Dit is een gastbijdrage van “Cohiba”. Geschreven op basis van opgedane ervaringen.
Aanstaande zaterdag, 16 april 2011, is voor Cuba een belangrijke dag. Dan begint het zesde congres van de Communistische Partij van Cuba. Waarom dat zo belangrijk is? President Raúl Castro, broer van de nog steeds onbetwiste leider Fidel, heeft gezegd dat het Cubaanse Socialisme economische hervormingen nodig heeft. Het gaat niet goed met de Cubaanse economie. En over die economische hervormingen gaat de partij op het komende congres praten. Het mag dan wel niet goed gaan met de officiële Cubaanse economie, maar de officieuze Cubaanse economie – de zwarte markt – draait als een tierelier. Er is geen Cubaan die zonder deze zwarte markt kan overleven. Het eiland drijft er op. Een paar voorbeelden van hoe het grootste deel van de Cubanen dag in dag uit overleeft.
In een luxe hotel in Havana eten Westerse toeristen rundvlees. Voor hen iets heel normaals, maar voor de doorsnee Cubaan iets onbereikbaars en daarom zeer gewild. In de keuken van datzelfde hotel wordt behalve gekookt, ook gesjoemeld. Personeel smokkelt het rode vlees het hotel uit en daarna begint de handel. Ze bellen vrienden om te zeggen dat ze ‘het rode’ in huis hebben. Aan de telefoon kun je maar beter voorzichtig zijn, want je weet nooit wie er meeluistert en daarom wordt het beestje niet bij de naam genoemd. Bij Maria, een vrouw van in de veertig, loopt het water al snel in de mond en zo komt dat stukje rundvlees via het hotelpersoneel en via de tussenpersoon in haar braadpan terecht. Alle handen die ‘ het rode’ hebben aangeraakt, verdienen er aan en de staat verliest: de zwarte markt van Cuba.
Via het postkantoor heeft de regering het afgelopen half jaar brochures verspreid om de economische veranderingen aan te kondigen. Eén van die brochures begint met een citaat van de nog steeds onbetwistbare leider Fidel Castro: “Revolutie is vechten voor onze dromen”. Daaronder een opvallend nuchter citaat van zijn broer Raúl: “De economische strijd is vandaag, meer dan ooit, onze belangrijkste ideologische taak”. Zo wordt het bonnenboekje waarmee Cubanen gesubsidieerde eerste levensbehoeften kunnen kopen op termijn afgeschaft en zullen veel Cubanen worden ontslagen, waarna ze een eigen zaakje moeten beginnen én belasting moeten gaan betalen. Dit suggereert een vrije markt, maar niets is minder waar. De nieuwe economie moet niet verward worden met het kapitalisme, dit wordt een Cubaans model waarin de staat alles wil blijven controleren: “De nieuwe economische politiek houdt vast aan het principe dat alleen het socialisme in staat is om de problemen te overwinnen en in het nieuwe economische model overheerst de planning en niet de markt”.
Maar wie een tijdje meedraait op het socialistische Cuba ontdekt dat ook daar de markt hoogtij viert: de zwarte markt welteverstaan. In Havana zit, dichtbij een legale groente- en fruitmarkt, een oude vrouw op een muurtje. Ze heeft wat bezems en emmers naast zich en een kleine tas op haar schoot. Als ik stil sta gaat meteen dat tasje open en biedt ze me koffie aan. Zo’n piepkleine zakje koffie van 115 gram die de Cubaan met het bonnenboekje kan kopen voor vijf pesos. “Vijftien pesos”, fluistert ze. Ze heeft een pensioen van 240 pesos en daar kan ze niet van rondkomen. Daarom verkoopt ze -met vergunning- huishoudelijke artikelen op straat. “Maar koffie verkoopt beter”, kreunt ze,“en daar heb ik géén vergunning voor”. Volgens de nieuwe wetten kan deze vrouw een boete krijgen van twee tot acht keer haar maandelijkse pensioen. Maar de nood is groter dan de angst en daarom biedt ze iedere voorbijganger zo’n zakje koffie aan.
Een Cubaan verdient gemiddeld 300 a 350 pesos cubanos. Officieel worden deze pesos ‘Cup’ genoemd, in de volksmond ‘moneda nacional’ of gewoon ‘pesos’. Maar vrijwel alle luxe goederen kunnen alleen worden gekocht met pesos convertibles, die officieel ‘Cuc’ heten en in de volksmond ‘dolares’. Eén Cuc is ongeveer 24 tot 25 pesos cubanos waard, waarmee het gemiddelde Cubaanse salaris uitkomt op twaalf tot veertien Cuc. Vergelijk dit maandsalaris eens met de prijzen van luxe goederen: een spijkerbroek kost zo’n twintig Cuc, een liter melk 2,75 Cuc, een half pond koffie 3,45 Cuc en een blikje bier – voor wie dorst heeft in het altijd warme Cuba- één Cuc. Geen wonder dat de Cubaan continue op zoek is naar die Cucs. De regering heeft in de brochures aangekondigd op termijn één munteenheid te willen invoeren en de salarissen te willen verhogen, maar geen Cubaan die dat op dit moment serieus neemt.
Een snelle manier om Cucs te verdienen, maar ook bijzonder riskant, is het illegaal verhuren van kamers aan buitenlanders. Een Cubaan mag maximaal twee kamers verhuren, maar heeft zich aan strenge regels te houden. De kamers worden voor zo’n 25 a 30 Cuc per nacht verhuurd en officieel moet de verhuurder een forse belasting betalen: onafhankelijk van het aantal gasten komt deze belasting neer op 200 Cuc per maand per verhuurde kamer. De Cubaan die zo’n groot risico niet aandurft kiest voor het illegaal verhuren van een kamer. Wanneer hij alleen al vier nachten per maand een buitenlandse toerist in huis heeft is hij al 100 Cuc rijker. En natuurlijk zit hieraan ook weer een groot risico vast, je moet op z’n minst je buren kunnen vertrouwen, want in de aangekondigde wetten staat op deze overtreding wel een hele hoge boete: duizend Cuc oftewel zo’n zeventig maandsalarissen.
In Havana loop ik aan tegen een man die alles aanbiedt wat maar los of vast zit; kleding, rum, sigaren. Hij neemt deze goederen over van een ander en is een uitblinker in het aan de man brengen van spullen. Vandaag heeft hij kreeft, iets bijzonder illegaals. Omdat de buitenlanders het graag lusten en de Cubaanse staat er de nodige divisa mee kan verdienen, mag kreeft alleen in staatsrestaurants worden verkocht. Op straat wordt het vaak aangeboden en in illegale restaurantjes wordt het heerlijk klaar gemaakt. De kreeft die de man me aanbiedt kost 15 Cuc. Hij heeft het zelf voor tien Cuc gekocht en verdient er dus vijf Cuc aan. Als ik ’s avonds bij vrienden het grijze schaaldier in de pan zie veranderen in een mooie roze kreeft en in de kleine keuken de sfeer van de illegaliteit proef vraag ik hen of ze nooit bang zijn in dit land. Het bereiden van een kreeft in eigen keuken is al strafbaar en daar staan we dan! “Bang?”, lacht één van de vrienden. “Als we bang zijn kunnen we helemaal niets meer doen, we moeten wel zo leven”. Na een heerlijke maaltijd kijkt hij me aan “ik moet nu de bewijzen van onze criminele daad gaan vernietigen”, zegt hij serieus. Ik kijk naar buiten en zie dat het ondertussen donker is geworden: “ je gaat de schalen van de kreeft ergens op straat gooien?” Hij knikt, trekt z’n jas aan en loopt met het vuilniszakje naar buiten.
Voedsel is een groot probleem op Cuba. Zo’n vijftig procent van de Cubaanse grond wordt niet benut en Cuba moet voedsel importeren. Aartsvijand nummer één, de Verenigde Staten, voert nog steeds een fel sanctiebeleid waardoor buitenlandse investeerders zich wel drie keer bedenken voordat ze met Cuba in zee gaan. Cuba moet het vooral hebben van het toerisme en al het beschikbare eten gaat daarom naar de hotels waar de toeristen voor de noodzakelijke harde valuta zorgen.
Goed voedsel is dus schaars en zorgt voor een goed florerende zwarte markt. Langs de hoofdweg tussen Camaguey en Cienfuegos staan overal boeren te wapperen met strengen knoflook, stukken kaas, zwarte bonen, uien en zelfs levende hanen. Natuurlijk stop ik. In Havana was op de legale markt nergens een zwarte boon te vinden en hier staan boeren met kilo’s langs de weg. “Een halve Cuc per pond”, zegt een boer die er uitziet als een cowboy uit Texas. “Waarom hij hier langs de weg staat?”, vraag ik aan een volgende boer die wat spraakzamer is. Want het is zo illegaal als wat. De boeren moeten hun opbrengsten voor lage prijzen aan de staat verkopen of ze moeten betalen voor een standje op de markt. “Langs de weg verkopen levert meer op”, zegt hij en het gevaar voor een boete van één tot drie maandsalarissen neemt ook deze man voor lief. Als ik hem vraag waarom hij zijn bonen niet in Havana gaat verkopen begint hij te schreeuwen“Als dat eens zou mogen! Ik mag niet in een andere provincie verkopen, overal langs de kant van de weg staan inspecteurs”. En bovendien heeft hij in de stad geen contacten om zijn illegale waar aan de man te brengen. Zíjn contacten zijn de vrachtwagen- en de buschauffeurs die zijn bonen kopen, de zakken tussen hun lading of tussen de koffers van hun passagiers verstoppen en zelf thuis in Havana doorverkopen.
De aangekondigde afschaffing van het bonnenboekje dat op Cuba al sinds de invoering van de Amerikaanse handelsblokkade in 1962 functioneert, is een tegenslag voor die Cubanen die daarmee iets extra’s weten binnen te halen. Iets waar ze volgens het socialistische systeem geen recht op hebben, bijvoorbeeld melk. Vloeit de melk en de yoghurt in de all-inclusive resorts in overvloed, dat is niet het geval in de staatswinkels. Er zijn maar drie groepen Cubanen die recht hebben op gesubsidieerde melkpoeder: kinderen t/m zeven jaar, ouderen en zieken met een doktersverklaring. En bij de laatste groep gaat er nog wel eens wat niet volgens de regels: in één van de grotere Cubaanse steden ontmoet ik een kerngezonde man die bevriend is met een dokter. Deze arts heeft een verklaring voor hem geschreven en met deze valse verklaring koopt de kerngezonde man elke maand een kilo melkpoeder waarmee hij liters melk kan maken en waarvoor hij een kleine drie pesos cubanos betaalt. Ter vergelijking: in de cuc-winkel kost één liter gesteriliseerde melk 2,75 Cuc, oftewel 69 pesos cubanos.
De staat wil korte metten maken met “deze ondergrondse handel” staat er in één van de brochures en “het is van essentieel belang dat iedereen de wet naleeft”. En zo verdient een groot deel van de Cubanen dag in dag uit geld in het illegale circuit, continue om zich heen kijkend of niemand hem of haar in de smiezen heeft.
Wanneer gaat die inventieve, handige Cubaan nu eindelijk eens een keer openlijk in verzet?, vragen velen zich af. Wanneer pikken ze het niet langer? Op Cuba zijn er verzetsgroepen in allerlei soorten en maten; er zijn bloggers, zoals Yoani Sanchez, die met hulp van buitenlanders goed werkende blogs bijhoudt, die voor Cubanen overigens onbereikbaar zijn. Er zijn dissidenten, zoals Oswaldo Paya, die via juridische weg hebben geprobeerd de wetten te veranderen. Er zijn rappers, zoals ‘Los Aldeanos’ die via prachtige muziek de rauwe werkelijkheid laten horen. En er zijn de ‘Damas de Blanco’, vrouwen die wereldwijd bekend werden door hun wekelijkse stille marsen voor de bevrijding van politieke gevangenen. Maar wat er tot nu toe op Cuba nog ontbreekt is een nieuwe leider, iemand die zowel zijn nek durft uit te steken als het vertrouwen heeft van de verdeelde Cubaanse bevolking. Kortom: iemand die de massa weet aan te spreken. Tot nu toe overheerst de angst. In februari zond de Cubaanse televisie een documentaire uit waaruit bleek dat de woordvoerder van de ‘Damas de Blanco’ – Carlos Serpa – niet de dissident was waarvoor velen hem hielden, maar een agent van de Cubaanse geheime dienst. In de documentaire laat hij zien hoe de ‘Damas de Blancos’ contacten hebben met het buitenland. En zo wordt het wantrouwen gevoed. Er zijn niet veel Cubanen die zomaar een andere Cubaan vertrouwen. Een ober in een mooi toeristenhotel in Havana gaat over de balie hangen als ik hem de vraag stel wanneer hij de straat op zou gaan: “Ik heb nog een baan, ik heb een gezin, ik ga niet als eerste, maar als er een hele horde de straat op gaat, loop ik meteen mee”.
Reacties (28)
Een Cubaan mag maximaal twee kamers verhuren
Deze regels zijn veranderd.
Sinds Oktober 2010 mag een Cubaan met casa particular vergunning een onbeperkt aantal kamers verhuren. Zo ook voor paladares, was voorheen 12 stoelen per paladar, sinds oktober 2010 onbeperkt
Uw goed-foutschema (kapitalisme=goed, socialisme=fout) dwingt u ertoe het socialisme op Cuba af te rekenen op westerse maatstaven. Onterecht schetst u een gitzwart beeld van Cuba, voorbijgaand aan wat er wel bereikt is. Universeel onderwijs en universele gezonheidszorg, kom daar maar eens om in welk omliggend land (zelfs de VS) ook. Een human development index die hoger is dan welk land ook in het Caribisch gebied. Maar natuurlijk is het in uw optiek niet relevant dat in vergelijkbare landen de levensstandaard veel lager is. Haïti, de Dominicaanse Republiek, Jamaica etc., dat ze het daar veel slechter hebben is niet relevant, want deze landen zijn kapitalistisch en dus inherent goed.
U vraagt niet: Wanneer eisen de armen op Jamaice een keer hun deel van de koek op? Ook niet: ‘Wanneer komen de armen in de VS eens in opstand tegen een systeem dat hen in armoede gevangen houdt?’
Het liefst zou u zien dat de oude situatie hersteld wordt, waarin de Verenigde Staten voor een spotprijs de suiker van Cuba overnemen. De uitgemergelde suikerboeren die daar tot 1959 aan te pas kwamen, dat is voor u niet belangrijk. Want kapitalistisch dus goed!
U bent een simpele propagandist. Niet meer, niet minder!
lol @Herman.
Meen je dit nou Herman… valt me vies tegen. Echt. Ben je er uberhaupt geweest?
Ik ben het ook niet eens met Herman. Het stukje schetst – ook in mijn ervaring – de realiteit.
Het zure is denk ik dat het socialistische
systeem op Cuba best zou kunnen werken of – althans beter – als ze lokaal ondernemersschap zouden toestaan. Zoals bijvoorbeeld het voorbeeld van de boeren, de illegale restaurants en de zwarte markten legaliseren. Dat is slechts een kleine stap, maar zou een groot verschil maken – ook omdat mensen dan iets hebben om naar toe te werken. Nus is het als je klaar bent met de uni je eigenlijk geen carriere kan maken of iets opbouwen. Ik heb eens gesproken met een afgestuurde fysiotherapeut, die kan alleen voor 20 CUC per maand aan de slag in de resorts; geen goed perspectief.
En natuurlijk de landbouw diverser maken zodat je minder vast zit aan je rum- en sigaarproductie. Cuba is groot zat om zelfvoorzienend te zijn.
Het is inderdaad wachten op een leider die het aandurft en de vastgeroeste macht weet te olieen.
En natuurlijk de landbouw diverser maken zodat je minder vast zit aan je rum- en sigaarproductie. Cuba is groot zat om zelfvoorzienend te zijn.
Yep dat is het probleem niet. Er zijn teveel mensen die middels gratis onderwijs hoger opgeleid zijn. En die gaan niet op het land werken. Er liggen daar behoorlijk wat hectare landbouwgrond braak, niemand die het wil gaan bewerken…..
‘Het liefst zou u zien dat de oude situatie hersteld wordt, waarin de Verenigde Staten voor een spotprijs de suiker van Cuba overnemen,’aldus Herman. Het is de bekende reactie van de sympathisanten van het regime wanneer er kritiek wordt geuit. Wie 50 jaar revolutie beschouwt, kan niet anders dan concluderen dat het land er slecht aan toe is. Het onderwijs functioneert niet, enkel nog studenten en leerlingen te diciplineren (hoeveel jongeren worden weer gedwongen om zaterdag de militaire parade bij te wone???), het medisch systeem vertoont grote tekortkomingen. De revolutie is niet eens in staat de Cubanen voldoende drinkwater te bezorgen. In de partijkrant Granma werd toegegeven dat door verwaarlosing van rioleringen meer dan 70% van het watert tussen de bron en de kraan, verloren gaat.
Zelfs Raul spreekt over de noodzaken van hervormingen, anders ‘zinken wij’.
En dan spreken we nog niet eens over de systematische onderdrukking van kritische stemmen als bloggers en dissidenten. Juist op een moment dat Cuba kritische dialogen had nodig heeft. Nee hoor, er komt een partijcongres met vooral ja-knikkers. Nog nooit heeft het partijcongres in de afgelopen jaren een voorstel van de leiders verworpen. Dat is veelzeggend en een tragisch bewijs van het gebrek aan zelfreinigend vermogen van de Cubaanse machthebbers.
Met vriendelijke groet,
Kees
Overigens schijnt er toch wat aan de hand te zijn, want buiten toeristen en enkele spaarzame handelsreizigers, wil er nagenoeg geen mens naar toe.
Andersom verzinnen die Cubanen van alles om weg te komen.
Misschien is het eens interessant om Cuba met Puerto Rico te vergelijken.
Misschien was mijn eerste reactie inderdaad een beetje te veel door emotie ingegeven, maar dat is een reflex die zo langzaamaan ontstaat op dit soort eenzijdige stukjes. Er is in de westerse wereld slechts oog voor de dingen die fout gaan in socialistische samenlevingen. Er wordt niet eens een poging gedaan om een evenwichtig beeld te schetsen, dat zowel de positieve als de negatieve kanten belicht.
Maar in grote lijnen meen ik het. Kijk, ik ben echt niet blind voor de dingen die fout gaan op Cuba. Dat zouden we allemaal niet moeten zijn, maar we moeten Cuba niet willen vergelijken met westerse landen qua manier van leven. Het is eerlijker om het te vergelijken met andere landen in de regio, of zelfs met andere derdewereldlanden. Als we het daarmee vergelijken doet Cuba het nog niet zo slecht.
Levensstandaard voor de armsten onder de Cubanen is beter dan de levensstandaard elders in het Caraibisch gebied.
Politieke gevangenen? Ja, die zijn er. Ja, dat is slecht. Maar we moeten niet vergeten dat dit ook een reactie is op de politieke situatie waarin Cuba zich internationaal gezien bevindt. Wat bijvoorbeeld nauwelijks in de media komt en wat wel bijdraagt aan de politiek gesloten houding op Cuba, is dat Cuba sinds de revolutie in 1959 onophoudelijk het slachtoffer is geweest van terreuraanslagen en andere pogingen het regime te ondermijnen. Er zijn sinds de jaren ’50 bij aanslagen meer dan 3000 doden en een veelvoud aan gewonden gevallen.
Democratie? Ja, dat is er ook. Maar anders dan in het westen. Op Cuba is een groot deel van de bevolking betrokken in één partij, die daadwerkelijk invloed heeft op veel facetten van de maatschappij. In het westen is een klein deel van de bevolking betrokken bij partijen, gaan we eens in de vier jaar naar de stembussen gaan om te stemmen over… ja, over wat eigenlijk? Bijna alles wat in het alledaagse leven van belang zou kunnen zijn is immers geprivatiseerd.
@Kees Kortenhof Ik ben het niet met u oneens over de noodzaak van hervormingen, maar wat mij betreft dienen deze hervormingen niet op kapitalistische leest geschoeid te zijn. Cuba hoeft niet een van die landen te worden, zoals overal elders in derdewereldlanden, waar een kleine elite steenrijk is over de ruggen van een verder grotendeels arme bevolking.
Hervormingen zijn dus iets heel anders, dan het omver werpen van het regime en daarmee het hele socialistische systeem, zoals de auteur van dit stuk bepleit. Bovendien blijft de auteur een beetje vaag over wat hij wil na het overwerpen van het regime. Hyperkapitalisme, zoals we dat zo vaak zien, of een werkelijk sociaal systeem waar iedereen een deel van de taart blijft krijgen?
Interessante discussie. (zonder SocProf gelukkig)
Cuba is een land waar een kleine oligarchie van een -isme ook rijk wordt. Niet steenrijk natuurlijk.
Het lijkt erop alsof iedereen dat als *falen* betitelt, in het licht van de Totale Glorie. En dat is nog maar de vraag. De Cubanen zelf storen zich eraan zoals ze zich #slechts aan een horzel storen.
Herman, ik lees hier in het geheel geen pleidooi voor hyperkapitalisme. Nogmaals dat is de wijze waarop het regime elke kritiek kalltstelt. (kijk bijvoorbeeld naar de voorstellen van de marxist Campos in Havana, hij is uitgeschakeld)
Cuba moet met Cuba worden vergeleken en niet met andere landen. Scholing en medische zorg deden voor 1959 ook al niet onder voor die van ’toplanden’ destijds als Argentinie en Venezuela. In Havana was het basisonderwijs toen ook voor de meeste mensen – ook arbeiderskinderen ! – gratis. Op het platteland was de situatie vaak schrikbarend; dat is dankzij de revolutie van Castro veranderd.
Maar voor 1959 was Cuba onvergelijkbaar met de landen die u noemt; het had een grote middenklasse die door het ingrijpen van Fidel Castro de nek is omgedraaid en daarmee is een belangrijke bron van productiviteit en welvaart verloren gegaan. Vervolgens werd Cuba volkomen afhankelijk van de Sovjet Unie (5 miljard dollar per jaar) en heeft nooit meer geleerd om op eigen benen te staan.
En die steenrijke elite? Wie zegt mij dat die er niet is in Cuba? De openheid in andere landen daarover is in Cuba ver te zoeken. Met de val van het communisme in OOst Europa hebben we ook verrassende ontdekt over ‘de eenvoud en bescheidenheid’ van de leidende klasse destijds.
Dat pleit trouwens voor openheid en vrijheid voor alle soorten informatiestromen. Dan kan een blogger bijvoorbeeld zonder risico’s het gedrag van een ortodoxoleider als de oude Garcia eens onder de loupe nemen; veel landerijen waar geen gewone Cubaan mag komen en een decadent jachtgedrag.
Ja, ja, de revolutie is voor het Cubaanse volk. Patria o Muerte!
Kees
@11 Het overgrote deel van de Cubanen leefde op het platteland, in armoede. Wat mij betreft kun je het vreselijke lot van het ene mens niet compenseren doordat een ander het wel goed heeft. Dus dat er ook een rijke middenklasse was die schaamteloos profiteerde van de opbrengsten van het harde zwoegen tegen een hongerloon van die enorme groep landarbeiders, dat betekent niet dat het geen vreselijke situatie was. Ook dat onderwijs gold alleen voor de happy few in de grote steden. Bovendien spreekt u uzelf tegen. Eerst zegt u dat de situatie onder Batista geen argument is, vervolgens begint u in uw betoog die situatie zelf te verheerlijken. Het is van het een of van het ander. Niet beiden tegelijk.
Ik ben het met U eens dat er dingen anders moeten. Maar nogmaals, waarom gaat dit blog over Cuba, terwijl dezelfde toestanden elders in de regio ook spelen maar in een nog veel schrijnendere mate? Blijkbaar zijn dit soort toestanden niet relevant als ze onder een kapitalistische ordening plaatsvinden.
En waarom ik het heb over hyperkapitalisme? Omdat dat de situatie is die de afgelopen vijfentwintig jaar voortdurend heeft plaatsgevonden bij een regime change. Buitenlandse investeerders die met behulp van het Internationaal Monetair Fonds en de wereldbank binnenkomen, voor een spotprijs de hele publieke sector opkoopt, de winsten naar het buitenland laat vloeien en de massa’s berooid achterlaat (lees bijvoorbeeld The Shock Doctrine van Naomi Klein). Dat recept is Cuba in ieder geval niet bij gebaat. Ik verwacht echter wel dat dat recept ook voor Cuba gaat worden voorgeschreven als het regime wordt verwijderd. Dus denk ik dat Cuba meer belang heeft bij hervormingen, die Cuba op een nieuwe democratisch socialistische leest schoeien, dan simpelweg het uit het zadel wippen van Raúl Castro.
Voor het Cubaanse volk. Hasta la victoria siempre!
Levensstandaard voor de armsten onder de Cubanen is beter dan de levensstandaard elders in het Caraibisch gebied.
Cuba was voor Castro op het niveau Costa Rica. Waar woon je nu liever: Cuba of Costra Rica. :P
U kunt wel spreken over hyperkapitalisme maar ik ken bijvoorbeeld in de dissidentenbeweging helemaal geen mensen die terugwillen naar een situatie van voor 1959. Dat is het spookbeeld dat het regime de Cubanen voorhoudt om veranderingen tegen te gaan. Ik ken genoeg Cubanen die zeggen: Ik wil geen ongeremd kapitalisme maar ook geen stompzinnig socialisme wat, zoals Raul zegt het land tot de afgrond heeft gebracht.
En die middenklasse behoorde in de jaren zestig helemaal niet tot de Cubanen die ‘schaamteloos profiteerden van de opbrengst van het harde zwoegen tegen een hongerloon.’ Toen Fidel Castro op 13 maart 1968 een einde maakte aan de Cubaanse middenklasse via het zogeheten Revolutionair Offensief werden 57.280 kleine bedrijven opgedoekt waar de gewone Cubaan ook veel voordeel van had, ook Juan de arbeider. Het ging om cafes, restaurants, timmerwerkplaatsen, hotdogverkopers, verkopers van guarapa, slagerijen, kappers, tandartsen, kortom vele honderden kleine middenstanders.
Laten we hopen dat de 180.000 Cubanen die nu een vergunning hebben voor een klein bedrijf, werkelijk de ruimte en vrijheid krijgen om te ondernemen. En de verstikkende rol van de partij wordt teruggedrongen maar dan moeten er wel open discussies en confrontaties kunnen plaatsvinden in alle openbaarheid.
De beelden van gedrilde kinderen en dienstplichtigen vandaag uit Havana, geven weinig hoop. Nu mogen weer in koor roepen: Hasta la victoria siempre!
En o wee, wie afwijkt.
Zie ook het bericht vandaag over een 9-jarige scholier in Havana die voor terrorist wordt uigemaakt omdat hij de mensenrechtengroepering Damas de Blanco durfde te verdedigen in zijn klaslokaal. http://www.cuba.web-log.nl
Wie wil er eigenlijk hyperkapitalisme in Cuba? De opposanten en dissidenten, de kritische bloggers? Ik ken ze niet. Velen zeggen: Ik wil geen ongebreideld kapitalisme in Cuba maar ook geen stompzinnig socialisme, zoals dat de laatste jaren in Cuba werd gepraktiseerd.
En die rijke middenklasse in de jaren zestig? Dat waren timmerlieden, bakkers, loodgieters, cafe-eigenaren, barbezitters, bloemenverkopers, loodgieters en vele anderen die bij het zogeheten Revolutionaire Offensief werd onteigend; 57.280 kleine bedrijven waar Juan de arbeider ook veel voordeel aan had. Het is de domste daad (niet de enige trouwens) van Fidel ooit geweest. Hopelijk komt er nu meer (ondernemers) vrijheid voor de Cubanen zelf.
Maar dan ontbreekt het nog steeds aan democratische klimaat om dergelijke zaken te bediscussieren en waar elke Cubaan zijn mond kan opendoen. Die veel geroemde daadwerkelijke invloed van alle Cubanen via de partij is een farce; de bijeenkomsten van de PCC op lokaal niveau waren de afgelopen weken het toonbeeld van de steriele en vooraf geplande bijeenkomsten, waarvan de uitkomst al vast stond. De risico’s zijn veel te groot om al te veel van de lijn van boven af af te wijken. Economische verbeteringen zijn echter alleen nuttig op termijn als er openheid, transparantie en pluriformiteit in de Cubaanse samenleving komen en mensen niet bang zijn hun mond open te doen.
Lees eens het bericht van vandaag op http://www.cuba.web-log.nl over een scholier van 9 jaar die het durfde de Damas de Blanco te verdedigen in zijn klas. De lerares maakte hem direct uit voor een terrorist en belde de politie. Weinig hoopgevend, allemaal en het doet me in alles denken aan de methoden uit andere dictasturen in Latijns Amerika in de jaren zestig en zeventig.
hhhh
Wie wil er eigenlijk hyperkapitalisme in Cuba? De opposanten en dissidenten, de kritische bloggers? Ik ken ze niet. Velen zeggen: Ik wil geen ongebreideld kapitalisme in Cuba maar ook geen stompzinnig socialisme, zoals dat de laatste jaren in Cuba werd gepraktiseerd.
En die rijke middenklasse in de jaren zestig? Dat waren timmerlieden, bakkers, loodgieters, cafe-eigenaren, barbezitters, bloemenverkopers, loodgieters en vele anderen die bij het zogeheten Revolutionaire Offensief werd onteigend; 57.280 kleine bedrijven waar Juan de arbeider ook veel voordeel aan had. Het is de domste daad (niet de enige trouwens) van Fidel ooit geweest. Hopelijk komt er nu meer (ondernemers) vrijheid voor de Cubanen zelf.
Vervolg:
Maar dan ontbreekt het nog steeds aan democratische klimaat om dergelijke zaken te bediscussieren en waar elke Cubaan zijn mond kan opendoen. Die veel geroemde daadwerkelijke invloed van alle Cubanen via de partij is een farce; de bijeenkomsten van de PCC op lokaal niveau waren de afgelopen weken het toonbeeld van de steriele en vooraf geplande bijeenkomsten, waarvan de uitkomst al vast stond. De risico’s zijn veel te groot om al te veel van de lijn van boven af af te wijken. Economische verbeteringen zijn echter alleen nuttig op termijn als er openheid, transparantie en pluriformiteit in de Cubaanse samenleving komen en mensen niet bang zijn hun mond open te doen.
Lees eens het bericht van vandaag op http://www.cuba.web-log.nl over een scholier van 9 jaar die het durfde de Damas de Blanco te verdedigen in zijn klas. De lerares maakte hem direct uit voor een terrorist en belde de politie. Weinig hoopgevend, allemaal en het doet me in alles denken aan de methoden uit andere dictaturen in Latijns Amerika in de jaren zestig en zeventig.
Sorry @Kees van Kortenhoef, je gebruikt woorden waar ons spamfilter van slag van raakt. Heb er een paar uitgevist.
[redactie]
Ondanks alle bovenbeschreven politieke dictaten en eonomische ellende vind ik de bevolking aardig, gastvrij, vrolijk etc. Teruggekomen in Nederland werd ik onpasselijk van al die chagarijnige gezichten in de overvolle supermarkt. Wij hebben van alles te veel behalve een goed humeur, geef mij de Cubanen maar.
@20: Als jij hier een miljonair zou zijn kwam je vast wel meer aardige mensen tegen ;-)
@ Herman
Feitelijk is Cuba 1 grote gevangenis voor haar inwoners. Hun lot is in handen van een dictator die vrijwel alles voor hun bepaald van werk tot bezit en wat je wel en niet mag zeggen en doen. Een situatie die in westerse landen niet meer bestaat na de afschaffing van de slavernij. Gitzwarter kan je het bijna niet maken, misschien dat Noord Korea het nog overtreft in zwartheid maar met de beste wil van de wereld kan je er niets positiefs van maken.
Laten we eerlijk zijn het socialisme in haar zuiverste vorm is mislukt in alle landen waar het ooit is geprobeerd. Altijd heeft het geleid tot uitbuiting, machtsmisbruik en pure armoede. Laten we hopen op een Noord Afrikaanse revolutie in de laatste overblijfselen die er nog zijn, zodat de burgers eindelijk in vrijheid en democratie mogen leven.
@22. Spreek voor jezelf. Of ben je een gespleten persoonlijkheid?
Beste Kees,
Herman is ingehuurd door Sargasso om zoveel mogelijk “traffic” te genereren. Of het nu over de rug van die armzalige Cubanen is of niet. Het gaat om de advertenties hier rechts —–>
Wat je al eerder stelde. Sargasso o Muerte!
en zo beste HARRY, wordt de openheid in o.a.Cuba ook gesmoord, verdeel en heers.
met vriendelijke groet,
Jaap Tuijp
En dan spreekt deze man nog niet over de welig tierende prostitutie, waar nu zelfs al minderjarigen aan deelnemen. De schooljuf tekent dat ze aanwezig zijn, en krijgt een “fooi”, de “bemiddelaar” ook, en de politieagent die ze betrapt steekt ook 100 CUC in zijn zak. Hier is trouwens met verborgen camera een volledige reportage over gemaakt door een Spaanse televisieploeg. Deze DVD doet in héél Havana de ronde, klandestien weliswaar.Overal in Havana zie je oude mannen rondlopen met piepjonge meisjes, wanneer ik daar vijf minuten alléén zit op een terras is het al prijs : Hola señor, tu no me quieres, wil jij mij niet. Companie voor héél je vakantie want die blijven bij je. Jiniteras (paardrijdster is de vertaling) genaamd. De mannelijke tegenhanger bestaat natuurlijk ook. Heb méér dan twintig jaar ervaring met Cuba. Deden daar ook aan ontwikkelingshulp. En wie dat niet gelooft gaat dan maar best eens kijken. Ik kan mij dan ook volledig aansluiten bij het artikel en de reacties van Kees van Kortenhof.
Groeten
DV
En dat onderwijs en gezondheidszorg gratis zijn is ook één grote leugen!
Ik ken daar verschillende mensen die bv. werken in Spaanse hotelketens (NH,Iberostar, Meliá). Een lic. economie-boekouding, die in dezelfde keten in Spanje €3000 verdient bruto en beginwedde, krijgt in Cuba slechts ongeveer €1000. De Cubaanse staat verhuurt zijn lijfeigenen voor een prijs onder de normale wedderegelingen. Deze €1000 worden doorgestort naar de rekening van het Ministerie voor Toerisme. Dit geeft dan op het einde van de maand de in het artikel aangehaalde 300-350 pesos aan de persoon in kwestie.
Reken zelf uit : het verlies van het normale aandeel in de bruto wedde (€2000), en ongeveer 95% belastingen op de uitgekeerde wedde aan Toerisme.
Plus het feit dat het medisch personeel ook maar 15 CUC verdient. Op die manier is het gemakkelijk om te spreken van gratis??? En de dokters die gaan helpen in Venezuela worden daar verhuurd tegen petroleum.
Bovendien ken ik enkele buitenlanders die huwden met een Cubaan(se) die werkt voor het Ministerie van Volksgezondheid, welnu, deze mogen voor minstens vijf jaar het land niet verlaten! Als dat géén lijfeigenschap is dan weet ik het ook niet meer hoe je dat moet noemen.
Met het onderwijs is het hetzelfde liedje. Wie studeert moet naargelang de tijdsduur (universiteit 5 jaar), nà zijn studies “socialee dienst” verplicht verrichten. Voor een lic. wordt dit 2 à 3 jaar gratis werken voor de staat. (wat zakgeld van 8 CUC).
En eigenlijk maakt dat weinig verschil uit met de rest van de loopbaan, 4 CUC verschil.
Dat is realiteit, en géén pleidooi om het kapitalisme of wat dan ook terug in te voeren. Het communisme werkt niet, dat is ook al gebleken in héél de geschiedenis. Het zal aan de Cubanen zélf zijn om hun verder verloop te bepalen. Ik moei mij daar niet mee, baas is eigen land.
En ondertussen leeft de “nomenclatura”, in Cuba “altos dirigentes” (hoge functionarissen) of in de volksmond “pinchos” genoemd, verder in wijken als Miramar en zeker Siboney in dikke villa’s, wagens, goed eten,buitenlandse reizen… een luilekker leven.
Groet
@23, Joop :
en het is typisch, en een oude gewoonte voor aanhangers van het communisme (stalinisme) om mensen met een andere mening uit te schelden (diagnose stellen : ben jij psychiater?) voor geestesgestoorde. In dit geval “gespleten persoonlijkheid”.
In de vroegere communistische landen werden deze dissidenten dan ook waarachtig opgesloten in de psychiatrie.
Panfilo bv. zit nu in Cuba ook daar. En hij is niet alléén!
Groet,
DV
35 jaar socialistisch militant, partij en vakbond