicht in Nederland en daarbuiten schrijft. Dit is het tweede deel in een serie van acht. Lees ook deel 1, deel 2 en deel 3.

Naakte pop (Foto: Flickr/a visual invasion)

Yasmine is inmiddels oud genoeg om alleen buiten te spelen. Ze woont nog steeds in Spangen. Op een dag wordt voor haar neus een autoruit ingetikt. Toevallig is er politie in de buurt. De agent noteert wat er gebeurd is en schrijft ook de naam van Yasmine op, evenals haar adres. Als hij terugkeert op het bureau, maakt hij een proces-verbaal op. Hij opent het programma ProKid en voert Yasmine in. ProKid is een databank van de politie, die in Arnhem is ontwikkeld. Als het aan minister van Binnenlandse Zaken Guusje ter Horst ligt, wordt het straks in heel Nederland gebruikt. De politie noteert dat er een autokraak is gepleegd, haar naam, waar ze woont en of Yasmine dader, slachtoffer of getuige is. ProKid vergelijkt die informatie met andere databanken en kijkt of Yasmine en haar ouders, broertjes en zusjes vaker in de politiesystemen opduiken.

Luister hier de podcast, of download deze op iTunes.


Download

Universitair docent Ron Scholte begeleidde namens het Behavioural Science Institute van de Radboud Universiteit in Nijmegen de ingebruikneming van ProKid. Opmerkelijk was daarom zijn opiniestuk in Trouw, waarin hij de minister opriep nog even af te zien van een landelijke uitrol. Ja, veel van de jongeren die in ProKid terechtkomen zitten in ellendige situaties. Maar dat betekent niet dat al deze kinderen ook ontsporen, zei hij. Veel jongeren staan onterecht in het systeem en krijgen daarom wellicht te maken met de jeugdhulpverlening die ze niet nodig hebben. “Een onjuist label ‘risicojongere’ is niet gevaarloos,” schrijft hij. “Een door de zorg veroorzaakte stoornis is niet ondenkbaar. Als een kind ten onrechte in het jeugdzorgcircuit terecht komt zou dat juist kunnen leiden tot probleemgedrag.” Als ik Scholte enkele maanden later spreek, is hij aanmerkelijk positiever over het systeem. Misschien is het opiniestuk niet iedereen goed bevallen. Wel blijft het volgens hem erg lastig alle gesignaleerde kinderen daadwerkelijk hulp te bieden. “We hebben in Gelderland Midden 100.000 kinderen, waarvan er drieduizend in ProKid staan. Die kunnen we niet allemaal naar de hulpverlening sturen, die is daar helemaal niet op berekend.” Toch lijkt het hem goed om de kinderen in een zo vroeg mogelijk stadium te helpen, misschien al als ze in de gele categorie zitten, zegt hij.

Als Yasmine ouder wordt, zal ze vaker in het vizier van de politie komen. In sommige steden brengt de politie hanggroepen in kaart: in Dordrecht werden de jongeren preventief op de foto gezet. Ook wordt preventief ingegrepen op die andere plek waar kinderen zo graag komen: het internet. Zo speuren digitale rechercheurs van het korps Hollands Midden naar signalen die kunnen wijzen op puberale plannen om klasgenoten en docenten overhoop te schieten. In mei 2009 werd bijvoorbeeld een 14 ?jarige jongen uit Rijnwoude opgepakt. Op een forum had hij gesnoefd een wapen te kopen om zichzelf en andere te gaan neerschieten.

Kader: Risicoprofielen ProKid
Met de informatie in ProKid wordt een risicoprofiel opgesteld. Hoe donkerder de kleur, hoe meer risico Yasmine loopt zelf te ontsporen. Als ze behoort tot de witte categorie is er niet zoveel aan de hand. Is ze geel, dan komt ze vaker voor in het systeem en is de kans dat ze binnen een jaar weer dader, slachtoffer of getuige is ongeveer dertig procent. De oranje groep bevat kinderen die verdacht worden van delicten. De kans op recidive is dan 42 procent. Kinderen met rood achter hun naam zijn echte probleemgevallen. Zij worden verdacht van ernstige misdrijven, zoals geweldpleging, een zedendelict of dierenmishandeling. Zeven van de tien kinderen in deze groep komt binnen een jaar weer in aanraking met de politie.

Reacties (2)

#1 Teun

Wel blijft het volgens hem [Universitair docent Ron Scholte] erg lastig alle gesignaleerde kinderen daadwerkelijk hulp te bieden.

[…]

De oranje groep bevat kinderen die verdacht worden van delicten. De kans op recidive is dan 42 procent. Kinderen met rood achter hun naam zijn echte probleemgevallen. […] Zeven van de tien kinderen in deze groep komt binnen een jaar weer in aanraking met de politie.

Wat is het doel van registreren als je ze niet kunt helpen en ze toch recidiveren? Of omgekeerd: hoe wordt de opsporing en/of hulpverlening van jongeren met “problemen” geholpen door de registeren? Dat blijkt vooralsnog nergens uit – ook niet uit dit artikel. Savanna was ook al in beeld bij jeugdzorg, weet u nog?

  • Volgende discussie
#2 Bob

Wat ik nogal vreemd vind is het feit dat wanneer je getuige bent van een misdrijf, het risico schijnbaar groter is om zelf te ontsporen.

Een kind dat overduidelijk mishandeld wordt, moet bij de ouders weggehaald worden. Wat is daar zo moeilijk aan? Je moet wel willen, natuurlijk. Als deze daadkracht ontbreekt, dan helpen allerlei registratiebestanden ook niet.

  • Vorige discussie