Wat zal het zijn, een jaar of tien geleden, verbleef ik, ergens in Nederland, in de provincie, in een hotel. Ik was daar alleen en ’s avonds dronk ik nog een glas in de hotelbar, ik was de enige gast daar, ik las daar mijn boek, lekker rustig. Maar net toen ik bezig was met mijn laatste bladzijdes en mijn laatste slokjes, passeerde in het trappenhuis een gezelschap van wat oudere heren waarvan een stel een gitaarkoffer droeg. Een van de heren knikte even naar mij, en zette zich aan de bar. ‘Bent u van een band?’ vroeg ik. ‘Ik ben de tourmanager’, zei de gast, ‘en de band is The Fortunes’. ‘Ze hebben net opgetreden?’ vroeg ik. ‘En zijn er nog bandleden bij van de originele bezetting?’ De (Nederlandse) tourmanager maakt een weifelend gebaar en zei: ’Het oudste lid kwam erbij halverwege de jaren negentig. Ach meneer, het is net Ajax: elk jaar een andere opstelling.’
Later, in mijn hotelkamer, dacht ik na over deze materie. Is een band waar geen enkel origineel lid meer in zit, nog steeds wel dezelfde band? Brengen ze niet gewoon een repertoire van iets dat was? Waren ze dan, goedbeschouwd, eigenlijk niets meer dan een veredelde coverband? Tot hoe ver kun je zo’n concept rekken?
Fishbone. Van de week kwam er een klacht binnen dat het onbegrijpelijk was dat daar nooit een Closing Time aan besteed was. Schandalig. Want. Beter dan zus. Eerder dan zo. Waarschijnlijk was de klacht terecht. Want sargasso is nogal bleekneuzig. En niet echt funky. En al wat ouder. En wat houterig. (En ik heb het hier uiteraard over mezelf).
Maar ik heb me wat ingelezen over Fishbone. En ik kende wat songs van hen. En die die intro van dit stukje slaat ook een beetje op hen: veel bezettingswisselingen.
Maar wat waren ze live leuk, wat waren ze aanstekelijk, en wat waren ze een sensatie.
Reacties (5)
Ik had ooit het gevoel dat ik naar een coverband keek toen ik The Pogues zag zonder Shane MacGowan. Die was kort daarvoor uit de band getrapt omdat, nou ja, ik denk dat ik dat niet uit hoef te leggen. Het moet iets met overmatig drankgebruik te maken hebben gehad. De tin whistle speler Spider Stacy zong en deed dat best goed. Met een stem die ook aardig op die van Shane leek. En de hele band speelde vlekkeloos. En toch had ik geen moment het idee dat ik naar The Pogues keek.
Ik heb ze iets later gezien met Joe Strummer (vzmh) als invaller. Dat was wel een aardig alternatief. De toegift was een set nummers van “the only band that matters” aka The Clash.
Joe Strummer was echt wel een volwaardig lid, want ze hebben ook nog een paar cd’s met hem gemaakt, waaronder een live-cd (Live in London) die ik pas een paar jaar geleden ontdekte. Zeker de moeite waard, met een paar Clash-klassiekers als London Calling en Straight To Hell.
Een indrukwekkende documentaire over de opkomst en ondergang (met de redenen waarom) is “Everyday Sunshine the story of Fishbone”. Te bekijken:
https://www.documentarytube.com/videos/fishbone
Tegenwoordig is de originele bezetting weer bijna compleet, in 2018 voor het laatst gezien in de Melkweg. Dit jaar komt er waarschijnlijk eindelijk weer een nieuwe plaat.
Het laatste “nieuwe” was een cover van Alice in Chains met zelfs Kendall Jones, een origineel lid (en beste songwriter), maar niet terug bij de band.
https://www.youtube.com/watch?v=o4gdl7lB1Ik
Hé, dit leuke deuntje ken ik maar al te goed. Ik heb er alleen nooit een naam van een band bij gezocht, en telkens wanneer ik de naam Fishbone tegenkwam, heb de betekenis van dat woord altijd te makkelijk laten verdringen door een associatie met moeilijk symfonisch (zanger Fish van Marillion) wat niet mijn ding is.
Al met al een goede wake-upcall, dat zoals iets in je hoofd zit niet altijd hetgeen is dat je hebben moet en ook niet de juiste waarheid hoeft te zijn. Ik heb me nu al die tijd een leuke band ontzegd, zo blijkt.