COLUMN - Het einde van de overwinningsspeech van Donald Trump kwam langs op tv. Daar stond hij. Met z’n kapsel. Hij kijkt door de spleetjes van zijn samengeknepen ogen. Zijn lippen in een glimlach die jaren heeft liggen rijpen in de zon van zijn zelfgenoegzaamheid. “And I love this country”, zegt hij met die trage dictie van ‘m terwijl hij het internationale picobello-teken maakt met beide handen.
Trump draait zich om naar zijn vicepresident Mike Pence en steekt zijn rechterhand uit. Mike Pence neemt de hand aan. In plaats van de hand te schudden, geeft Trump een korte ruk aan de hand van Mike Pence. Mike Pence schiet naar voren. Trump duwt ‘m weer weg. Pence schiet naar achteren. Trump houdt de hand vast. Laat ‘m dan los. Bedankt Mike Pence, draait zich weer om en pakt de hand nogmaals vast. En weer geeft hij een korte maar krachtige ruk aan de hand van Mike Pence. Hij trekt ‘m net even iets verder naar zich toe. Net weer wat krachtiger. En weer schiet Mike Pence een stuk naar voren. Mike Pence mompelt ‘thank you mister president’. Je ziet dat de ‘thank you’ uitschiet op het moment dat er aan zijn arm wordt getrokken. Het doet me denken aan Michael Douglas die in Wall Street altijd net even iets te harde klappen geeft op de wangen van Charlie Sheen. Altijd laten merken wie de baas is.
Daarna gaat Trump de rest van het rijtje af. De muziek zet in. You can’t always get what you want van de Rolling Stones. Zouden de Stones dat goed hebben gevonden? Bruce Springsteen heeft ooit succesvol geprotesteerd tegen het gebruik van Born in the USA voor de campagne van Reagan. Een korte zoektocht leert dat The Stones het niet goed vonden dat Trump hun nummer gebruikte. Maar Trump heeft de protesten genegeerd. Want Trump is Trump. Schijt aan alles. Seriously. Schijt. Aan. Alles.
Voor wie zou ‘You can’t always get what you want’ eigenlijk bedoeld zijn? Als hij zou hebben verloren, was het een prima nummer om zijn achterban wat mee tot bedaren te brengen. Wat niet echt des Trumps is natuurlijk. Als hij had verloren, had hij ongetwijfeld een andere soundtrack gekozen. I wanna fuck you like an animal van Nine Inch Nails of zo. Maar Trump had niet verloren. Hij had gewonnen. Gekregen wat hij wilde hebben. Of wilde hij het stiekem helemaal niet hebben? Dat zou ook kunnen. Maar daarvoor lijkt hij toch te veel van het moment te genieten.
Misschien is het lied niet bedoeld voor zichzelf, maar voor de verliezers. Om nog even wat extra zout in de wonden te strooien. Voor het democratische electoraat in het algemeen en voor Crooked Hilary persoonlijk.
“She was practiced at the art of deception. Well I could tell by her blood-stained hands”, zingt Jagger. Het had zo in een verkiezings-rant van Trump over Clinton gekund. Chelsea wordt trouwens ook nog genoemd in het nummer. De wijk, niet de dochter, maar toch…
In de jaren ’90 werd You can’t always get what you want gebruikt in een Postbus 51-spotje tegen seksuele intimidatie. Gezien de reputatie van Trump en gezien recentelijk onderzoek dat een kwart van de Europese mannen van mening is dat seks tegen de wil van een vrouw moet kunnen, mag dit spotje nog steeds actueel heten.
Misschien vond ie het gewoon een lekker nummertje. En lag Sympathy for the devil er net iets te dik bovenop.
Reacties (4)
Sad
Trump is een meester in het geven van ‘badass handshakes’.
http://ijr.com/2016/03/556652-the-art-of-the-handshake-with-donald-j-trump/
Trump op tv kun je niet “geen bal op tv” noemen:
Ik zie een uilenbal (bal uitwerpselen).
;-)
Jagger heeft natuurlijk ook wel makkelijk zingen met zijn 29e jarige ballerinavriendin en inmiddels 8 kinderen (met 5 verschillende moeders).