ACHTERGROND - Wellicht heeft u het ook in de krant gelezen: dertigduizend slaven per jaar werden er in het Elmina-Fort in Ghana onder auspiciën van de West-Indische Compagnie verhandeld. In afwachting van hun verscheping werden ze in kleine, bedompte ruimtes opgesloten. Wel duizend slaven in een ruimte van zes bij twaalf meter. Daar moesten ze soms wel tot zes weken blijven staan. In de jaren zeventig werden in de muren van die kerkers tot zestig centimeter boven de vloer sporen van uitwerpselen gevonden. Conclusie, aldus een ingezonden stuk in De Volkskrant van 12 januari 2018:
De aan elkaar geketende slaven stonden er wekenlang in hun eigen uitwerpselen, de poep tot boven hun knieën.
Daar geloof ik dus helemaal niks van. Slavernij is erg en wat de Nederlanders met hun VOC-mentaliteit in de slavenhandel allemaal hebben gepresteerd, daar past maar één emotie bij en dat is diepe, diepe plaatsvervangende schaamte. Maar er is geen enkele reden om over slavernij bakerpraatjes rond te strooien. Slavernij is op zichzelf al erg genoeg.
Ik meet van links naar rechts ongeveer een halve meter, van borst naar rug ongeveer dertig centimeter. Dicht opeengepakt pas ik dus pakweg zes keer in een vierkante meter. Een ruimte van zes bij twaalf meet volgens Bartjens 72 vierkante meter, daar passen dus zo’n 432 volwassen mannen in. Laat die mannen net wat kleiner zijn dan ik, dan zijn het er vijfhonderd, maar om aan de duizend te komen, moet je de ruimte toch echt vullen met kleine kinderen.
Als ik met zes man zes weken lang op één vierkante meter sta en de aanbevolen dagelijkse hoeveelheid van twee liter water drink, en die ook weer uitplas, vul ik per dag die vierkante meter met twee millimeter urine. Met zijn zessen is dat twaalf millimeter per dag, 84 mm per week, 504 mm in zes weken. Dat is iets meer dan vijftig centimeter. Dit is een ruwe schatting. Ik negeer even het vocht dat ik kwijtraak via zweten en verdamping. Ik negeer ook wat er aan vocht via de muren en de vloer wegsijpelt.
Ik begrijp dat mannen met een zittend beroep behoefte hebben aan circa 2.500 kilocalorieën per dag. Daar heb je –dat is googlebaar – zo’n tweeëneenhalve kilo rijst per dag voor nodig. Stel dat ik elke dag die hoeveelheid voedsel tot mij neem en die ook weer uitpoep. Poep heeft een soortelijk gewicht van 1,09 – ook dat is googlebaar – en mijn dagelijkse dosis poep neemt dus 2,3 liter in. Met zijn zessen wordt dat 13,8 mm poep per dag bij de urine, 96,6 mm per week, 579,6 mm in zes weken. Ook hier negeer is weer een paar dingen, maar het gaat me even om een ruwe schatting.
In zes weken halen we met zijn zessen dus met gemak vijftig centimeter urine en 58 centimeter poep: samen 1,08 meter drek. Die zestig centimeter, dat kán dus, vooropgesteld dat we genoeg te eten en te drinken krijgen. Dat is trouwens iets waar ik wel ernstig aan twijfel, maar goed, het is haalbaar.
Maar dan, wat gebeurt er in die zes weken in die zestig centimeter drek? Bent u wel eens in een Dixi geweest van een paar dagen oud? Precies: de ammoniakgeur staat u nog steeds bij waarschijnlijk. Ammoniak ontstaat door bacteriële processen in warme, natte omgevingen uit organische stof. Drek is dus ideaal.
Bij inademen ontstaat keelpijn, hoesten, kortademigheid, ademnood en longoedeem, zo vertellen mij de chemiekaarten. Ammonia – in water opgeloste ammoniak – veroorzaakt op de huid roodheid, pijn en ernstige brandwonden. Veertien milligram ammoniak (0,014 gram) per kuub lucht is tegenwoordig de maximaal toegestane waarde en vier gram per kilo lichaamsgewicht is al in de helft van alle gevallen dodelijk. Dat is allemaal googlebaar. Hoeveel milligram ammoniak kun je uit de 43,2 ton drek in die kerker halen? Dat heb ik niet kunnen vinden. Wel dat er in Nederland met enige regelmaat doden vallen door ammoniakvergiftiging, vaak boeren die in een afgesloten stal aan de gang gaan met mest.
Slaven zes weken lang in hun eigen drek laten staan in een afgesloten kerker: dat kan dus niet. Het artikel in De Volkskrant bevatte al een stuk tekst dat duidt op de onmogelijkheid van dit verhaal:
De universiteit van Ghana hield er onlangs nog met vrijwilligers een experiment. Hoe is het om in zo’n kerker, zonder wc, aan elkaar geketend te zijn? Na zes uur werd het onderzoek gestaakt. Reden? Het was absoluut ondraaglijk.
Ik vind persoonlijk zes uur wat kort, volgens mij zijn er dan nog nauwelijks ammoniakdampen, maar toch, tel die erbij en je kunt bedenken dat je slaven na zes weken allemaal dood zijn of opgelost in de ammonia. Wat nog leeft is – voor wat de onderste meter betreft – ernstig aangetast. Je handelswaar is onverkoopbaar. U kunt mij veel wijs maken over de Hollanders van toen, maar dom waren ze niet.
Die drekresten tegen de muur – dat zal ongetwijfeld kloppen – is opspat en het gevolg van het feit dat de slaven niet konden hurken. Dat feit op zich is al illustratief genoeg voor hoe verschrikkelijk slavernij was.
Reacties (2)
In gedachten houdend dat de slaven behoorlijk gezond en fit moesten zijn om de overtocht richting Amerika (waarbij ruimte veel meer een issue was dan op het Afrikaanse continent en waar goed eten, drinken en ontlasting ook al serieuze logistieke uitdagingen vormden, zelfs voor de bemanning) te overleven, lijkt het me überhaupt onwaarschijnlijk dat ze in de tijd voorafgaand aan verscheping aan toestanden werden blootgesteld die van sterke gezonde mensen geïnfecteerde zieken maakten. Je wil al helemaal niet dat er op je slavenschip een epidemie van bijvoorbeeld cholera, dysenterie, of tyfus uitbreekt (en dat wil nogal gebeuren bij groepen mensen die aan elkaars uitwerpselen zijn blootgesteld), want dan verliest dus je hele lading zijn waarde.
Overigens denk ik dat als er met zoveel man in zo’n kleine ruimte opeengepakt gestaan wordt in een Afrikaans fort, de meesten dood zijn voor uitwerpselen een rol gaan spelen. Hitte en slechte ventilatie zullen hun werk dan al lang gedaan hebben.
[ Die drekresten tegen de muur – dat zal ongetwijfeld kloppen – is opspat en het gevolg van het feit dat de slaven niet konden hurken. ]
Zelfs dat kan ik moeilijk geloven, want dat verschilt voor wat betreft ziekte-uitbraken en ammoniak niet veel van er tot in je middel instaan.
Het niet verstrekken van redelijke toiletfaciliteiten waarbij niks opspat en ziektes kan verspreiden gaat volledig tegen het belang in van behoud van de kostbare “handelswaar” die je net tegen kostbare wapens hebt geruild of gaat ruilen.
En zoals Bismarck zegt over aantallen: “Hitte en slechte ventilatie zullen hun werk dan al lang gedaan hebben.” Het trieste bewijs daarvoor kennen we van de jodentransporten per veewagons.
En zes weken zo staan overleeft al helemaal niemand.
Als ik het ingezonden stuk lees, krijg ik eerder de indruk dat die verblijven op zeker moment voor gevangen gebruikt zijn in plaats van slaven.
Ook triest is dat zo weinig mensen beschikken over voldoende rekenkundig inzicht om eens te denken “laat ik dat eens narekenen”. Hans Broek kan dat dus helaas ook niet en draagt zo bij aan onrealistische beeldvorming rond de slavernij.