ANALYSE - Het seizoen is geopend. We gaan weer stempuzzelen in de Senaat! Al geruime tijd checkt Publiekrecht & Politiek of bepaalde voorstellen die volgens de Eerste Kamer zijn aangenomen ook wel echt op een meerderheid van stemmen gefundeerd zijn. Aan de andere zijde van het Binnenhof wordt namelijk met de constitutioneel aanvechtbare regel gewerkt dat bij een stemming alle senatoren van een fractie geacht worden aanwezig te zijn. Ook als zij eigenlijk ziek thuis zitten of zich aan het andere einde van de wereld bevinden. Dan worden er dus meer stemmen uitgebracht dan er aanwezigen zijn. Dat is zeker in een tijd waarin een meerderheid in de Eerste Kamer geenszins vanzelfsprekend is en daar voor iedere stem gevochten moet worden toch tamelijk kwalijk.
En op de eerste dag van het nieuwe jachtseizoen, afgelopen donderdag, schieten we meteen een exotische prooi. De Eerste Kamer zou wegens subsidiariteitsbezwaren een zogenaamde gele kaart hebben getrokken tegen een voorstel van de Europese Commissie tot oprichting van een Europees OM. Bij nadere beschouwing blijkt zij dat echter helemaal niet gedaan te hebben.
Afgaande op het stenogram waren er drie senatoren afwezig: twee van de VVD en één van de SP. Dat waren twee fracties die subsidiariteitsbezwaren hadden en dus vóór het voorstel tot het trekken van een gele kaart waren. De voorstanders konden daarmee niet meer dan 36 stemmen mobiliseren, net zoveel als de voltallig aanwezige tegenstanders. Kortom, daarmee staken de stemmen en houdt de Eerste Kamer de kaarten op zak. In een volgende vergadering moet er dan volgens het Reglement van Orde een herstemming plaatsvinden. Dat had pas op 29 oktober gekund, want aanstaande dinsdag zijn de senatoren met herfstreces. Maar dan kan de zaak toch gewoon op 29 oktober gerepareerd worden? Helaas. Een subsidiariteitstoets moet worden uitgevoerd binnen een termijn van acht weken. En laat die termijn nu net op 28 oktober eindigen… Geen gele kaart dus, behalve dan weer een gele kaart voor de Eerste Kamer vanwege stemgeklungel.
Met het onlangs gesloten begrotingsakkoord beschikt het kabinet in theorie over 38 zetels in de Eerste Kamer, de kleinst mogelijke meerderheid. Mochten daarvan mensen afvallen wegens ziekte, bezigheden elders, persoonlijke omstandigheden, verblijf in het buitenland of recalcitrant (lees: onafhankelijk) gedrag, dan is de kans levensgroot dat door de regel van de fictieve aanwezigheid weer wetsvoorstellen worden aangenomen verklaard terwijl ze eigenlijk gelet op het aantal lijfelijk aanwezigen verworpen zijn. Dat is toch een stuk ernstiger dan een geelgekleurd briefje met klachten naar Brussel. Maar het is wel een scenario waar we rekening mee moeten gaan houden, zeker nu de regering niet kiest voor de optie om D66 en ChristenUnie door middel van nieuwe Eerste Kamerverkiezingen aan elk een extra zetel te helpen, en daarmee haar potentiële meerderheid naar 40 zetels uit te breiden. Onze ogen zijn daarom gericht op de stemverhoudingen bij de begrotingswetten, het Belastingplan en aanverwante financiële wetsontwerpen die dit jaar nog door de Eerste Kamer moeten. En het telraam staat ook weer klaar. Het zou nog wel eens een verrassend seizoen kunnen worden. Verslaat Rutte II in dit opzicht straks zijn voorganger?
Reacties (7)
In de 2e Kamer wordt bij stemmingen ook geteld per partij, tenzij er een hoofdelijke stemming wordt gevraagd. Dat laatste komt weinig voor.
Ik weet niet hoe dat zit bij de 1ste Kamer.
@1 Die horen dan ook geteld te worden per partij volgens de hoeveelheid aanwezigen van die partij. Dat wordt bijgehouden dus kan makkeijk mee gerekend worden.
Ik vind het juist wel van collegialiteit getuigen dat afwezigheid bij een stemming niet leidt tot een andere uitkomst. Zolang er niet getwijfeld wordt aan de stemintentie van het afwezige lid, zie ik het probleem niet.
Wetsvoorstellen die aangenomen/verworpen worden omdat er een kamerlid ziek is lijkt mij ook niet echt wenselijk.
Het toont aan dat de partijdiscipline nogal de bovenhand heeft gekregen in Nederland. Dat vind ik niet een positieve aangelegenheid.
@2 Het kan zijn dat geteld wordt naar het aantal Kamerleden dat de presentielijst heeft getekend en dan per partij, maar zit iedereen wel in de Kamer als er gestemd wordt? Nee. Paniek dus als er hoofdelijk gestemd moet worden.
@3: Hoe moet de stem geteld worden als een fractie maar 1 lid heeft, en dat lid toevallig ziek is?
Dit is een regel waarvan de grootste partijen profiteren.
En een dissidente stem binnen een fractie wordt zo ook niet geteld.
@6: Als bekend is wat die fractie gaat stemmen, kan dat prima meegenomen worden in de collegiale afspraak.
In het geval van een dissidente stem moet er hoofdelijk gestemd worden, en dan geldt de afspraak natuurlijk niet. Dissidente fractieleden bij stemmingen zijn zeer zeldzaam.
Het lijkt mij dat je pragmatisch met dit soort zaken moet omgaan: van belang is dat de mening van alle 75 kamerleden meetelt in de besluitvorming. Dat je compenseert voor incidentele afwezigheid als dat de stemming kan beïnvloeden is een kant. Dat er hoofdelijk gestemd wordt op het moment dat een fractie niet unaniem is, is een andere.